H U I Z E R K R I N G 7e jaargang, nr. 5, november 1986 Aan de leden van de Historische Kring Hulzen, 1 november 1986 Graag nodigen wij u hierbij weer uit voor een ledenavond van onze Kring en wel (zoals reeds aangekondigd) in de Boerderij, Hellingstraat, op 20 november 1986 om 20.00 uur. Het programma luidt als volgt: voor de pauze zal A. Kruijning—Teeuwissen u meenemen op een t'Wandeling door Oud Hulzen" aan de hand van haar dia q s; na de pauze (ongeveer 9.45 uur) kunt u allen meedoen aan en met een "historische ruilbeurs" van ansichtkaarten, oude foto's (met en zonder verhaal erbij, zie ook pag. 2 en 3 van dit Berichtenblad), stambomen (vragen en gegevens), verzame-lingen van voorwerpen van allerlei aard, patronen van kleding, pijpekoppen, stenen (vuistbijlen?) , enz. enz. Uw verzameling vertoont ongetwijfeld meer variatie dan wij nu kunnen verzinnen. Voorafgaand aan het programma van deze avond wil het bestuur u uitnodigen voor een (korte) algemene ledenvergadering met als enige agendapunt het financieel overzicht 1985/ begroting 1986e Tijdens de jaarvergadering van 27 maart jol. werd besloten dit punt aan te houden en zo spoedig mogelijk aan de ledenver— gadering ter afhandeling voor te leggen. De bijbehorende stukken worden aan de leden van de Historische Kring separaat (doch tegelijk met dit Berichtenblad) toegezondene Het Bestuur Regelmatig ontvangen wij aankondigingen van activiteiten van andere organisaties of historische verenigingen; we noemen er enkele voor u: Cultureel Centrum De Vaart (Vaartweg, Hilversum) : tot 7 december een tentoonstelling met als titel "100 000 jaar Gooi se grond". — De Historische Kring Bussum houdt van 3 t/m 21 november 1986 in de Openbare Bibliotheek In Bussum een tentoonstelling over "Bussumse schrijvers " Het documentatiecentrum van de Historische Kring Bussum In de bibliotheek aan de Dr. Kuyper laan is voortaan op maandagen en donderdagen van 10 tot 12 uur geopend. U kunt daar voorwerpen, foto's, boeken enzo bezichtigen en raadplegen. — Op 12 november 1986 houdt de Archeologische Werkgemeenschap Naerdincklant In de Vaart in Hilversum een avond over "Plantaardigheden". Drs. J. P. Pals vertelt u over de Invloed van de flora op het leven van de mens. Die invloed was In vroeger tijden veel groter dan u wellicht denkt en uit de overblijfselen ervan valt veel af te leiden. Op 28 november heeft de Historische Kring Blaricum een genealogische avond In het Vitusgebouw over "Blaricumse geslachten" 0 5 , 1 -2- Dokter Kooyo De Historische Vereniging Bunscote n heeft een boek uitgegeven getiteld " ONDER DOKTERS HANDEN" In dit boek ( 192 blz. en +100 foto e s) worden alle dokters behandeld, die in Bunschoten werkzaam zijn geweest van cao 1 6 Lc5 tot heden e Een van deze artsen was Jan Kooy, geboren in Huizen op 22 juli 1 820 als zoon van Klaas Kooy en Aaltje Vos 0 Dokter Kooy trouwde op 1 1 september 1862 te Breukelen Nyenrode met Francyna Feldman, geboren te Breukelen Nyenrode op 27 april 1821 dochter van Gerrit Hendrik Feldman en Clara Christna Boekman, Het echtpaar is kinderloos overledene Hij is in Bunschoten werkzaam geweest van 1 november 1 850 tot 1873, vertrok toen naar Muiden en vandaar op 1 1 juni 1881 naar Hilversum, waar hij op 17 december 1886 is overledene Uitvoerig wordt in het boek ingegaan op de praktijk van deze dokter. Helaas was er geen foto van dokter Kooy beschikbaar voor dit boeko Mochten er in Huizen bij de nabestaanden van dokter Kooy mogelijk nog foto's of portretten van hem zijn, dan houden wij ons aanbevolen als we deze mogen lenen om er dia's van te maken. Wilt u dan contact opnemen met MoP.Rooth, Punter 13, Huizen tel. 6 115350 Het boek kost incl. portokosten f32,50 en is te bestellen bij de Secrovod0Hist Vero Bunscote DhroMeNage1 Velduil 18 3752 SC Bunschoten MOPoRooth Een verhaal bij een foto, of een foto bij een verhaal: Hieronder vindt u een foto, hiernaast op p. 3 het verhaal dat daar bij hoort. Hebt u ook zo'n verhaal + foto of foto + verhaal, laat het ons weten, misschien kunnen we er een vaste rubriek van maken! 5 , 1 -3- EEN VREEMDE EEND IN DE BIJT Zo'n 25 tot 30 jaar geleden trof ik op een dag Wethouder van Trigt, die mij als 'energie—leverancier q (ik was toentertijd directeur van een in— en ver— koopkantoor voor kolen) vertelde, dat de Hui zer gemeenteraad die avond een belangrijk besluit moest nemen, nlo of men van Hilversum het normale kolengas zou gaan betrekken dan wel hoogovengas uit IJmuiden zou gaan afnemen. Ik dacht toen, jullie zijn er weer eens ingevlogen, want er is helemaal geen keus moge— lijk! De Minister had nl. aan de Hoogovens vergunning verleend om aan de stad Amsterdam gedurende 25 jaar Hoogovengas te leveren 0 Omdat dit gas ook doorge— leverd werd aan Hilversum en er slechts één aanvoerleiding bestond, moest Hilversum meedoen; het gas dat Hilversum aan Blaricum en Hulzen enzo te Ieve•ren had, zou dus Hoogovengas zijn De eigen gasinstallaties waren al afgeebroken, dus een andere soort was er niet. En daar begint het verhaal van de vreemde eende Hilversum wilde zo snel moge— lijk van alles af en zocht kopers voor de eigen cokesvoorraad (± 600 ton) die nu in de weg lag. Ons kantoor kreeg de kans die brandstof te trachten te ver— kopen en dat lukte: in Zwitserland werd een koper gevonden. Zoals men zich kan indenken, was het transport het probleem. Normaal stuurde je dan een flink schip naar de plaats waar de kolen lagen opgeslagen, maar om een of andere duistere reden blokkeert het sluisje "de Paardehemel" de doorvaart tot de Hilversumse haven. Goede raad was duur. Samen met onze bevrachter zochten wij de omgeving van Hilversum af naar een behoorlijke laad/ loswal en speurden langs Vecht en Rijnkanaal, maar als een geschikte plaats gevonden was, was het of Defensie of Rijkswaterstaat die het verbood. Een beetje mismoedig reden we naar huis en bij een kop thee zegt mijn bevrachter ineens: even, hoe denk je over jullie haven? Daar kan een duizend—tonner best komen en bovendien is havenmeester Jan Bakker een hele goede kennis van ml j " Dus op naar Jan Bakker en, jawel hoor, het cokestransport mocht vanuit de Hul zer haven plaats— vinden. Maar toen begonnen de problemen pas goed. Je mag zo maar niet goederen ver— voeren, daar zijn (erg gecompliceerde) regels voor en bij voorbeeld in het kolenvak luisterde dat nauw. Onze firma mocht niet zelf transporteren, ook niet vla het vrije beroepsvervoer, De oplossing was een typische koopmans— vondst: mijn eigen kantoor kocht de cokes, leverde die via collega's aan hanedelaren. Deze handelaren waren toen de eigenaren van de cokes geworden en gerechtigd tot vervoer, b.v. ook naar Hulzen. Daar werd de partij door ons tweede kantoor teruggekocht en doorgeleverd naar Bazel. De overslag in Huizen van de klpwagens en transportbanden in het schip (zie foto) trok nogal wat belangstelling. Uit Hilversum was nog extra interesse van de verantwoordelijke wethouder: uit angst voor aansprakelijkheidsstelling voor verontreinigde wegen (cokes!) reed deze functionaris enkele malen het hele traject Hilversum—Hu1zen met zijn auto op en neer, maar hij kon gerust zijn: wij hadden vaklui ingehuurd. Het spannendste moment laqam met het vertrek van de logge boot. Ik had om een stevige sleepboot gevraagd uit angst voor vast— lopen in de vrij ondiepe uitvaart, maar alles verliep keurig. Enkele weken later arriveerde het schip In Bazel en eindigde een klein avontuur. Voor ons kooplui jammer dat er niet meer op te ruimen viel! A 01). van Noppen, oktober 1986 -4Ermelo, den 16e Juli, 19240 Lieve Meut,je, Jij konnen de vurrige raiB je brief schrijven omdat, het, gorst,e van de regen, ik kan het, nou mooi effen lappen omdat het, VUUB te heet, i 8 om t,e werken. De morsen vallen d06d van dake Een mine zou d e r lamlendig van wurreno Ik kan d 'r heêl nijt, teugen. M 'n jak hem ik mar ovvet,rukken en over een Bt,061 êhungeno Het, iB lekker luchtig an m'n lijf ie, Hier in de keuken valt, het t,rouweB wel mie mot de warmte. Mar het, zal wel weer op omweer uit,draeien. Dat, breujerige weer houdt nooit, z06 lang ano Affijn, we wachten het, mar of e Hij je al êhoord dat, Waimpie van onze Lijs een p06sie komt, lozeren? VI ede week kreeg ik een ansicht, van d t r lui en daer st,ung oppe, of de klaine maid mog kommen. Ik het, omslag vromeschreven dat, ik daer niks op teugen had. Bn nou komt, ze are week alo M q n zwager Gij bert zet" r dan op het spoor in Hilleversom en dan haalt Freek d Or hierweer op mot' de auto. De zal nijt, wet,en hoo ze O t, het, het, al z06 q n blooi kijndo Mar ik Vijn het, wel neut,ig om Waimpie om me he6ne te hemmen. Ik hoop mar dat, ze een p068ie buiten d 'r Moeder kano Nou, an mijn zal hét nijt, leggen. Hè 9 het, IB heê) raar r mar nou ik flussieg Freek z t n naam heb oppeschreven, krijg ik z06mar kippevelle op m'n narmen. Bn dat mot, zuk warm weero Ik begrijp t, q r niks van. Bn weet, je wat, 6k z06 raar is? Iedere keer as tie de keuken in komt, 106pen vur een bakkien, dan bbnkt, m c n hart, in m t n keêlo Later zakt, het wel weer of, mar heêlemol rustig bin -t o r nijt, ongero Z06 ken ik m Ç n ai gen nijt, en as ik t, 'r goôd over naedenk, i B het, al begunnen too ik een keer in de auto êzet,en het,o Je weten wel, waar ik je over êschreven heb. Ik bin daernae nogal arg teugen Freek en too is tie een paar dagen mot, een boog om me heêne êleupeno „Mar dat, is nou over, hij d06t, net, of t e r niks an da hangd is. Ik zou haagt denken dat, ie weer opnijuw angloeg mot, me prabeert te krijgen. Ik weet nijt wat, daer mie an mot, Meute An de êêne kansb Vijn ik het, verveêled en an de are kangt zou ik t g um een zetje wullen geven 0 Zô6 -5- ken ik m t n aigen nijt,o Begrijp jij d 'r wat van? Mar het d06t, me g06d te weten dat jelui z06 mot, me mie I even oen mijn mot raed en daad wullen bijgt,aene Dat, hem ik wel n06digo Mar parte keren hem ik het, gevefil dat, Farme— lo heêl veer van darp oflait,o Dan kan ik t, O r naer snakken om effen bij jou an de keukentafel een bakkie te d06no Ik mot, het, nou hemmen van de brieven dee je me schrijven. Je kannen je zeker wel vurst,ellen dut, ik alt,ijd heêl blij bin as de post, d 'r weer int,jen vur m' n het, 0 Je raed, om d q r achter te kommen of Freek soms Rooms is, hem ik ter hart,e êneumen en ik kan je wel zeggen dat, ie mot, de Roomse kerk niks maken het,. An z, q n praten te horen zou ik zeggen dat, ie meer een vrijdenker is. Ben bietjen de vrijzinnige kangt oppe, dat welo Hij neemt het nijt, z06 zwaar as part,e minsen bij ons in darpo Nou mot, ik heêl eerlijk zeggen Meut,jen, ik hou zelf 6k nijt, zoô van dat, zware gedooe En wat, me veder 6k is oppevullen, d 'r komt, gien onvert,eugen woord over z t n lippen. Fm op liegen hem ik t, 'um Ok nijt kannen betrappen. nat, binnen toch wel van die dingen in het, leven waar het, op an komt. 0f nijt, goms? Kijk, dat, ie het mot me an wul leggen is wat, aarst,o Daer is het een man vure Wat, dat, betreft binnen ze allemol hetzelfde. Daer hoof ik jou niks over te vertellen. Mar ik Bt,ae d 'um wel, hoor. Wees mar nijt, bange, Vlede week had ik nog zot' n mooi akkefiet,je mot, O um bel eefde Ik zal het mar gelijk uit, de dooken d06n. Hij had me mie— jeneumen naer z e n hui B t,ooe Dat, wou die me een keert,je laet,en zien. Je motten weten, dat, ie daer alleênig w06nt, sinds z, 'n ouwerg d 'um ontvullen binneno Nou, ik het m l n ai gen wel stik beduusd êkeken dat, alles d q r z06 knappieg uitzag. Eerlijk, je zaggen gien kwintjene Fm dat, vur een man alleênig! Mar rn t n bezeuk het nijt, lang êduurdo Ik zal je vertellen hoo dat kwame Het, wag al een bietjen schiemerig t,oo we binnenstapten. Bij het, raem hemmen we een bakkie êdrunken en effen mooi zitten praten. Het, was zuiver gezellig, z06 mot,z t n tweejeno Mar too het echt donker wier en Freek de lamp boven de tafel op wou Steken, was het, gaskousie opo Ik wurden meteênen al een biet, jen zeningacht,ig Vur het eerst samen mot Freek en dan nog in het, donker, daer had ik het heêl nijt, op begrepen, Je weten hoo ik bin, altijd op m 'n kivieveno Mar g06d, Freek wist daar wel raed oppee Hij had nog een koers van de Kursaauwud over-êhouwen en dee het, ie too anêst,eukeno De kleejen vur de glazen scheuf tie stijf dicht en daer zat,ten we t,oo; samen bij een kaers t. Too gung d 'r bij mijn een lampie brangdeno .o lk docht meteênen bij ITI 'n ai gen: " Hoo Jannetje kijnd, op huis an, dat gaet verkeerd! Want, zeg nou zelf; kaergwerk is naerswerk, waar of nijt? En dat, kanne we heêl nijt hemmen. Dus ik heb n t n biezen $pakt„ bin het huis uitteleupen en zoô de straet oppe. Hij achter m c n an en too nog nijuwsgierig waarom ik wegleup t. Ik zai teugen d t urn: Mot, je dht, nog vragen? Nou, dan zal ik het, je uitleggen. . 0 Wat denk je wat, of t, 'r beurd as twee gezongde minsen, zoag jij en ik, mot, een -kaergie bij mekaar zitten... nou, zeggeries oppe? Dan gebeurd er niks, zai die too droeg. Mar an z 'n mongd kon ik zien dat ie z 'n ai gen in mos houwen. Too hem ik :t q u.m mar verteld, dat ik vroger een paar jaar êvriejen had mot, een joôn bij ons uit, darp en precies wist, waar het mie begun en waar het mie aindigden. _ Nou, daer had ie nijt van vrome Hij murk wel dat ie me niks wijs kon maken. D'r bleef nijt aar st, over dan dat, ie me thuis mos brengen. Mar dat gung wel teugen heug en meug. Ik zag wel dat ie z 'n ai gen knap zat, tc verbijten. Ik kan het, 6k nijt, helpen hoor, mot, ie mar nijt z06 raar d06n. Wat jou Meut,jen? Het, is meneerc Van Lookeren 6k al oppevullen dat, Freek zoô achter me 106pt,o Vanmarregen vreug tie nog of we Barnen wat hadden. Nou, dat, hem ik netuurlijk teugenêspreuken. Alleênig was het wel verveêlèd dat, ik een h06fd as een biet kreeg. Ik hoop mar dat, ie dat nijt, êzien hete Wordt vervolgd (Eigen spelling van de auteur.) DE AFZANDINGEN Als mevrouw van Noppen haar artikel in het Berichtenblad van de Historische Kring Huizen van september je I. over het landgoed Oud—Bussem beëindigt met de zin, dat mede door de afzanding "een schitterend, heel afwisselend stukje Gooi is ontstaan, waar je lyrisch van kunt worden", dan kunnen wij daarin wel meegaan, doch willen in het volgende iets meer zeggen over de afzandingen en de minder aantrekkelijke kanten daarvan. Bekend mag worden verondersteld dat het Gooi is ontstaan tijdens de voor— laatste Ijstijd. Een dikke ijslaag schoof de bodem voor zich uit en tegen dat het ijs gesmolten was bleven de gronden als een wal liggen. Het Gooi maakt deel uit van een dergelijke stuwwal. Het zal een geaccidenteerd terrein zijn geweest, de hogere gronden geschikt voor bewoning, de lagere geschikt voor weidegronden. Reeds 6000 jaar v66r Christus waren er al bewoners. Maken we dan een reuze sprong In de historie: in de veertiende en vijftiende eeuw behoorden Naarden, Blaricum, Hilversum en Huizen tot de vroegste nederzettingen In het Gooi met eerstgenoemde stad als de grootste. Eeuwenlang was het Gooi een armzalig gebied. Heidegronden en bossen wissel— den elkaar af, waarop de bevolking een pover bestaan leidde. In de zeventiende eeuw —onze Gouden Eeuwe- kregen rijke Amsterdammers steeds meer oog voor het buitenleven, reden waarom zij zich voor die tijd betrek-kelijk ver van de grote stad soms uitgestrekte gronden kochten om daarop een buitenhuis te kunnen bouwen. Voor hen die over zeer ruime middelen beschikken is grondbezit van oudsher één van de meest safe geldbeleggingen. De grond was voor slechts enkele centen per m te koop, bracht wel niets op, maar gelet op de soms enorme vermogens hinderde dat niet: het droeg wel bij tot de status van de eigenaar. Aanvankelijk waren de oevers van Vecht en Amstel favoriet, later het Kennemerland en daarna kreeg het Gooi meer en meer belangstelling. Bekende buitenplaatsen In deze streken waren Berg— huizen, Oud—Bussem, Commerrust, Oud—Naarden, Valkeveen en Crailo. Het buitenleven werd mede in de hand gewerkt doordat het natuurlijke net van Hollandse waterwegen werd uitgebreid met gegraven kanalen. Zo was de trek— vaart van Amsterdam naar Naarden een voor die tijd uitstekende verbinding met het Gooi. Familieleden en huisgenoten van de rijke heren, die niet te paard naar het Gooi konden komen, konden nu gerieflijk met de trekschuit reizen. Zand Steden hebben van oudsher behoefte aan zand. Aanvankelijk onder andere voor hun bewallingen, later voor dempingen en ophogingen. Voor stadsbesturen altijd een probleem. In Amsterdam zijn in deze eeuw hieraan omvangrijke en diepgaande studies gewijde Voor de stad Naarden was dit vraagstuk niet zo groot, want reeds in 1674 hadden de Staten van Holland besloten de hoger liggende terreinen bij de vesting Naarden te doen afzanden teneinde onder— waterzetting mogelijk te maken. Amsterdam kon vanuit het Kennemerland niet zulke grote hoeveelheden betrekken, want de natuurlijke zeeweringen mochten er niet onder lijden. Zand betrekken van het Gooi lag het meest voor de hando Vooral In het midden van de vorige eeuw was er In Amsterdam grote behoefte aan zand, want omvangrijke poldergebieden moesten worden opgehoogd om zodoende bouwrijp gemaakt te worden voor de noodzakelijke stadsuitbrei•dinge Voor de thans nog bestaande buurt YY, bijgenaamd De Pijp (de buurt begrensd door in het noorden de Stadhouderskade, In het oosten de Amstel, in het westen de Boerenweterlng en, in fasen, in het zuiden de Ceintuurbaan 1 -8- en de Amstel kade), was heel veel zand nodig. De rijke groot—grondbezitters in het Gooi wilden van hun terreinen best stukken laten afgraven, waarvoor de respectievelijke gemeentebesturen vergunning gaven. Het mes sneed zo— doende van drie kanten. De "onnutte" bossen, die eigenlijk alleen nog maar voorkwamen op de gronden van de buitenplaatsen, werden gekapt voor de bouw of voor brandhout, het verkochte zand bracht geld in het laatje en de afgeegraven gronden konden als weidegronden worden verpacht, De buitens, veelal gesitueerd op een hoger gelegen deel, kregen door de afzanding een weids uitzicht. Het afzanden moest in die tijd met handkracht gebeuren. Met de schop werd het zand in kruiwagens of in kiepkarren geschept en via loopplanken of smalspoor naar een bak vervoerde Voor deze zandbakken was vooraf een kanaaltje gegraven, dat weer uitkwam op een verbindingswatertje met de vestinggracht om Naarden. De volle schuit werd dan geboomd of voortgetrok— ken, vla de trekvaart, naar Amsterdam dertig kilometer verder! Voor dit werk waren hoofdzakelijk mannen uit Hulzen te vinden, die met de visvangst tien tot twaalf gulden per week verdienden doch bij de afzandingen twaalf tot veertien gulden konden ontvangen. Thans niet meer tot de levenden behorende Hulzers hebben schrijver dezes verteld, dat omstreeks de eeuwwis-seling een deel van de Hul zer bevolking zijn brood verdiende bij de afzan-• dingen. Daarbij moet nog worden aangetekend, dat zij elke morgen vier kilo— meter moesten lopen van hun huls naar hun werk en dat eind 's avonds natuurlijk terug. Het zand werd afgegraven tot ongeveer vijfendertig centimeter boven het grondwater. De dikte van de zandlaag varieerde, maar men kan toch aannemen dat dit gemiddeld vier tot vijf meter was. Na de IX,yeede Wereldoorlog, omstreeks 1950, zijn de zandafgravingen beëindigd. Alhoewel Amsterdam de grootste afnemer was, hadden ook de kalkzandsteenfabrieken in Huizen en Bussum (de laatste genoemd naar haar eigenaar, de steenfabriek van De Kort) zand nodig en dat moest om economische redenen niet van ver komen. Een Hul zer ingezetene, thans reeds tot zijn vaderen vergaard, moest omstreeks de eeuwwisseling gedurende ruim een jaar elke dag een schuit met twintig kubieke meter zand alleen voortduwen van de afzanding naar de steenfabriek in Bussum. Je zou er vandaag de dag nog geen gastarbeider voor krijgen. Commerus t De hiervoor genoemde Amsterdamse buurt De Pijp is hoofdzakelijk opgehoogd met zand van het landgoed Commerust (een samenvoeging van Kom en Rust of Kom tot Rust). Dit lag aan het einde van het laantje tegenover de Je van Woensel Kooylaan, over de Bollelaan. In 1650 was het landgoed in het bezit van Mr 0 Jo Uytenboogaard (1608—1680), die op de thans nog zichtbare heuvel een woonhuis had dat In de Franse tijd is verwoest. Een latere eigenaar, Van Rossum (1778—1856) had er eveneens een woonhuis dat kort v06r 0f na de eeuwwisseling Is afgebroken. Bij een recent bezoek ontdekten we nog een fraai bewerkte stenen bank die stellig in de tuin gestaan zal hebben. Een klein stukje met prachtige oude bomen herinnert nog aan de vroegere glorie, maar daaromheen is alles vlak land met in de onmiddellijke nabijheid de A35 met de altijd langsrutschende auto's. Nu moet men niet denken dat het landschap door afzandingen is verknoeid, al zullen er wel fraaie stukken bos zijn verdwenen: vanaf de wegen, op het oude niveau, bieden de afgegraven gronden (enkele meters lager gelegen), die In de loop der jaren zijn veranderd in prachtige welden met hier en 1 daar wat opgaand hout, een fraaie aanblik. De kanaaltjes voor de afvoer van het zand, dikwijls onder de wegen door, geven het de charme van een Gelders landschap met zijn beekjes, bossen en weiden. De sloten in het villapark Naarden/Bussum vinden hun oorsprong bijna alle in de afzandingen in de achttiende eeuw. Wanneer men bij voorbeeld door de prachtige Valkeveense-laan loopt of fietst, zijn de afzandingen nog goed te onderscheiden en kan men tevens genieten van het fraaie landschap, verkregen door de handel s— geest van enkele zeer gefortuneerden en het zweet van honderden, die veel minder met aardse goederen waren bedeeld. Mo Heijder, oktober 1986