Als deze Ratel in uw bezit komt, is de jaarvergadering van de Historische Kring Huizen al weer achter de rug. Een grote bijzonderheid dit jaar is het feit dat de Kring nu ook de elektronische snelweg is opgegaan. Dus als u op de computer het internetadres www.historischekringhuizen.nl intoetst, dan kunt u daar de gegevens van onze vereniging vinden. Deze website is ontworpen en gemaakt door ons lid Jan Rebel en het bestuur wil hem hiervoor graag zeer veel dank zeggen. Het ziet er aantrekkelijk uit en wij verwachten er veel van.
De heer Rebel zal de website ook bijhouden. Dit betekent onder meer dat regelmatig de agenda zal worden aangepast. Op de agenda zijn de ledenavonden vermeld, maar ook de gegevens van de presentaties van de Klederdrachtgroep overal in het land. Overigens zijn suggesties voor aanvullingen en verbeteringen welkom.
Tijdens de ledenvergadering is contributieverhoging aan de orde geweest en als volgt gewijzigd. Een persoonlijk lidmaatschap is nu EUR 12,50 per jaar en een familielidmaatschap EUR 15,00. Bij de uitnodiging voor de ledenvergadering hebben wij onze leden het verzoek gedaan om het lidmaatschap zelf te willen overmaken, onder vermelding van uw lidnummer. Wij vragen uw begrip hiervoor, het werd helaas te kostbaar om nieuwe acceptgiro's te laten drukken. Bij voorbaat dank voor uw medewerking.
Vooruitkijkend naar het zomerseizoen verheugen wij ons op diverse presentaties van de Klederdrachtgroep en op de excursie naar Urk op 22 september. Wilt u meegaan naar Urk, dan kunt u zich opgeven bij mevrouw Ria Westland-Rebel.
Graag tot ziens bij een van onze activiteiten.
Met vriendelijke groeten namens het bestuur,
B. van Geenen, voorzitter

    7 juli    Presentatie Klederdrachtgroep Groot Klederdrachtfestijn in Goes
18 juli    Presentatie Klederdrachtgroep op de Spakenburgerdag
19 juli    Presentatie Klederdrachtgroep in Schagen
    8 september    Huizerdag/Open Monumentendag
22 september    Excursie naar Urk
23 oktober Ledenavond in de Boerderij. Diaserie over de Gooische Stoomtram met uitleg door de heer G. Barendregt

In tegenstelling tot wat in het februarinummer stond, is pas in dit nummer een aanvulling opgenomen op de serie over de HZ 45 van Dick Schaap in de Ratels van 2006. Verder treft u een samenvatting aan van het verhaal 'Veertien dagen op een ijsschots (1 849)' waar Aartje Kruijning-Teeuwissen naar verwees in haar artikel 'De IJsschots' in ons februarinummer. Ook in dit meinummer wordt aandacht besteed aan de Tweede Wereldoorlog en wel met aanwijzingen voor de bevolking van Huizen die op 1 1 mei 1940 huis aan huis werden bezorgd. Met een lange lijst van ongelukken in de 18e, 19e en 20e eeuw gaat Harmen Kos in op het harde bestaan van vissers. Met een gedicht in dialect en de puzzel is dit blad dan weer vol.
Veel leesplezier gewenst,
Wendy van Noppen


EEENBAANVULLING op DE ARTIKELENREEKS OVER DE HZ 45 Wie waren: 'De Gebroeders Schaap'?
In de eerste aflevering van deze reeks (Deel A., verschenen in De Ratel van juni 2006) schreef ik over de scheepswerf van 'De gebroeders Schaap'.
De nu levende afstammelingen van deze Gebroeders hebben mij er op gewezen, dat met deze Gebroeders niet werden bedoeld de broers Jacob en Hendrik Schaap. Hendrik Schaap was geen scheepsbouwer, hij was viskoper. De echte gebroeders waren later, de twee zoons van de genoemde Jacob:
1 . opnieuw een Jacob Schaap (1875-1933; bijgenaamd 'Potloodje');
2. Hermanus Schaap.
Hieronder volgt het familieschema met de juiste namen. In de tekst van het gedeelte over de scheepswerf moet op dezelfde manier worden gecorrigeerd.
Overzicht van de familiebanden waarover in dit artikel wordt gesproken:
    1u en 2. Gebroeders Schaap    5. Schrijver artikel
3. en 4. Schippers HZ 45
Hierbij rijst wel de vraag of het juist is om deze werf in 1892 al 'De Gebroeders Schaap' te noemen. In dit jaar, het bouwjaar van de HZ 45, was Jacob 'Potloodje' ongeveer 17 jaar. Zijn broer Hermanus ('Manus'), was jonger. De zaken werden zeer waarschijnlijk in dit jaar nog gedaan door hun moeder Gesina Schaap-Fransen. De aanduiding 'Gebroeders Schaap' voor de werf is naar mijn mening pas ontstaan rond 1900, toen Jacob en Hermanus volwassen waren.
Het gezin van Willem Koeman
Ook over het stukje 'De eerste eigenaar en zijn gezin' in deel A. kwam een reactie. De genealoog van de Huizer Historische Kring, de heer Piet Wiersma, schreef dat het gezin eigenlijk geen 7 maar 1 1 kinderen omvatte. De vier kinderen die in mijn artikel niet werden genoemd zijn allen jong overleden. Het waren:
• Heintje ( 26-02-1892 tot 21-03-1893)
• Aaltje (18-01-1900 tot 08-03-1901)
        Lambert (05-05-1903 tot 15-05-1903)
        Lambert (15-08-1904 tot 23-12-1904).
Ook dit gegeven voegt iets toe aan het beeld van het Huizer vissersgezin waarover ik schreef: soms was er veel verdriet!
Dick Schaap, Leersum, april 2007
VAN DE DIALECTWERKGROEP
Op het publicatiefront is het op dit moment even pas op de plaats, maar we hopen later dit jaar meer te vertellen te hebben en houden ons als altijd zeer aanbevolen voor uw bijdragen.
Hieronder treft u een gedicht in dialect aan van de hand van Aartje Kruijning-Teeuwissen in de officiële spelling.
Wijs: Als het 's avonds donker wordt, is het helemaal niet naar.
's Aauwus in 't schiemerdonker
En de lamp is nog nijt an Is iets waar een mins toch effen Van de rust genieten kan.
An de éëne kangt zit moeder An de are kangt zit va leder (3p z'n aigen plakkie Moeder bij de tafella.
Vader roëkt een klain sigaartjen d'Eërepels binnen nog nijt gaar Moeder zit vandaag net effen Mét d'r narmen 6p mekaar.
Kijk, zait moeder, daer gaet Agie
Zeker naer d'r oëtjen too Of, nog nijwe klompen halen Vast bij Evertjen van Loo.
Zeutjies an is 't pikkedonker
't Lichie is de punt sigaar En zoë zatten Ônze ouwers Te genieten bij mekaar.
Viur dat 't licht wurdt anësteuken
Binnen de luiken dichtëdaen
Ôngertussen is warempel
De sigaar oëk uitëgaen.    Na gedane arbeid. (Foto uit boek "Oud-Huizen in beeld")
TWEEDE WERELDOORLOG IN HUIZEN
Ook in dit meinummer besteden wij enige aandacht aan de Tweede Wereldoorlog in Huizen. Op zaterdag 1 1 mei 1940 verscheen het gratis advertentieblad voor Huizen 'De Concurrent', uitgegeven door J. Bout - Ceintuurbaan 32-34. De Concurrent verscheen iedere zaterdag en werd huis aan huis bezorgd, ook in de buitenwijken. In het blad van zaterdag 11 mei (de dag na de inval van de Duitsers en drie dagen voor de capitulatie) werden de volgende aanwijzigen voor de burgers afgedrukt. Deze zijn hieronder overgenomen in de oorspronkelijke spelling. Dit is een voorbeeld van knipsels die zich bevinden in het archief van de Historische Kring Huizen (Redactie).
Aanwijzingen voor iederen Nederlander bij luchtgevaar
Het is van de grootste betekenis iederen Nederlander in te lichten omtrent hetgeen hem te doen staat ter beveiliging tegen luchtgevaar. Van de volgende gedragsregels worde dan ook door ieder kennis genomen. Werkt mee aan de bekendmaking ervan!
Wat van elk gezinshoofd vereischt wordt:
1. het voor onmiddellijk gereed maken van de gezinsschuilgelegenheid;
2. het gereedmaken van de noodige middelen ter alarmeering van de huisbewoners; 3. het treffen van de noodige brandbeschermings- en brandbestrijdingsmiddelen in het meest aan brandgevaar blootgestelde gedeelten der behuizing en aanhorigheden;
4. het nemen van maatregelen tot het temperen en/of dooven van licht en voorkoming van elke lichtuitstraling en lichtweerspiegeling naar buiten;
5. het met kleefpleister of strooken papier, linnen e.d. kruisgewijs beplakken van aan de buitenzijde onbeschermde vensterruiten;
6. het in goed sluitende blik-, glas- of papierverpakking in gesloten kasten opbergen en bewaren van voorradige levensmiddelen en het in goed sluitende flesschen bottelen van drinkwater. (Dit laatste dagelijks ververschen!)
7. het klaarzetten van het hoognoodige voor het geval dat de woning plotseling moet worden verlaten.
Maatregelen bij luchtgevaar:
BIJ LUCHTALARM.
Algemeen. Kalmte bewaren. Hulpvaardig zijn. Zich rustig naar en in de schuilplaats of dichtsbijzijnde woning begeven. Zieken, gebrekkigen en zwakken helpen. Door bevoegden gegeven bevelen en aanwijzingen opvolgen.
In huis. Huisbewoners alarmeeren. De huisbrandweer betrekt haar post. Nagaan of alle buitendeuren en vensters gesloten zijn en alle vuurhaarden gedoofd; zoo neen, daarvoor zorgen. De hoofdkraan voor het gas afsluiten, nadat eerst de kleine gaskranen zijn gesloten. Het electrisch licht uitdoen en electrische apparaten (strijkijzer, kachel, e.d.) afzetten. De hoofdkraan voor waren niet afsluiten! Nagaan of alles in de woning in orde wordt achtergelaten en of geen huisbewoners achterbleven, die niet elders een functie hebben te vervullen (b.v. als huisbrandwacht).
Op straat. Zoo snel mogelijk de straat verlaten. De naastbijzijnde openbare schuilplaats opzoeken voorzoover men zijn eigen schuilplaats niet meer kan bereiken. Ontbreekt ook dâârvoor de tijd, dan bescherming zoeken in een andere woning, een ander gebouw, in portieken of gangen daarvan of achter vooruitspringende muren.
Rij- of voertuigen, welke niet op een parkeerplaats staan, stellen zich op 't uiterste rechtergedeelte van den weg op.
Trekdieren uitspannen en in veiligheid brengen (indien daarvoor de tijd ontbreekt, ze ter plaatse aan boomen of palen vastbinden of desnoods aan het rij- of voertuig zelf, mits dit laatste volkomen is afgeremd).
Openbare middelen van vervoer op een geschikte plaats stilzetten, zÔÔ dat zij het verkeer niet in den weg staan.
Passagiers en personeel benutten de naastbijzijnde schuilgelegenheid.
Van alle rij- of voertuigen de lichten dooven, behalve het vereischte kleine (afgeschermde!) parkeerlichtje.
TIJDENS EEN LUCHTAANVAL.
Algemeen. Kalmte en zelfbeheersching bewaren. Paniek vermijden.
In huis. Rustig in de schuilplaats zitten of liggen. Daarin niet rooken, noch open lichtvlammen of open vuur gebruiken.
Doorloopend letten op den toestand van de schuilplaats en in alles wat haar bruikbaarheid vermindert onmiddellijk voorzien.
De schuilplaats niet verlaten zonder toestemming van den schuilplaatsleider.
Nakomers vÔôr het betreden van de schuilplaats in de gassluis controleeren op mogelijke besmetting en in geval van besmetting in geen geval toelaten dan na ontsmetting.
Zich onder alle omstandigheden gedragen naar de bevelen en aanwijzingen van den schuilplaatsleider.
Op straat. bescherming zoeken achter vooruitspringende muren, in kuilen of greppels. Bij het ontbreken van dekkingen plat op den grond gaan liggen. Bij gasgevaar zich tegen den wind in of in een richting loodrecht op den windrichting rustig verwijderen, oppervlakkig en rustig ademhalend met een (zoo mogelijk vochtig gemaakten) doek voor mond en neus als men niet van een gasmasker is voorzien. Met strijdgas besmette plaatsen mijden. Mogelijke besmette voorwerpen niet aanraken.
In het vrije veld. Bij het ontbreken van dekking plat op den grond gaan liggen.
NA EEN AANVAL.
Algemeen. Geen nieuwsgierigheid aan den dag leggen.
In huis. De woning slechts betreden als dit zonder gevaar kan gebeuren. Controleeren of daarin beschadigingen of besmetting plaatsvonden en, als dit het geval is, den schuilplaatsleider waarschuwen.
Besmette ruimten eerst na ontsmetting betreden. Na de ontsmetting de woning goed laten dôôrluchten.
De hoofdkraan voor gas weer openen, nadat eerst gecontroleerd is of alle gaskraantjes zijn gesloten.
Electrische apparaten zoo noodig weer inschakelen.
Licht eerst aansteken als geen lichtuitstraling naar buiten mogelijk is.
Drinkwater en levensmiddelen controleeren of zij mogelijk besmet zijn (zoo ja, niet gebruiken!)
Besmette potten, pannen of dergelijke met kokend water reinigen.
Niet ontplofte bommen of dergelijke niet aanraken (autoriteiten waarschuwen!)
De schuilplaats voor hernieuwd gebruik gereed maken (goed dôôrluchten; eventueele beschadigingen herstellen; verbruikt materiaal vernieuwen).
ZATERDAG 11 MEI 1940.
DE CONCURRENT
VERSCHIJNT DES ZATERDAGS EN WORDT Iltns
AAN Htus BEZORGD, OOK IN DE BUITENWIJKEN Graas Advertentieblad voor Hulzen J. BOUT Ceintuurbaan 32-34 - Tel. 293 VRAAGT ADVERTENTIE-TARIEVEN. — ADVERTENTIES WORDEN AANGENOMEN TOT VRIJDAGAVOND 6 UUR Aanwijzingen voor lederen   Electrische apparaten zoo noodig weer inschakelen. Nederlander bij luchtgevaar Licht eerst aansteken als geen licht- Het is van de grootste beteekenis iederen Nederlander in te uitstraling naar buiten mogelijk is,
Drinkwater en levensmiddelen Con- IZA K KOS lichten omtrent hetgeen hem te doen staat ter beveiliging tegen troleeren of zij mogelijk besmet zijn Kerkstraat 36 - Tel. 592 luchtgevaar. Van de volgende gedragsregels worde dan ook door (zoo ja, niet gebuiken!) ieder kennis genomen. VVerkt mee aan de bekendmaking ervan. !   Besmette potten.' pannen of dergelijke met kokend whter reinigen. U adres voor Aardappelen Wat van elk gezinshoofd vereischt wordt:   Niet ontplofte bommen of dergelijke niet aanraken (autoriteiten waarschu- Groenten en Fruit het voor onmiddellijk gereed maken, van de gezinsschuil- wen!) Mooie Bloernkoòl     Ons 20 2. gelegenheid; het gereedmaken van de noodige middelen ter alarmeering van   De schuilplaats sloor hernieuwd gebruik gereed maken (goed d6érluch- ct Druivenl per 
Pracht Postelijn. per pond .    5 ct Totnaten. per pond.
Goudgele Andijvie. per pond    Groote Jaffa•s. per stuk .28 de huisbewoners; ten; eventueele beskhadigingen herstel- Bladspifiazie, per pond    Grape fruit. per- stuk 10 • ct 3. het treffen van de noodige brandbeschermings- en brandbe- len; verbruikt materiaal vernieuwen). Zware bos Rabarber .    5 ct Valenciarper stuk strijdingsmiddelen in het meest aan brandgevaar blootgestelde Op straat. Zich onmiddellijk weer Mooie Sla    Winsap appelen, per pond
Pracht Lof. per pond 28 gedeelten der behuizing en aanhorigheden; aan Zijn werk 0f naar zijn woning be- Appelen. geel. extra. per pond
Raapsteel. 5 bos .    • 10 ct Fijne  JO cv 28 4. het nemen van maatregelen tot het temperen en!of dooven van geven. Niet ontplofte bommen 0f Mooie bos Wortels .    [21,4 Ct    Handperen, 7_per pond licht en voorkoming van elke lichtuitstraling en lichtweer- gelijke niet aanraken (autoriteiten Worteltjes. per kilo 10 ct Fyffes bananen. per pond Groote Komkommers 20 ct RadijS' per bos 30 spiegeling naar buiten; waarschuwen! ) Gevaarlijke plaatsen 5. het met kleefpleister of strooken papier, linnen e.d. kruisge- mijden! Onze Aardappelen wijs beplakken van aan de buitenzijde onbeschermde venster-   Bij gasgevaar zich tegen den Wind in 0f in een richting loodrecht de zijn niet te overtreften{! ruiten;                           Op windrichting rustig verwijderen, opper- Zeeuwsche Bonte, per kilo    6 ct Friesche ûc•odstÀr; -per kilo 6-ct 6. het in goed sluitende blik-, glas- of papierverpakking in ge- vlakkig en rustig ademhalend met een Zeeuwsche Blauwe. per kilo    6 ct Extra gele. per sloten kasten opbergen en bewaren van voorradige levens- (zoo mogelijk vochtig gemaakten) Al deze soorten zijn geen drielingen.    Gratis thuisbezorgd.' middelen en het in goed sluitende flesschen bottelen van drink- doek voor mond en neus als men niet water. (Dit laatste dagelijks ververschen!) van een gasmasker is voorzien. 7. het klaarzetten van het hoognoodige voor het geval dat de In geval van mogelijke besmetting woning plotseling moet worden verlaten. met gas in naastbijzijnden medischen hulppost laten ondlrzoeken. Maatregelen bij luchtgevaar : Is men Vermoedelijk met mosterdgas
0f dergelijke besmet, dan de besmette Luchtbeschermingsdienst BIJ LUCHTALARM.plaatsen niet met de handen aanraken.
In huis. Rustig in de schuilplaats zit-
  Algemeen. Kalmte bewaren. Hulp- ten of liggen. Daarin niet rooken. maar met een doek afbetten. Het is dringend noodig gedurende den avond en nacht al uw vaardig zijn. Zich rustig naar en in de lichtvlamtnen of open Vuur (Overqecomen uit de brochure „Gezinsbe- ramen te verduisteren. Bij de kleinste nalatigheid stelt men zich noch open schuilplaats Of dichtstbijzijnde woningvan de Ned. Ver. . LuchtEe: aan vervolging bloot. Eén klein lichtstraaltje kan aanleiding Zijn. gebruiken. begeven. Zieken, gebrekkigen enden toestand dat een vijandelijke vlieger huis ontdekt en dan stelt u
                                    Doorloopend letten op zwakken helpen. Door bevoegden ge-alleen U zelf, doch Ook uw omgeving aan de grootste gevaren
                                  van de schuilplaats en in alles wat Officiëel Nieuuvs geven bevelen en aanwijzingen opvol- haar bruikbaarheid vermindert onmid- bloot.
    qen.Bekendmakin 0.    Weest verder Voorzichtio met uw licht. aas en water. De
Laat juist nu Uw en dat nog tegen rijwiel deze   moffelen lage prijs r:oictvvss PINKSTER-AANBIEDING
I flesch SPAANSCHE WIJN 50 ct I flesch LIKEUR .    50 ct i groote pot KERSEN    59
I blik GESTOOFDE PEREN .    28 ct
I groote pot BATO APPELMOES . 28 ct Diverse BLIKGROENTEN . 25 ct 1 pak CAKE-POEDER ... ... . 10 ct
2 pak BAKMEEL    25
1 groote flesch LIMONADE    43 ct
3 ons gevulde ZUURTJES    25 ct HEDEN ONGEKEND LAGE PRIJZEN!
    4    voor    ct
    Gebaken Bokking, 8     25 
    Harde Bokking. 6 voor    10 ct
Gebakken Schol. groot, 3 en 4 25 ct
Gebakken Schelvisch. 3. 4. en 5 25 ct Gerookte Paling. per half pond
                     vanaf 25 ct Gerookte SchelQisch. Schol en
Schar. per pond 25 ct
    TELEFOON 328    Gestoomde Makreel. voor    25 ct
Zoekt uw voordeel en koopt in
, Het Vischhuis"
    I. SIJL    V i.sscherstraat 7
ZIJ, DIE ZICH WILLEN VERZEKEREN . VOOR GELDELIJKE UITKEERING BIJ ZIEKTE, VERWIJZEN WIJ NAAR DE WEG MET DIE DURE PRIJZEN!
Naar ca An GALESLOOT's     Vereeniging „Liefde en Voorzorg" 't Kaashuis    KRUIDENIERSBEDRIJF
    CONTRIBUTIE 25 ct. p. week voor een HEERLIJK STUKJE KAAS.    Havenstraat 5a    Tel. 596    Huizen
    Voor inlichtingen wende men zich tot    Zeer fijne snijbare kaas. p. p. f 0.30
H. VAN AMSTEL, Voorzitter, Ceintuurbaan 24 iets aparts, p. p. f 
Pikante Meikaas    p. p. f 0.35 JAN BOOR. Secretàris. Meentweg 42
G. ZWART. Penningmeester. Zeeweg 17 Leidsche belegen P. P. f 0.20 Oude Leidsche P. P. f 0.35 LUXE AUTO-VERHUUR - Het oudste vertrouwde adres Groote Edammer     per stuk f 0.90 SCHRbDER K. KOEMAN is thans Ceintuurbaan ta Eemnesserweg 23 TEGENOVER H ET KER KHOF     September.     0.35
Indien u met het oog op het invullen Uwer
Bestelhuis
SNELLE    Nutricia's VISSER    artikelen
ZEEGRAS
VARENS
ALPENGRAS
KAPOK
KURKWOL
KURKDONS
VERFWAREN    GLAS
DROGISTERIJ
BRANDS
Dorpsplein     Telefoon 319 Bestelt uw Moederdagtaart
bij den speciale
Banketbakker
van Huizen
dan geeft u iets fijns
Of een mooie luxe doos bonbons BELASTINGBILJETTEN uw administratieUw adres voor Ziekenhuis bezoek A'foort, Utrecht - OOK TROUWEN in orde wilt laten maken, wendt tl dan tot hetDAG EN NACHT GEOPEND GEEN ALCOHOL - TELEF. 306
ADMINISTRATIE- E N ASSURANTIEKANTOORRUIME MODER NE WAGENS
L. M. SCH RIJ V E R
EIKENLAANTJE 25 - TEL.     - HUIZEN
Voor Moederdag
zijn onze T A A R T E N niet alleen een verrassing anaar tevens een tractatie. Voor de Pinksterdagen
Onze Allerhanden van 90-80-60 Ct p.p. Speciaal PINKSTERBROOD vanaf 30 ce
Op straat. Zich onmiddellijk weer aan zijn werk of naar zijn woning begeven. Niet ontplofte bommen of dergelijke niet aanraken (autoriteiten waarschuwen!) Gevaarlijke plaatsen mijden! Bij gasgevaar zich tegen den wind in of in een richting loodrecht op de windrichting rustig verwijderen, oppervlakkig en rustig ademhalend met een (zoo mogelijk vochtig gemaakten) doek voor mond en neus als men niet van een gasmasker is voorzien. In geval van mogelijke besmetting met gas in naastbijzijnden medischen hulppost laten onderzoeken. Is men vermoedelijk met mosterdgas of dergelijke besmet, dan de besmette plaatsen niet met de handen aanraken, maar met een doek afbetten.
(Overgenomen uit de brochure "Gezinsbescherming" van de Ned. Ver. voor Luchtbescherming).
Luchtbeschermingsdienst
Het is dringend noodig gedurende den avond en nacht al uw ramen te verduisteren. Bij de kleinste nalatigheid stelt men zich aan vervolging bloot. Eén klein lichtstraaltje kan aanleiding zijn, dat een vijandelijke vlieger Uw huis ontdekt en dan stelt U niet alleen U zelf, doch ook Uw omgeving aan de grootste gevaren bloot.
Weet verder voorzichtig met Uw licht, gas en water. De tijd kan spoedig komen, dat alle steenkolen opraken.
Blijft 's avonds in Uw woningen en houdt Uw kinderen binnen.
Het Hoofd van den Luchtbeschermingsdienst.
Officiëel Nieuws
Bekendmaking.
De Burgemeester van Huizen maakt bekend, dat het eigenmachtig verlaten der gemeente door de bevolking in westelijke richting vanaf heden verboden is.
Voor zoover noodig maant hij de bevolking tot kalmte aan en wijst hij haar op het gevaar waaraan zij zich blootstelt, indient zij niet vertrouwt op de voor de veiligheid der bevolking getroffen voorbereidingen.
De Burg. voorn.,
H. VLUG
Huizen,
10 Mei 1940.
DE IJSSCHOTS - VERVOLG
Aartje Kruijning-Teeuwissen
In het vorige nummer vertelde ik over een hachelijk avontuur met een ijsschots. Gelukkig liep dit goed af en hebben de vrouwen niet mee hoeven te maken wat een vader met zijn twee zonen overkwam in de winter van 1849. Zij dreven dagen op een schots, aten rauwe vis en zijn eindelijk na veertien dagen gered. Eén zoon overleed meteen na de redding en zijn vader de volgende dag. Over dit gebeuren is door H. van Zij/ een lang verhaal gepubliceerd dat ik in mijn bezit kreeg uit de nalatenschap van de (in onze Kring welbekende) heer M. Heijder. Waar dit versc0enen is, is helaas onbekend. Hieronder treft u een samenvatting aan van het relaas van de veertien dagen op de ijsschots.
VEERTIEN DAGEN OP EEN IJSSCHOTS (1849)
Klaas Bording sr. uit Durgerdam ging op zaterdagmiddag 13 januari 1849 er nog op uit om bot te kloppen. Zijn zoons Klaas jr., 19 jaar, en Jacob, 17 jaar, vergezelden hem. Moeizaam duwden zij de zwaarbeladen slee de haven van Durgerdam uit en koersten om te beginnen aan op de toen nog stenen vuurtoren van IJdoorn, die zij na een half uur bereikten, en kozen vervolgens de richting van Muiden, waar zij hun geluk wilden beproeven op de zandplaat die bij hen bekend stond als het Muiderhart. Vader Bording maande tot spoed, want hij wilde nog vÔ6r de duisternis inviel de netten onder het ijs hebben.
Vader Bording gaf op het ijs aan waar de bijten gehakt moesten worden en omdat zij twee bijlen hadden meegenomen, kon de oudste zoon ook meehelpen hakken. De netten werden
De zwerftocht over de Zuiderzee. (foto. Vetz. H. van Zijl)


onmiddellijk 'gezet', dat is met een ongeveer 16 meter lange lat onder het ijs geschoven en meteen werd met het kloppen begonnen.
Het geluk was met hen, want hun netten liepen vol bot. Inmiddels viel de duisternis in en regenbuien ontlastten zich tussen hevige windvlagen in. Andere vissers gingen al naar huis, maar vader Bording, aangevuurd door de grote vangst, besloot de nacht door te vissen temeer omdat tegen half tien de maan zou opkomen. Na weinig uren was de vangst tot 700 botten gestegen. Nòg een klop! Weer 100 stuks. Maar dan bemerkten zij opeens dat de netten over de zeebodem sleepten. De lange lat (flodderlat) wordt in de bijt ter controle in de zeebodem gestoken en deze bevestigt hun vermoeden. Als ervaren vissers beseffen zij terstond het gevaar van hun toestand. Niettemin besluit vader Bording ter plaatse te blijven, omdat bij het zwakke maanlicht en het regenachtige weer toch geen plek te vinden zal zijn waar het ijs de wal raakt.
Zondagmorgen 14 januari bracht echter geen uitkomst. Tussen hen en het eiland Pampus bevond zich een grote watervlakte. Dan maar noordwaarts over het ijs, hopelijk kruit het ijs tegen de in de Zuiderzee uitstekende Uitdammer hoek. Maar ook die hoop bleek ijdel en tegen elf uur stak een stevige storm op, die het ijsveld nog verder van de Noord-Hollandse kust verwijderde.
Dan maar weer over het ijs in de richting van Muiderberg.
Ook tevergeefs ... Maar de in nood verkerende vissers grepen iedere mogelijkheid aan en dus vestigden zij nu hun hoop op de nauwe opening tussen Marken en de kust. Helaas! 's Avonds aten zij de laatste van de 12 meegenomen plakken roggebrood.
Maandag 15 januari was de wind nog steeds noordwest en hun hoop was nu op de Zuidwal gevestigd, dus liepen zij op hun grote schots in de richting Naarden maar vonden alweer open zee voor de kust. Inmiddels was de 'viktalie' op en om de lege maag enigszins te vullen, zetten zij hun tanden met tegenzin in de rauwe bot, terwijl zij sleuven in het ijs hakten om regenwater op te vangen.
Op dinsdag 16 januari richtten zij zich voor de derde keer naar de Zuidwal, nu naar de Eemmond en in de loop van de middag kregen zij de toren van Nijkerk in zicht, doch evenmin als de vorige dagen kon men de wal naderen daar de wind keerde. Van de botten, die de slee te zwaar belastten, ontdeden zij zich, slechts 50 stuks behielden zij om niet geheel zonder voedsel te zijn. Zij zouden nog elf dagen de honger er mee moeten stillen.
De komende vijf dagen van 17 tot en met 21 januari zouden hun lijden tot maximale hoogte opvoeren. Dikke mist, stortregen en motregen wisselden elkaar af en belemmerden ieder uitzicht. Hun kleding was doorweekt en hun voeten zwollen op, terwijl eb en vloed en de aanhoudende dooi de ijsschots deden afbrokkelen. Herhaaldelijk moesten zij van schots verwisselen, de zuidwestenwind dreef hen naar het noorden, evenals de eb, maar de vloed stuwde hun schots weer zuidwaarts.
Op zondag 21 januari trokken de nevels op en door een peiling bemerkten zij op het Enkhuizer zand te drijven en niet lang daarna konden zij Enkhuizen zé dicht naderen, dat zijde honden hoorden blaffen, maar hun angstgeschreeuw werd in die stad niet gehoord. Weer kregen zij de elementen tegen: wind, eb en vloed dreven hen op 22 januari naar de Val van Urk. Dat was gevaarlijk, want bij eb konden zij naar de Noordzee afdrijven, maar gelukkig gebeurde dit niet. Wel nam hun lijden nog steeds toe: hun gezwollen voeten zaten vastgeklemd in hun klompen en de aanhoudende regen doorweekte hun kleding, terwijl van slapen niets kwam. Nòg konden zij zich voeden met rauwe bot en de dorst bestrijden met het opgevangen regenwater.
Inmiddels was op 19 januari uit Durgerdam een botter uitgevaren om de vermisten te zoeken. Tot Urk gekomen werd de haven aldaar gedurende twee donkere dagen door het ijs ingesloten, waarna men naar huis ging met de tijding de ongelukkigen niet te hebben gevonden.
En toch dreven de verkleumde Bordings van 23 tot 26 januari heen en weer tussen Urk en Schokland. In de middag van 25 januari waren zij zelfs zé dicht Schokland genaderd dat zij de buurten daar konden onderscheiden en de Schokkers op hun loopbrug, die de verschillende buurten verbond, konden zien, maar hun verzwakt hulpgeroep werd weer niet opgemerkt. Maar toch, diezelfde donderdagmiddag maakt een grote vreugde zich van hen meester. Zij zien aan de horizon een wit zeil recht op hen toekomen. Het bleek de beurtschipper R.J. Otten van Zwartsluis te zijn, op weg naar Amsterdam. Maar een enorme teleurstelling was het, toen zij zagen dat dit schip door de wind ging en een andere koers nam. Intussen was hun schots steeds kleiner en dunner geworden door de dooi en de langs schuivende schotsen. Om het gewicht te verminderen werd de zware eikenhouten klopper in het water gekiept; de slee met de kostbare netten, de twee bijlen, het zeil en de haak hielden zij bij zich.
Vrijdag 26 januari bracht nieuwe angst, want de ebstroom voerde hen weer noordwaarts naar de open zee met kans op afdrijven naar de Noordzee. Aan de rauwe bot waren zij zo langzamerhand gewend, zij aten die nu gretig, maar er waren er nog maar zo weinig, dat vader Bording de laatste vier dagen daar niet van had genuttigd om niet de hongerdood van zijn zoons te moeten aanzien.
Zaterdag 27 januari was het weer bijzonder helder en daar zij in de richting van Vollenhove dreven, bonden zij de koffieketel en een halsdoek als noodvlag aan de mast van de slee. Zo naderden zij 's morgens om 8 uur het stadje Vollenhove zé dicht, dat een bewoner hen opmerkte en tegen een visser zei: "Zouden die donkere stippen op het ijs mensen kunnen zijn?"' waarop de visser antwoordde: "Welnee, dat is zwarte grond, die aan het grondijs zit, dat gebeurt bij het ijskruien wel meer". En weer deed de ebstroom hen afdrijven en Vollenhove verdween uit het gezicht.
Inmiddels was er iets wonderlijks gebeurd. Al op donderdag 25 januari had men op het kerkplein van Vollenhove twee haringen gevonden, die waarschijnlijk een meeuw had laten vallen. De eerste voorjaarsharing! Wel buitengewoon vroeg, want normaal kwam de eerste haring in maart.
Deze vondst was voor de visser Steven Kroes en zijn knecht Klaas Edelenbos en een tweede punter met schipper Gerrit Visser en zijn knecht Frederik Kroes aanleiding om op vrijdag 26 en zaterdag 27 januari ter visvangst te gaan. Al vissend waren zij op laatstgenoemde dag tot de rand van het drijfijs genaderd en daar was het dat Frederik Kroes hoorde roepen op het ijs. Weldra ontdekten zij toen de ongelukkige Durgerdammers, staande bij hun slee met de noodvlag.
De redding ging niet van een leien dakje want de vissers konden met hun punters de Bordings niet dichter dan tot ongeveer honderd meter naderen en daarom besloten zij dat één punter naar Vollenhove zou gaan om een ijsvlet te halen, die bemand werd met vier personen: Jan Driezen, Gerrit Zoetebier, Hendrik Edelenbos en Piet Tabois. Een half uur later vertrok ook nog schipper Arend Jongman met zijn tjalk met ruim 30 Vollehovenaren, voorzien van ladders, touwwerk en levensmiddelen. Vooral Jan Driezen bewees op deze tocht belangrijke diensten. Voorzien van waterlaarzen, hangende aan de voorplecht, trapte hij de schotsen onder het schip en na anderhalf uur ploeteren had men de ongelukkigen bereikt, die met een klein stukje roggebrood en een glaasje jenever werden verkwikt. De slee kon men niet meenemen, wel de bijlen, enige netten, de koffieketel en het restant van de leeftocht: slechts twee en een halve bot.
Toen de tjalk bij het wegvaren tegen de schots stootte waarop de Bordings veertien dagen hadden doorgebracht, brak er een groot stuk af. Als dat stuk enige uren eerder was afgebroken zou het restant hen niet hebben kunnen dragen. De klein geworden schots heeft hen de laatste dagen alleen kunnen torsen omdat er een andere schots ondergeschoven was. 's Avonds om zes uur werden zij in Vollenhove ondergebracht in de herberg van Sauer waar de plaatselijke arts, dL E. Ekker, hen onder zijn hoede nam. Toen eerst bleek hoeveel de Bordings hadden geleden.
Hun uitgeteerde gezichten met holle ogen, de gezwollen en ontstoken voeten, die met veel moeite van de klompen werden bevrijd, spraken duidelijk van de ontberingen die zij hadden doorstaan. Een beschuit was het eerste voedsel op Vollenhoofse bodem, waarbij Klaas de zoon aan ds. B.J. Dibbetz verzocht een dankgebed voor hun redding uit te spreken. Ds. H. Uden Masman jr. belastte zich moeder Bording in Durgerdam bericht te zenden.
Reeds vier dagen later, op 31 januari 1849, kwamen Bordings zuster en zwager P. Staats over land naar Vollenhove, waarna op 4 februari zijn vrouw met 12 Durgerdammers familie en vrienden - per botter arriveerden. Helaas, al de volgende dag, 5 februari, overleed de oudste zoon Klaas ten gevolge van de doorgestane ontberingen. Zijn moeder had hem niet meer bij kennis aangetroffen. Op 7 februari werd hij op de algemene begraafplaats te Vollenhove begraven. De toestand van vader Bording ging aanvankelijk vooruit, maar op 15 februari kwam er een ongunstige wending en op 26 februari overleed ook hij. Precies drie weken na zijn oudste zoon werd vader Bording in hetzelfde graf aan de aarde toevertrouwd. Alleen Jacob Bording keerde naar zijn geboortedorp Durgerdam terug, waar hij op 26 november 1857 trouwde met zijn nicht Elizabeth Bording. Hij overleed daar op 39-jarige leeftijd op 8 februari 1871. De weduwe van Klaas Klaassen Bording heeft haar man nog ruim 32 jaar overleefd. Marritje Staats overleed te Durgerdam op 12 april 1881 , 77 jaar oud.
A/ spoedig na de redding werd er in Vollenhove een 'Commissie ter behartiging der belangen van de Durgerdammer Visschers' opgericht, die reeds in 1849 bij R. van Wijk Anths.
Zoon in Zwolle het 'Authentiek Verhaal der wonderbare redding van Klaas Klaassen Bording en zijne beide zonen, na een veertiendaagsch omzwerven op het drijvend ijs in de Zuiderzee; uitgegeven ten voordeele der geredden door eene Commissie te Vollenhove' liet drukken.
De drie Bordings op de ijsshots. (Tekening J. Plugger, 1795-1871. Foto Zuiderzeemuseum)
MET SCHEPEN EN VISSERS UIT HUIZEN PAGELUKKEN 
De goed florende visserij van Huizen had ook haar schaduwkanten. Er was ook armoe, die vooral werd geleden door de vissersknechten in jaren met slechte visvangsten. De visserij was nou eenmaal een bedrijf met goede en slechte vangst-jaren, die elkaar afwisselden. In jaren van goede ansjovis of haringvangsten maakten de vissers hoge besommingen, waarmee ze hun schulden bij de scheepswerf en zeilenmakers konden aflossen. Er waren ook jaren van top-verdiensten zodat de vissers in één jaar een nieuwe schuit konden aanschaffen en/of een woning konden laten bouwen. Maar er waren ook jaren van grote armoede in Huizen. Zodat er in landelijke kranten oproepen werden geplaatst voor bijstand in de ergste nood. Door de vissers met een eigen visserschuit moesten ook nog de kosten voor het regelmatig onderhoud van de schuit en het vistuig worden opgebracht.
Naast deze financiele-problemen was er ook menselijk leed over omgekomen mannen en zonen bij ongelukken met de vissersschepen. Want er zijn veel vissers verdronken bij het uitoefenen van hun beroep. Vooral in de gehele 19e eeuw zijn er een groot aantal vissers en knechten verdronken.
Het was dan ook bizar dat vissers die hun beroep op zee uitoefenden veelal niet konden zwemmen.
In onze tijd i9 dit ondenkbaar, men is verplicht - vooral bij een zeevarend beroep - de zwemkunst machtig te zijn. Tevens dient men zich te besChermen en te verzekeren tegen bedrijfsongevallen.
Vanwege de geringe diepte van de Zuiderzee en de vele zandplaten, werden de schuiten als zogenoemde platbodems geconstrueerd. De schuiten hadden door het ontbreken van een kiel weinig balans en konden bij stormweer gemakkelijk omslaan, met alle gevolgen van dien. Opmerkelijk is ook dat meeste vissers en knechten op jeugdige leeftijd verdronken. Minder ervaring, jeugdige overmoed, in combinatie met een onstabielle schuit, zou een oorzaak kunnen zijn van de vele ongelukken. Een enkele ongeluk werd in de krant vermeld. Uit de 18e eeuw zijn echter weinig ongevallen bekend, er werd hierover niets vermeld in de Begraafregisters. Na de invoering van de Burgelijke Stand (BS) in 181 1 door keizer Napoleon werd dit beter. Het werd toen verplicht om in de overlijdensakte de doodsoorzaak en bijkomende bijzonderheden te vermelden. Voor opsporing van ongelukken met vissers dient dan ook onderzoek in de archieven gedaan. Mondelinge overleveringen zijn minder betrouwbaar, er kunnen daardoor verminkte verhalen ontstaan. Vervolgens een reeks van ongelukken en verdrinkingsgevallen van schepen en vissers uit Huizen. De reeks geeft een nogal triest beeld van het harde vissersbestaan in de vorige eeuwen, maar het was wel realiteit.
Haringschuit, 25 februari 1719
Tijdens stormweer is een haringschuit uit Huizen omgeslagen op de Zuiderzee, waarbij beide opvarenden Gijsbert Hendrikckzoon, 55 jaar en Lambert Harmenz. Kos, 22 jaar omkwamen. Het lichaam van Lambert Kos werd later aan de zeekant bij Muiderberg gevonden en te Huizen in de Oude-Kerk begraven. Zie hierover het verhaal van Lambert Rijckz. Lustich, gepubliseerd in de Ratel van 2002 door Harmen Kos.
Haringschuiten, 4 december 1724
Volgens een overlevering: Was er op 4 december 1724 een geweldige storm. Een aantal schuiten van de Huizer vissersvloot sloegen van hun ankers en raakten op drift. Er zouden drie vissers uit Huizen bij omgekomen zijn. De archieven geven hierover geen duidelijkheid en bronnen ontbreken.
Haringschuit, januari 1744
De visser Marten Jansz. Bout, geboren te Blaricum circa 1667, is in 1744 verdronken op zee. Uit de DTB-Registers van Huizen: Op 29-03-1744, met attestatie van Blaricum naar Huizen, Marten Jansz. Bout, met de toevoeging Obitt (is Latijns voor overleden) verdronken. Hij was getrouwd met Willemijntjen Gerritsdochter en had één dochter.
Haringschuit, maart 1769
Frederik Cornelisz. Visser, geboren te Huizen in 1 723, visser, circa 45 jaar, overleden op Zee in maart 1769. Hij was getrouwd met Neeltje Pieterse Boor en had één zoon.
Haringschuiten, februari 1808
Volgens een overlevering: Zouden tijdens een noordoosterstorm 24 schepen verloren zijn gegaan.
Dit was op de Zuiderzee tussen Naarden en Huizen, hierbij verdronken een aantal (24) vissers. De archieven geven hierover geen informatie en bronnen ontbreken.
Haringschuit, 31 augustus 1815
De visser Willem Lambertz. Schaap, 29 jaar, verdronken in de Zuiderzee, in de omgeving van het eiland Marken, tijdens stormweer. Willem Schaap was getrouwd met Ebbetje Maasen Zeeman, die later als weduwe hertrouwde met de bekende Huizer visser Tijmen Cornelisz. Visser.
Haringschuit, maart 1819
Voor de kust van Friesland, ter hoogte van Hindelopen, verdronk tijdens het vissen Jan Andriesz. Veerman. Geboren in 1784, 35 jaar. Jan Veerman was een zoon van Andries Veerman en Melisje Veerman. Hij was getrouwd met Grietje Janse Lustich en liet vier kinderen na. Grietje Lustich trouwde, als weduwe op 06-12-1823 met Aalt Jacobz. Kos, weduwnaar van Albertje Janse Visser. Aalt Kos was de vader van Jacob Aaltz. Kos, alias Aelte Jawik, de latere havenmeester van Huizen.
Haringschuit, maart 1822
Pieter Janz. Visser, visser, 38 jaar, verdronken in de Noordzee. Tekst uit de akte: overleden voor het Eiland Terschelling door schipbreuk. Hij was getrouwd met Adriaantje Cornelise Gooijer.
Haringschuiten, februari 1827
Volgens een overlevering: Bij stormweer uit het noordoosten raakten er 16 visserschepen op drift en zonken. De schepen lagen op de 'Reede' voor anker. Dit was dus een forse bedrijvenschade.
Haringschuit Nr. 6, 6 maart 1835
Pieter Hendrikz. Visser, visser, 33 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken in de Zuidetzee ter hoogte van het eiland Marken, die tesamen met de visser Jan Post verdronken is. Pieter Visser was getrouwd met Oetje Janse Baas.
Jan Janz. Post, geboren te Huizen 1773, visser, 61 jaar. Tekst uit de akte: 6 maart 1835. Verdronken in de Zuidetzee ter hoogte van het eiland Marken, tesamen met Pieter Visser. Jan Post was in Huizen voor de derde keer getrouwd met Teuntje Klaasse Kruijning.
Haringschuit, 21 december 1842
De jeugdige visser Dirk Hendrikz. Visser, 18 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken tijdens vissen in de omgeving van Hardetwijk. Dirk Visser was ongehuwd, en zoon van I-lendrik Hendrikz. Visser en Bieltje Dirkse Harder.
Haringschuit, 19 augustus 1845
Jan Martenz. Schaap, visser, 66 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Huizen, 25-08-1845, akte 34:
Jan Schaap tesamen met Dirk. van der Roest, verdronken in de Zuidetzee. Waarschijnlijk zijn ze tijdens het vissen door een stevige windstoot verrast en is de schuit omgeslagen, met genoemd gevolg.Vermoedelijk waren ze met de schuit nummer 67 van de vader van Jan Schaap - Marten Janz. Schaap - die eigenaar was van meerdere schuiten. Jan Martenz. Schaap was getrouwd met Gerritje Janse Zwart en had vijf kinderen.
Huizen, 25-08-1845, akte 35: Dirk van der Roest, visser, 27-jaar, verdronken in de Zuidetzee tesamen met Jan Schaap. Dirk Evertz. van der Roest, was een zoon van Evert van der Roest en Aaltje van der Sluijs en was getrouwd met Klaasje Joosten Westland. Dirk had géén kinderen.
Klaasje Westland was een dochter van Joost Westland en Jannetje Klaasse Kos. Zij hertrouwde met Krijn Janz. van Amstel, visser.
Haringschuit, 13 december 1845
Pieter Lambertz. Bestevaer, vissersknecht, verdronken in de Zuiderzee, 34 jaar. Aktenummer 81, 27-12-1845, Verdronken in de Zuiderzee ter hoogte van de Laardermaat. Hij was een zoon van Lambert Janz. Bestevaer en Aaltje Pieterse Modderman en getrouwd met Hendrika van Slooten.
Huizer Noordzeeschuit, 26 april 1847
Hendrik Gijsbertsz. Bout, 42 jaar oud, overleden op de Noordzee buitengaats, tijdens het vissen. Aangifte gedaan door de Huizer vissers, Cornelis Visser en Klaas van As. Hendrik Bout was getrouwd met Geertje Gerritse van As, en had acht kinderen. Jan Lambertz. Bunschoten, vissersknecht, 31 jaar, overleden op de Noordzee buitengaats,gelijk met Hendrik Bout. Jan Bunschoten was getrouwd met Aaltje Gerrits Hagedoorn en had géén kinderen.
Hij was de oudste zoon van Lambert Rijckz. Bunschoten en Jannetje Janse Bout.
Haringschuit, 9 december 1847
Jan Klaasz. Baas, visser, 20 jaar, overleden in de Zuiderzee. Tekst van de akte: 09-12-1847, Overleden op de Zuiderzee in de vaart nabij Edam. Jan Baas was een zoon van Klaas Janz. Baas en Geertje Cornelise de Jong, en ongehuwd.
Haringschuit, 31 maart 1851
Thomas Janz. Bout, visser, 21 jaar, overleden in de Zuiderzee. Tekst van de akte: 31-03-1851, Overleden op de Zuiderzee, voor het Harde. Thomas Bout was ongehuwd, en een zoon van Jan Janz. Bout en Rijkje Hendrikse Ruijter.
Haringschuit, 18 februari 1852
Jan Lambertz. Bakker, visser, 21 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken in de Zuiderzee, op de Reede. Jan Bakker was ongehuwd en zoon van Lambert Hendrikz. Bakker en Gerritje Wijgertse van As.
Haringschuit, 13 juli 1854
Jan Janz. Bout, visser, 20 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken in de Zuiderzee, te noorden van Huizen, bij Broekerhaven hoogt. Jan Bout was ongehuwd en zoon van Jan Gijsbertz. Bout en Fijtje Janse van der Roest. Triest is dat in dit gezin drie zonen, in 1854, 1858 en 1907, als vissers door verdrinking om het leven zijn gekomen.
Haringschuit, 29 april 1855
Klaas Cornelisz. Baas, vissersknecht, 28 jaar, overleden op de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Overleden op de Zuidetzee op de hoogte van het eiland Marken. Klaas Baas was ongehuwd.
Haringschuit, 23 juni 1855
Hendrik Dirkz. Visser, vissersknecht, 28 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken in de Zuiderzee, overboord geslagen en verdronken, ter hoogte van Elburg. Hendrik Visser was getrouwd met Gerritje Hendriks Visser en zoon van Dirk Visser en Aafje Schaap.
Haringschuit, 28 maart 1856
Cornelis Tijmenz. Visser, visser, 35 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Overleden in de Zuiderzee nabij Harderwijk. Cornelis was getrouwd met Anna Pieters Vlaanderen, die als weduwe voor de tweede keer trouwde met Marten Jacobz. Schaap die in 1875 is verdronken
Haringschuit, 13 november 1857
Geurt Pieterz. Visser, visser, 28 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: 13-11-1857, Verdronken in de Zuiderzee, overboord geslagen tijdens stormweer en verdronken, ter hoogte van het eiland Marken. Geurt Visser was getrouwd met Jacoba Pieterse de Graaf, en zoon van Petrus (Pieter) Geurtz. Visser en Aaltje Theunise van der Hulst.
Haringschuit, 12 mei 1858
Lammert Janz. Bout, vissersknecht, 23 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken in de Zuiderzee, bij het eiland Urk. Jan Bout was getrouwd met Jannetje Janse Bout.
Haringschuit, 16 juni 1858
Hendrik Klaasz. Bout, visser, 27 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: 16-06-1858, Verdronken in de Zuiderzee nabij Zeeburg. Hendrik Bout was en een zoon van Klaas Bout en Aaltje Boor en getrouwd met Geertrui Aartse Vos.

Haringschuit HZ 100, 29 mei 1860
Elbert Janz. Molenaar, oud 45 jaar, werd levenloos aan boord van zijn schuit gevonden. De botter lag vastgelopen op de Top, een zandbank voor de kust van Genemuiden. Elbert was getrouwd met Pietertje Petruse Kooij en vader van acht kinderen.
Haringschuit, 25 september 1860
Pieter Harmenz. Schaap, visser, 42 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Overleden op 25-09-1860, om 09.00 uur in de Zuiderzee nabij en ten zuidwesten van het eiland Urk, tengevolge van den op dien dag gewoed hebbende storm, door het omslaan der visschuit waarin hij zich bevond, is verdronken. Pieter Schaap was getrouwd met Hendrika van Slooten.
Haringschuit, 25 september 1860
Cornelis Nanningz. Honing, vissersknecht, 22 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Overleden op 25-9-1860 om 09.00 uur in de Zuiderzee nabij en ten zuidwesten van het eiland Urk, tengevolge van den op dien dag gewoed hebbende storm, door het omslaan der vischschuit waarin hij zich bevond, is verdronken. Waarschijnlijk was hij knecht bij Pieter Harmenz. Schaap die op de zelfde datum, tijd en plaats is verongelukt! Dit is echter niet uit beide akten op te maken. Cornelis Honing was ongehuwd en een zoon van Nanning Dirkz. Honing en Bieltje Cornelise Bunschoten.
Haringschuit, 2 mei 1861
Jacob Harmenz. Westland, visser, verdronken in de Noordzee. Tekst van de akte: Dat op heden den 2e mei jongstleden des s'morgens te 5 ure in de Noordzee, nabij en ten oosten van het Vlie, tengevolge van den op dien dag gewoed hebbende storm, door het omslaan der vischschuit waarin hij zich bevond, is verdronken en alzoo overleden. Jacob was geboren in 1822 en 39 jaar oud, hij was getrouwd met Willempje Andriese Das en liet vijf kinderen achter.
Haringschuit, 4 december 1863
Pieter Gijsbertz. Schaap, visser, 45 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken in de Zuiderzee nabij en ten westen van de haven van Huizen, tengevolge van een op dien dag gewoed hebbende storm, door het zinken der vischschuit waarin hij zich bevond, is verdronken. Pieter was een zoon van Gijsbert Lambertz Schaap en Geertje Jans Schaap, hij was getrouwd met Jannetje Cornelise Baas.
Haringschuit, 4 december 1863
Jan Geurtz. Sijbrandse de Groot, visser, 65 jaar oud. Akte 56, 04-12-1863, Verdronken in de Zuiderzee, nabij en ten oosten van de haven te Huizen, tengevolge van een op dien dag gewoed hebbende storm, door het zinken der visschuit waarin hij zich bevond, is verdronken. Jan de Groot was getrouwd met Gerritje Janse Boor, en zoon van Geurt Jasper Sijbrandse de Groot en Anna Maria Van,Wessel.
Haringschuit, 4 december 1863
Pieter Lammertz. Schaap, visser, 45 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken in de Zuiderzee nabij en ten oosten van de haven te Huizen, tengevolge van een op dien dag gewoed hebbende storm, door het zinken der vischschuit, waarin hij zich bevond, is verdronken. Pieter Schaap was een zoon van Lammert Pieterz. Schaap en Marretje Hendriks Kriek, en was getrouwd met Judikje Hendriks van As en had vijf kinderen.
Noordzeeschuit HZ 41, 22 maart 1865
Geurt Janz. Visser, vissersknecht, 37 jaar, verdronken in de Noordzee voor de kust bij Bloemendaal. Het lichaam is op 30-03-1865 begraven te Huizen. Geurt Visser was getrouwd met Oetje Klaasse Lustig.
Haringschuit, 2() februari 1868
Jan Janz. Visser, visser, 30 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Op den twintigsten Februarij heden des morgens te negen ure door hen uit de Zuiderzee te westen van den Kna(a)r is opgevischt en aangebragt eene drenkeling genaamd Jan Visser oud dertig jaren, van beroep visscher, en wonende te Huizen. Jan Visser was een zoon van Jan Janz. Visser en Hendrikje Janse Boor, hij was getrouwd met Jannetje Wijgertse Jongerden.
Haringschuit, 2 maart 1868
Lammert Gerritz. Schaap, vissersknecht, 32 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Op den tweede maart heden voormiddag te elfde ure door hen in de Zuiderzee binnen den Kna(a)r is opgevischt en aangebragt eenen drenkeling genaamd Lambert Schaap oud twee en dertig jaar, vissersknecht en wonende te Huizen. Lammert Schaap was getrouwd met Jannetje Gerrits Kerkmeester.
Haringschuit, 16 juni 1868
I-lendrik Gijsbertz. Visser, vissersknecht, 26 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Dat op den zestiende juni j/ des namiddags te half vier ure in de Zuidetzee nabij den Punt benoorden het eiland Marken over boord gevallen is en verdronken, in den ouderdom van zes en twintig jaren. Hendrik Visser was een zoon van Gijsbert Hendrikz. Visser en Gijsbertje Gerritse Snel, hij was getrouwd met Bieltje Cornelise Gooijer.
Haringschuit HZ 68, februari 1869
Gerbert Janz. Zwart verdronken in de Zuiderzee tijdens vissen, en later aangespoeld.
Tekst van de akte dd 22-02-1869 uit Gemeente Warder (N-H): Jan Buurs, dienaar van politie, 28 jaar, en Jan Storm, kleedermaker, 64 jaar, wonende te Warder, hebben verklaart dat op de 22 februari dezes jaars 1869, om 12.00 uur is aangebragt, een lijk van het mannelijke geslacht, naar gissing tussen de 25 en 30 jaar oud, aan de Zeevang-Zeedijk onder de gemeente Warder, uit zee aangespoeld. Welke persoon bij hen onbekend is. In de tweede akte van 28-02-1869 wordt vermeld: Het lichaam van Gerbert Zwart was op 22 februari aangespoeld, maar werd op 28 februari 1869 herkend, door zijn stiefvader Marten Janz. Schaap, visser en zijn broer Joost Zwart, vissersknecht, aan de kleding. Later was de begravenis op het Oude-Kerkhof (Visserskerkhof) te Huizen. Gerbert Zwart was in 1839 geboren en was 29 jaar toen hij als visser en viskoper verdronk. Hij was een zoon van Jan Gijsbertz. Zwart (overleden in 1845) en Grietje Jans van Amstel. Hij was getrouwd met Jannetje Jacobs Kos, dochter van Jacob Aaltz. Kos, alias Aelte Jawik.
Haringschuit, 25 juni 1873
Jan Lammertz. Bout, vissersknecht, 17 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Tekst uit de akte: Verdronken in de Zuidetzee nabij het eiland Urk, over boord geslagen en verdronken. Jan Bout was van Lammert Janz. Bout en Jannetje Janse Bout, de enige zoon en kind. Het trieste van dit ongeval was dat zijn vader Lammert Bout op 12 mei 1858 (zie dit ongeval) verdronken was, zodat zijn moeder Jannetje Bout als weduwe en kinderloos achter bleef.
Haringschuit, 9 maart 1875
Marten Jacobz. Schaap, visser, 48 jaar, verdronken in de Zuiderzee. Akte 09-03-1875, nabij de Huizerhaven overboord geslagen en verdronken. Marten Schaap was een zoon van Jacob Martenz. Schaap en Aaltje Rijckse Ridder en getrouwd met Anna PieterseVlaanderen.
Haringschuit, 31 augustus 1875
Andries Dirkz. Honing, geboren 23 november 1852, 22 jaar, overboord geslagen bij Muiden en verdronken. Andries was een zoon van Dirk Gijsbertz. Honing en Teuntje Andriese Lustig en ongehuwd.
Huizer botschuit, 29 mei 1880
De vissersknecht Willem Willemsz. Bos, alias Jakob Bos, verdronk op 29 mei 1880, in de Zuiderzee. Willem Bos was een zoon van Willem Janz. Bos en Geertje Jacobse Lustig, hij liet de weduwe Jannetje Lambertse Baas en drie kinderen na.
Huizer botschuit HZ 16, 24 januari 1884
Volgens een overlevering zou in de avond van 24 januari 1884 voor het grote gat bij de haven van Hoorn in hevige storm een botter uit Huizen zijn gezonken. De schuit werd herkend aan de mast, als de Huizer botschuit nummer HZ 16 van Jacob Jacobz. Kos, alias Jacob van Aelte Jawik. Die met een onbekende knecht de bemanning vormde. Tevergeefs werd getracht het wrak te lichten. Vanwege de bergingskosten die de weduwe van Jacob Kos — Wijmpje Bunschoten - onmogelijk kon betalen, verzocht de vader van Jacob Kos - Jacob Aaltzn. Kos, alias Aelte Jawik - Rijkswaterstaat de bergingspogingen te staken. Maar in juni 1884 werd het wrak toch gelicht, er werden toen géén lichamen gevonden. Het lichaam van Jacob Jacobz. Kos is later aangespoeld in de omgeving van Enkhuizen en op 12 juli 1884 op het Visserskerkhof te Huizen begraven. Volgens de overlijdensakte nummer 34 dd 12-07-1884, zou Jacob Jacobz. Kos zijn verdronken in de Zuiderzee in de omgeving van Enkhuizen. Zijn vrouw Wijmpje Klaasse Bunschoten trouwde als weduwe met een broer van Jacob Kos. En wel Dirk Jacobz. Kos, visser, die weduwnaar was van Cornelia Hendriks Zwart.
Huizer botter HZ 106, juni 1885
Volgens een overlevering: Zou de botter HZ 106 gezonken zijn tegen de stenen glooiing van de Drechtselandse dijk, ten oosten van Nek, tussen Schellingwoude en Wijdenes. De eigenaar Jan Gerritszoon Schaap had het wrak verkocht aan ene Verbeek uit Hoorn die het wrak liet slopen en afvoeren.
Huizer botter HZ, 13 september 1 891
Joost Hendrikz. van Amstel, 47 jaar, vissersknecht, verdronken in de Zuiderzee. Tekst van de akte: Tijdens de vischvangst overboord geslagen nabij Edam en verdronken. Joost was een zoon van I-lendrik van Amstel en Evertje Bossebroek. Hij was getrouwd met Evertje Hendriks en liet vijf kinderen achter.
Huizer botter HZ 2, 30 mei 1893
In de nabijheid van de buitenhaven van IJmuiden is verdronken Dirk Prins, oud 59 jaar. Volgens de overlevering is hij overboord geslagen tijdens het ontsteken van de lantaarn. Zijn zoon Hendrik Prins heeft nog geprobeerd hem met een pikhaak uit het water te halen, wat hem niet is gelukt. Vermoedelijk heeft Dirk Prins in het water een hartstilstand gekregen. Het lichaam is met een botter naar Huizen gebracht en daar begraven op het Oude-Kerkhof (Visserskerkhof).
Huizer botter HZ 156, 30 juli 1898
Op zaterdag 3() juli is Tijmen Lambertz. Westland, oud 36 jaar, in de Zuiderzee verdronken. Het gemeentebestuur loofde toen een premie uit van fl. 25,00 voor degene die het lichaam in Huizen zou aangebrengen. Uit de advertentie blijkt dat hij als volgt gekleed was: nieuwe blauwe kiel, Engelsch-leren broek, blauwe verstelde onderbroek, gemerkt met een T in de band, laarzen tot de knieën en in het hemdsboord twee gouden knopen onder de kin. Het lichaam van Tijmen is later uit zee opgehaald, naar Huizen gebracht en begraven op het Oude-Kerkhof. Tijmen Westland was gehuwd met Jannetje Gerberts Zwart, dochter van Gerbert Janz. Zwart, visser, die in februari 1869 verdronken is.
Huizer botter HZ 134, 16 augustus 1900
Dez botter van Jan Gosensz. Lustig kapseisde op de Noordzee voor de kust van Kijkduin (Huisduinen); de bemanning is hierbij omgekomen. Jan Lustig, 75 jaar, was getrouwd met Aaltje Hendriks van As en had vijf kinderen. Opmerking: De botter HZ 134, staat in de Vlootlijst van I januari 1907, schipper is dan Klaas Janz. Kos (eig. fa. Dirk Honing).
Huizer botter HZ 88, 21 juni 1901
Volgens een overlevering: Zou een vissersknecht overboord zijn geslagen nabij Enkhuizen. Opmerking: De botter HZ 88, staat in de Vlootlijst van 1886, de eigenaar is dan Hendrik Heijnen.
Huizer botter HZ 16, 19 mei 1903
Jacob Joostz. Kos, vissersknecht, 26 jaar oud, ongehuwd, in de omgeving van Elburg overboord geslagen en verdronken. Zijn lichaam werdo p 23 mei 1903 begraven in Huizen. Jacob Kos was samen met zijn oudere broer Jan Joostz. Kos aan het vissen. Beiden waren kleinzoons van Jacob Aaltz. Kos, alias Aelte Jawik, die toen zelf al een zoon en twee schoonzonen op zee had verloren.
Huizer botter HZ 189, 22 maart 1905
De vsser Klaas Bout raakte aan boord van zijn schuit met zijn hand bekneld. Hij is toen overgebracht naar het ziekenhuis in Enkhuizen en daar overleden. Opmerking: De botter HZ 189, 26 ton, staat in de Vlootlijst van 1886 op naam van Hendrik Hendrikz. Bout.
Huizer botter HZ 155, 31 augustus 1905
De botter van Andries Jacobz. Westland werd door een aanvaring ernstig beschadigd waardoor de schuit onbruikbaar was voor de visserij. De bemanning werd gered.
Huizer botter HZ 234, 8 februari 1906
Gijsbert Veerman, alias Gijb van Aart, 36 jaar met Gerbert Westland, alias Geb van Lammert van Piet van Lammert, 31 jaar, zijn omgekomen in stormweer op de Noordzee nabij de kust van Callantsoog. Beide lichamen zijn na lange tijd aangespoeld op het eiland Texel en op het strand van Callantsoog. Het graf van Gijsbert Veerman op het eiland Texel bestaat nog steeds.
Zeillogger SCH 8, 26 september 1906
De matroos Jan Savert, 35 jaar, is als opvarende van de zeillogger SCH 8, overboord gevallen bij het verlaten van de Scheveninger haven en verdronken.
Huizer botter HZ 149, voorjaar 1907
Aart Janz. Bout, alias Aart Ansjovis, visser, 58 jaar, overleden aan buikvliesontsteking en begraven op Lerwick, een van de Shetlandeilanden boven Schotland. Aart Bout was een zoon van Jan Lambertz. Bout en Lambertje Bout en getrouwd met Annetje Jacobs Kos. Hij was een schoonzoon van Jacob Aaltz. Kos, alias Aelte Jawik, een naam die al eerder werd vermeld.
Vistreiler IJM 118, 13-14 februari 1910
De gehele bemanning van de stoomtreiler IJM 118 is op zee gebleven, waaronder de zwagers Jacob Klaasz. Brands, 31 jaar en de schipper Jan Klaasz. Snel, 38 jaar. Hun schip werd door een Engelse lijnboot, het Motorschip Greenland overvaren. Men heeft nog wel vanaf het motorschip een sloep uitgezet, maar er werden geen overlevenden gevonden. Er werd vervolgens doorgevaren naar Hamburg waar de aanvaring pas werd aangemeld.
Huizer botter HZ 61 , 24 maart 1910
Willem Janz. Schaap, alias Willem van Jan van Gerrit de Kat, een broer van Piet Schaap, alias Piet Katjen. Willem Schaap is tijdens het vissen op haring met reepnetten in de omgeving van Enkhuizen overboord geslagen. Op zee botste de haringvlet tegen de schuit, waardoor Willem overboord sloeg. Willem droeg een zwaar oliepak en kon hierdoor niet zwemmen. Zijn laatste woorden waren: "Help breur, ik verzuip". Willem Schaap was getrouwd met Besseltje Hendriks Kerkmeester.
Huizer botter HZ 218, voorjaar 1924
Volgens een overlevering: In een zware storm zou op de Zuiderzee een zogenoemde koopschuit zijn vergaan, waarbij beide vissers zouden zijn omgekomen. De schuit was onderweg naar Urk om een lading haring op te halen. De zware koopschuit was gekapseisd. Na de ramp werd de schuit gelicht en verkocht aan een andere schipper. Opmerking: De HZ 218 staat in de Vlootlijst van 1907 op naam van Pieter Jacobz. Kos, alias Piet van Aelte Jawik. Volgens een BS-akte is Pieter Jacobz. Kos op 01-11-1924 overleden en op 05-11-1924 begraven op het Oude-Kerkhof in graf-nummer 216.
Huizer botter HZ 28, 25 november 1925
Deze botter strandde nabij Huizen, er waren geen slachtoffers. De eigenaar Lambert Jansz. Kos, bleef na dit ongeval doorvissen.
Huizer botter HZ 52, 9 maart 1925
Op circa 6 km. afstand noordwest van de Huizer haven is de botter HZ 52 omgeslagen in een hevige sneeuwstorm Waardoor de zestigjarige schipper Izaak (Yzik) Gerritz. Veerman, en zijn drieëntwintigjarige zoon Pieter Veerman zijn omgekomen. De vader is meteen verdronken, terwijl de zoon nog getracht heeft naar nabij gelegen visserschuiten te zwemmen. Door de lage temperatuur van het zeewater is hij echter bezweken. Na de ramp is de schuit gelicht en verkocht aan Jacob Hogenbirk.
De schuit kreeg toen een nieuw nummer HZ 19. In 1926 is de schuit verkocht naar een visser in Kampen, waar de schuit weer werd omgenummerd als KP 89. De weduwe - in de familie Nellemeut genoemd - is niet meer hertrouwd.
Huizervisschuit, 21 juli 1943
Jan Dirkz. SOhâap, alias Jan de Biet ook Jan van Dirk Fret genoemd, 36 jaar, is verdronken nabij Muiden.. Omdat hun schuit — een Tjotter- achteraf niet geschikt bleek te zijn voor de visserij hadden ze de schuit in Muiden verkocht en zouden deze gaan afleveren. Waarschijnlijk zijn ze verrast door een harde wind waardoor de schuit omsloeg. Na het omslaan van de schuit probeerde Jan Schaap zwemmend de wal te bereiken. Jan stond bekend als een goede zwemmer. Zijn gewonde vader Dirk Schaap bleef in leven door zich aan de omgeslagen schuit vast te klemmen. Door vissers uit Huizen is nog gezocht met dreggen naar het lichaam van Jan maar dit werd toen niet gevonden. Het lichaam is later op 25 juli om 19.00 uur teruggevonden in een visnet nabij Muiden. De begravenis van het lichaam van Jan Schaap was op 28 juli 1943 in een graf bij zijn grootouders op het OudeKerkhof (Visserskerkhof).
Huizervisschuit, 27 september 1943
Verdronken voor de kust nabij Naarden: Dirk Hogenbirk, 58 jaar, met zijn zoon Jacob Hogenbirk,
28 jaar, tijdens het vissen op snoekbaars. Waarschijnlijk zijn ze verrast door een harde wind en is hierdoor de schuit omgeslagen. De ongenummerde schuit werd zonder bemanning gevonden op de Naarderhop. De lichamen van Dirk en Jacob Hogenbirk werden later gevonden op de Diemer-Zeedijk. Voordat Dirk Hogenbirk de Staverse-jol kocht, had hij een botter met het nummer HZ 63.
Bronnen:
• Doop-Trouwen-Begraafregisters (DTB's), van de Gereformeerde Gemeente van Huizen     Burgelijke Stand (BS), Gemeente Huizen vanaf 1811.
• Vlootlijst van 1 juli 181 1 (Acte van Verfransing), waarop vermeld staan de nummers I t/m 73 als visserschepen van ruim 6 ton, met een Frans/Nederlandse naam. In 181 1 waren er dus 73 grote vissersschepen.
• Register van de 'Nederlandsche Visschersvloot' eind 1886, hierin staat de Huizer Vloot met een totaal van 192 Botters van 26 ton.
• De Huizer Vloot op 1 januari 1907, een lijst genummerd van HZ 1 t/m HZ 264, waarbij de eigenaar(s) van de schuit is/zijn aangegeven.