DE RAETEL GAET     Aan de leden,
Voor u ligt weer een nieuwe Ratel, het blad van onze vereniging. Ook dit nummer is weer zeer lezenswaardig en het verheugt ons dat het een steeds grotere populariteit krijgt. Een bijzonder punt, en goed om u te vertellen, is dat de artikelen over de Noordzeevisserij vanuit Huizen worden overgenomen door "Tagrijn", het verenigingsblad van Botterbehoud, zodat de artikelen ook landelijke bekendheid krijgen. Dit is erg leuk voor de auteur, Klaas Westland; het is nl. niet zo bekend dat botters visten op de Noordzee. Een ander punt is dat de Werkgroep Genealogie ook hier van dienst kon zijn.
De eerstvolgende activiteit van de Kring zal de jaarvergadering zijn, op dinsdag 28 mei a.s., in de Boerderij, Hellingstraat 9, aanvang 20.00 uur. De stukken voor deze vergadering — en het onderwerp van het programma na de pauze — zullen u apart bereiken.
De eerstvolgende presentatie van de Kring zal plaatsvinden tijdens de Huizer Havendag op 22 juni 2002 — wij hebben dan een kraam waar alle werkgroepen van de Historische Kring Huizen zullen worden gepromoot. De Klederdrachtgroep zal aanwezig zijn en eventueel een of meer presentaties verzorgen.
Verder loopt het boerderijenproject in het kader van het "jaar van de boerderij in 2003" voorspoedig en is de Foto-werkgroep thans bezig de voormalige en huidige boerderijen vast te leggen op foto en dia.
Het aantal leden van de Kring groeit gestaag en dat is een goed teken. Wel kunnen onze werkgroepen nog ondersteuning gebruiken van onze leden. lk zou zeggen, kom naar de jaarvergadering en naar de Havendag op 22 juni en laat u bijpraten.
Namens het bestuur graag tot ziens,
B.J. van Geenen, voorzitter

Zoals u ongetwijfeld heeft kunnen afleiden uit de tekst van de vorige Ratel en de datum van ontvangst van ons blad is deze met enige vertraging uitgekomen. De oorzaak was een ernstige computerstoring bij ons redactielid Klaas Westland. Ook uw redactie is afhankelijk van de moderne techniek. Zijn interessante verhaal over de Huizer Noordzeevisserij heeft het wachten hopelijk vergoed, het slot van dit verhaal vindt u elders in dit nummer. Later dit jaar is er zelfs een tweede deel op komst over de techniek van het vissen op de Noordzee.
Verder ben ik verheugd u te mogen attenderen op de bijdrage in dit nummer van Harmen Kos over een ongeval dat een van zijn voorvaderen overkwam. Zijn bijdrage doet eer aan de naam van onze historische kring. Overigens zien wij ook uw bijdragen graag tegemoet!
In dit nummer gaan we verder met het Huizer dialect: de oplossing van de opgave van. vorige keer treft u aan bij een nieuwe opgave van Ineke van Herwerden. De vele leuke en positieve reacties hebben haar er gelukkig toe gebracht met deze dialectrubriek verder te gaan. Wij zijn hier bijzonder blij mij, het is weer een geheel ander onderwerp voor ons blad. En wij zijn ervan overtuigd dat we onze lezers hier plezier mee doen. Hetzelfde geldt denken wij voor de agenda, die deze keer rijkelijk gevuld is.
Wellicht hebt u opgemerkt dat we in dit nummer een andere letter hebben toegepast. Graag wil de redactie van onze lezers horen of dit bevalt of dat de vorige letter prettiger te lezen was.
Tot slot wens ik u veel leesplezier met deze aflevering van De Ratel!
Wendy van Noppen

MUIZER. NOORDZEEVISSERIJ Klaas Westland (vervolg)

Verkoop botters
Uit Huizen werden er circa tien schuiten verkocht naar IJmuiden en Katwijk. Zo verkocht Marten Koopman (Marten van de ouwe weg), wonende aan de Kerkstraat 51 , aan het eind van de teelt in 1917 zijn schuit de HZ 26 naar Katwijk en deze schuit kreeg daar het visserijnummer KW 100. Dezelfde Marten Koopman kocht aan het begin van de teelt in 1918 weer een nieuwe schuit bij de werf van Kok en deze botter kwam onder het oude nummer HZ 25 weer in de vaart. Dit was een van de laatste schuiten die door een Huizer visserman was uitgehaald. Opmerkelijk dat zijn kleinzoon nog steeds in hetzelfde huis woont!
Verdwijnen Noordzeevisserij
Rond de vorige eeuwwisseling was het op de Zuiderzee nog geheel zeilvisserij; ook op de Noordzee waren er nog geen vissersschuiten met een ingebouwde motor. Pas in 1914 zou Urk met de eerste scheepsmotoren vanuit de Zuiderzee op de Noordzee beginnen. De UK 64 met een 16 pk Kromhoutmotor was de eerste schuit met een motor. Een 'schuit môt 'n tor d'r in', werd zo'n botter met enige jaloezie door Huizer vissermannen genoemd. Rond 1895 was het al afgelopen met de beugvisserij door kleine zeilschepen op de Noordzee; de vis verscheen steeds minder aan de Nederlandse kust. Zware overbevissing en het stoomvermogen van de treilers waren hier schuldig aan. De vis trok weg naar diepere gedeeltes van de Noordzee, naar visgronden die voor een botter niet te bezeilen waren. Hoewel de verse vis van de beugers eerste klas was en veel beter in kwaliteit dan de veelal gekneusde vangst van de stoomtreilers, werd dit niet voldoende vertaald in hogere opbrengsten op de visafslag. Daarnaast was het een kwestie van volume. De stoomtreilers brachten de vis namelijk met duizenden kilo's tegelijk naar binnen, terwijl de beugers met hun botters de vangst slechts per mandje aanbrachten. Het is niet bekend wanneer en welke Huizer beuger voor het laatst op de Noordzee heeft gevist, vermoedelijk moet dit rond 1895 geweest zijn. Ook de Enkhuizers, Urkers en Volendammers zijn rond die tijd gestopt met het vissen met de beug op de Noordzee. De grote stoombeugers en beugsloepen uit Pernis en Vlaardingen bleven na 1895 de Noordzee nog wel bevissen. Hun visgebieden lagen over de gehele Noordzee, vooral op de Doggersbank en in de wateren rond IJsland. Maar ook voor hen was uitstel van executie, want in 1936 was het definitief afgelopen met de beugvisserij vanuit Nederland.
Ongeveer tien jaar na het verdwijnen van de beugers werd het ook voor de korders uit Huizen steeds moeilijker hun brood op de Noordzee te verdienen met hun verouderde houten zeilschepen. De concurrentie van moderne stoomtreilers nam na 1900 sterk toe. In Engeland was in de tweede helft van de 19e eeuw namelijk een scheepstype ontwikkeld met mechanische voortbeweging door stoomkracht, dat in staat was een groot zakvormig net, de treil, over de zeebodem te slepen en de vis te verschalken. Deze stoom-treiler ontwikkelde zich met groot succes; het voorbeeld vond al snel navolging in Duitsland en Frankrijk om vervolgens pas eind 19e eeuw in Nederland ingang te doen vinden. In 1900 stonden 12 stoomtreilers geregistreerd in IJmuiden en in 1914 bezat IJmuiden er al 155. Kort voor de Eerste Wereldoorlog beëindigden ook de korders uit Huizen noodgedwongen de Noordzeevisserij en trokken zich terug op de Zuiderzee. Een enkeling probeerde het nadien nog wel eens in de zomermaanden met een boomkor, de laatste vermelding van een Huizer visser op de Noordzee vinden we in 1922.

Afsluiting
In vergelijking tot Urk en Volendam was de deelname van Huizen aan de Noordzeevisserij bescheiden van omvang. Het vissersdorp Huizen was dan ook niet afhankelijk van de kustvisserij, maar gericht op de Zuiderzeevisserij. Echter gezien de grootte van de Huizer vissersvloot op de Noordzee, was er voor Zuiderzeebegrippen toch sprake van een redelijke omvang, die een lokaal belang te boven ging. Op wat overleveringen na, is er in Huizen niets wat nog herinnert aan de kustvisserij. Denkend aan het zware, slecht lonende werk in de Noordzeevisserij kan men slechts bewondering hebben voor alle vissersmannen die op deze wijze hun brood verdienden.
Gebruikte literatuur:
Boelmans Kranenburg, H.A.R 'Maritieme geschiedenis der Nederlanden', Bussum 1978
Boelmans Kranenburg, H.A.H. 'Achter de branding', Bussum 1977
Dorleijn, Peter. 'Van Gaand en staand want, deel l, II, III, IV en V', Amsterdam 1983
Gouda, D.J., 'De Nederlandse Zeevisserij tijdens de Eerste Wereldoorlog', Haarlem 1978
Haersolte, J.W.J. Baron van, 'Onze visscherij op Noord- en Zuiderzee', Haarlem 1924
Hengel, J.F. van. 'Geneeskundige plaatsbeschrijving van het Gooiland',

NERJAARDAGSKALENDER         De stichting Gooise Stoomtram Huizen heeft een charmante verjaardagskalender uitgebracht. Met een 6-tal gouaches van Pieter Hogenbirk is deze aardige kalender verlevendigd. Zijn illustraties beelden een aantal taferelen uit rond de beroemde stoomtram 'De Gooise Moor- Groete uit HUI'/.r..N Trant Naarden— Bussum denaar' op de Naarderstraat. Deze warm aan te bevelen verjaardagskalender is te koop bij schoenwinkel Han Landman.

NAMEN          IHUIZER     IN 'T DARP
In de vorige Ratel werd uw kennis van Huizer dialectnamen in het dorp getest. Hieronder volgt de uitslag:
Kasselemai  Meikever     Marriekolf     Vlaamse gaai Koelemoes  Rij huizen in 't Oude Dorp, waar grote gezinnen (in armoede) leefden Vrom en tom = Heen en               Kremmerd     Buizerd, een roofvogel Bookëttorre  Lieveheersbeestje, letterlijk: boekweittor     Vurônger     Vooronder: deel van een botter, de leefruimte onder de voorplecht De redactie heeft maar één goede inzending ontvangen. Andere inzenders hadden helaas niet alles goed, vooral de Marriekolf bleek moeilijk te zijn. De goede inzender was mevrouw G. Kruijmer van de Rembrandtlaan. Het is knap dat mevrouw Kruijmer zo veel van het Huizers dialect weet, want ook bij geboren en getogen Huizers begint deze kennis soms slijtplekken te vertonen. Daarom krijgt mevrouw Kruijmer een eervolle vermelding (zie elders in het blad) en wij hopen dat ze nog vele inzendingen met nieuwe woorden zal doen! Hieronder enkele nieuwe woorden, waarvan sommige van mevrouw Kruijmer:
    Pierewieten    Mors    Warteling
    Open weer    Rappekollig
Weet u de betekenis? Of weet u nog een paar leuke Huizer dialectwoorden? Graag uw reactie insturen naar de redactie van De Ratel!
Ineke van Herwerden


iMUSSERT ALS ONDERDUIKER
Klaas Westland
De twee opmerkingen die tijdens de bezetting door Nederlanders het meest werden gemaakt over de NSB-leider Mussert, zijn: 'Hij houdt het met zijn tante" en 'In de meidagen zat hij in een hooiberg'. Het eerste was waar -Mussert was inderdaad met een zuster van zijn moeder getrouwd-, het tweede echter niet. Mussert voelde begin mei 1940 de bui al duidelijk hangen. Hij bleef tot en met 9 mei werken op het NSB-hoofdkwartier in Utrecht, maar al weken van tevoren overnachtte hij niet meer thuis. Dat deed hij bij steeds verschillende NSB-leden. Verder had zijn adjudant Kessler voor een onderduikadres gezorgd, waar Mussert langere tijd kon verblijven: de oude boerderij van de familie Gooijer aan de Naarderstraat in Huizen. Op de boerderij was voor hem een zolderkamertje ingericht. Op 10 mei werd Mussert opgehaald uit zijn woonplaats Bilthoven en per auto naar Bussum gebracht. De auto was in het diepste geheim al drie weken tevoren gehuurd op naam van iemand die niet te herleidden was naar de NSB. De wagen werd onderweg drie keer aangehouden bij wegversperringen door Nederlandse soldaten, maar Mussert werd niet herkend. Vanuit het huis van zijn adjudant Kessler aan de Rijksweg in Bussum liepen Mussert en zijn adjudant vervolgens door de bossen en over de hei naar de boerderij van de familie Gooijer. Dezelfde middag hoorde mevrouw Gooijer van een andere NSB'er dat er huiszoekingen bij leden van de NSB werden gedaan. Zij waarschuwde Mussert, die zich verstopte in een oude, door bosjes overwoekerde, loopgraaf achter in de tuin. Dezelfde middag kwamen twee politieagenten uit Huizen inderdaad de boerderij doorzoeken, maar ze vonden niets. Pas zes uur later kwam in de duisternis van de avond Mussert uit zijn loopgraaf en installeerde zich opnieuw op zijn zolderkamertje. Hier verbleef hij tot 15 mei 1940, voor de zekerheid vermomd in een oude werkbroek, een jasje en een alpinopet van boer Gooijer. In een propagandaboekje uit 1942 probeerde later de NSB de vlucht van Mussert te rechtvaardigen en het gerucht, dat hij in een hooiberg zat verstopt, te ontzenuwen. Nou dat laatste klopte. Hij zat niet in een hooiberg, maar lag in een oude loopgraaf in de gemeente Huizen. Deze loopgraven uit de mobilisatietijd van het Nederlandse leger in de Eerste Wereldoorlog liggen nog steeds op diverse plaatsen rondom Huizen. Zij maakten onderdeel uit van een infanteriestelling rond de vesting Naarden.
Bronnen: 'Nederland in de Tweede Wereldoorlog', Amsterdam. ISBN 90.6407.367.8
IWERKGROEP OUDE BEGRAAFPLAATS
Jan Veerman
Het is al enige tijd stil rondom de Oude Begraafplaats, maar stilte bedriegt. Achter de schermen wordt volop gewerkt. Zo is door de heer Kruijmer een aanvraag ingediend bij de provincie Noord-Holland tot status van provinciaal monument. Helaas is deze aanvraag afgewezen, de reden was het beperkte lokale belang van het visserskerkhof. Wel onderschrijft de provincie de begraafplaats als zeer uniek, als een herinnering en overblijfsel uit een belangrijke periode in de geschiedenis van Huizen. Door de Bond Heemschut en door de vereniging De Terebinth zijn formele aanvragen neergelegd bij de gemeente Huizen tot gemeentelijk monument van het oude kerkhof. Deze aanvragen moeten officieel door de raadscommissie worden behandeld. Op dit moment heeft alleen de boom in het midden van het kerkhof wettelijke bescherming. Het laatste ambtelijk advies was om alleen de graven van de Molukkers en van burgemeester Egberts te bewaren. Inmiddels zijn er door ons meerdere burgemeestersgraven getraceerd, mede dankzij medewerking van de 'Rebellenclub'. De stichting Behoud Het Oude Dorp heeft een waardestellingsrapport laten opmaken door drs. L.A.l-l.A30k. Een fotokopie van dit rapport kunt u opvragen bij onze werkgroep, er zijn geen kosten aan verbonden. Ook dit deskundigenrapport onderschrijft de monumentale waarde van het visserskerkhof voor de historie van Huizen.
Daarnaast wordt door juristen onderzocht wat de wettelijke status is van de oude eigendomsgraven op de achterste velden. Naar het zich laat aanzien is zo'n familiegraf uit 1828 letterlijk voor onbepaalde tijd en kunnen erven tot zelfs in de derde, vijfde of zesde graad het eigendom nog opeisen. Het is op dit moment nog steeds niet duidelijk of de gemeente Huizen bereid is de oude muur te restaureren, maar in feite staat deze muur op instorten! Verder zal de Historische Kring Huizen nog een aantal rondleidingen verzorgen; het blijkt dat er grote animo is voor deze rondleidingen. Voor de juiste data en tijdstip verwijs ik u naar de agenda van de Historische Kring Huizen.

Harmen Hzn Kos
In de tijd dat het IJsselmeer nog de Zuiderzee was met getijdenverschillen, was het bij stormweer een zeer gevaarlijk stuk water dat vele mensenlevens heeft geëist. Vooral onder de Zuiderzeevissers vielen er veel slachtoffers. Ondanks dat het beroep van visser gevaarlijk was, konden ze meestal niet zwemmen. Over zo'n ongeval heeft de bekende schepen en historieschrijver Lambert Rijckz. Lustich een uitvoerig verslag geschreven. Hij verteld hoe het ongeluk was ontstaan, waar de drenkelingen werden gevonden en hoe dezen werden geïdentificeerd en begraven in de Oude Kerk te Huizen.
Dit verhalend verslag interesseerde mij - ondanks de droefheid van dit gebeuren - omdat één van de drenkelingen een zoon van één van mijn voorvaders was. De drenkeling Lambert Harmenz. Kos was namelijk de tweede zoon van Harmen Lambertz. Kos getrouwd met Lijsbeth Jacobsdr Vos. Het verhaal werd in begin 1719 geschreven en is er één van de velen door Lambert Rijkcz. Lustich opgesteld. Zij worden bewaard in het Rijksarchief te Haarlem.
Lambert Rijckz. Lustigh
Het verhaal van Lambert Rijckz. Lustich luidt als volgt:
"Op den 25 februari 1719 doen geschiet hier in den Zuijderzee op den Doornseet een droevigh ongeluck, oijt in mijn dagen hier soo geschiet, Gijsbert Hendrickz, out omtrent 55 jaren, ende Lambert Harmenz. Cos, out omtrent 22 jaren tesamen mackers op een schuijt te visschen, die gaen goets moets omtrent de klocke 12 uijren van huijs om te visschen haare fuijcken, maer koemende omtrent de klocke een uijr met haare schuijtje zeijlende bij de doornseet, so waijt haare dat heel ligt overhelde om, ende niemant van de andere visschers het selve siende dat haare schuijtje omwaijde, soo dagten sij om sulcke droevigen sake niet, te meer om dat het geen noodweer was, want het waijde maar een stijve eendragtige koelte uijt het noort-oosten, evenwelsegt men en soude men wel kunnen geloven, dat bij haar een soort van een door geweest is, waar doer haare schuijtje om is gewaijt, doch Gijsbert Willemz. Westland en Hendrick Kornelisz. Krieck ligende te visschen op doornseet omtrent twee Klootweegs schietens beneden haar, die hoorden Eijndrick krijten om hulp waar op sij soo aenstonts met haar visschen ophielden en maakten zeijl, ende wat naarder bij haar koemende sagen sij niet alleen de voornoemde personen tesamen omtrent de mastbank sitten, maar daar quam een Amersfoorder veerman met volle zeijlen op haar aenseijlen, en omtrent bij haar sijnde wierp een touw uijt, welck touw, Gijsbert Hendrickz greep en hy houde dat touw noch een wyle tijts vast, ende de voornoemde veerman, het touw sullende na hem palmen soo liet de voornoemde Gijsbert Hendrickz met noch enige woorden te spreken en te bevelen, los ende nu voornoemde twee visschers, Gijsbert en Hendrick. die met haar schuit soo nabij de omgewaijde schuijt was, seijden, krijt so hart niet meer wij sullen ons dreggen uijt werpen, en datelijck bergen, en terwijl sij daar mede doende om de lijn te vieren en soo komt daar noch een schip in de groote aen voeren, en seijlt vlack aen het omgewaijde schuijtje, daar Lambert noch in was, heen, ende dat schip gepasseert sijnde souden meijnden sij Lambert te bergen, maer sagen hem niet meer, waarom dat sij vertrouwen, dat dese Lambert door 't nabij seijlen van dat laatste schip, van sijn schuijtje is afgeraakt, ende sij verbaest hierover sijnde , ende Aart Jacobz. Vos als oom van de voorzegde Lambert, gedaen hebbende met visschen op een westelijke seet, sagh het ongemack met sijn zoon en seijlde daarbij, maar het was te laat, ja sij wisten niet dat daar een schuijtje omlagh, hierop vindt Aart Jacobz. Vos goet om met sijn schuijt na de wal te varen ende voort met voorsigtigheijt van het verhaelde voorval en droevigh ongeluck rapport te doen ende koemende bij sijn suster Lijsje Jacobs Vos seijt het selve met sulck goet beleijt als moegelijk was, maar sij dat bemerckende dat haer soon Lambert verdroncken was, begon te krijten met huijlen en ook soo haar andere zoon Jacob Harmenz. (Kos) en haar dogter Grietje ende ik (Lambert Rijckz.Lustich, H.K.) voor mijn deur staende hoorde een groot gekrijt, wist niet wat



daar te doen was, doch mijn zoon Adriaan liep heen om te vernemen wat daar te doen waar, die mij 't rapport bragt dat de voornoemde twee personen verdroncken waren, waarop ik mij nader liet informeren ende het selve bevonden hebbe als voorz. staat ja hier op maakt de voorz. Aart Vos het selve ook bekent aen de huijsvrouw van Gijsbert Hendrickz en aen sijn twee dogters Geertje en Rutje die niet minder begonnen te krijten als de anderen.
Des Sonnedaags den 26 februari vonden eenige visschers goet om eenige dreggetjes van Bunschoten te halen om daar mede langs de gront te visschen en so daar mede de verdronken personen te soecken en op te visschen, waar op goet gevonden Wiert dat Klaas Rutgers en Jacob Cos de broeder van Lambert die verdroncken was van Bunschoten souden halen gelijck sij op die dagh nogh quamen te doen.
Op maandagh den 28 februari 1719 doen gaen wederom aen 't visschen met de voornoemde instrumenten maar hoe neerstich sij sogthen sij en vonden de verdroncken personen niet"
Transcriptie
Onderstaand de transcriptie van het verhaal van Lambert Rijckz. Lustich:
Op de 25e februari 1719 is er op de Zuiderzee in de Doornseet een droevig ongeluk gebeurd. Een ongeluk van deze omvang heb ik tijdens mijn leven niet meegemaakt. Twee vissers Gijsbert Hendrikszoon, circa 55 jaar oud en Lambert Harmenz. Kos, circa 22 jaar oud, samen vissers op een schuit. Ze gingen om klokslag 24.00 uur van huis om te gaan vissen. Omstreeks 0f.00 uur zeilden ze bij de Doornseet toen hun schuitje dat licht overhelde door een stormwind werd getroffen en omsloeg. Niemand van de andere vissers had het ongeval opgemerkt omdat er geen noodweer was, wel stond er een stevige noordooster (het was immers februari). Men kon dan ook geen echte oorzaak aangeven waardoor het schuitje was omgeslagen. Twee andere vissers Gijsbert Willemz. Westland en Hendrik Cornelisz. Kriek welke eveneens op de Doornseet aan het vissen waren, hoorden Hendrik (GijsbeH Hendriksz) schreeuwen om hulp. Deze stopten met vissen en zeilden naar de ongeluksp/aats, toen ze daar aankwamen zagen ze Gijsbert en Lambert samen bij de mastbank zitten. Op dat moment kwam er een Amersfoorder vrachtschuit met volle zeilen op het schuitje aanvaren. De schipper van de vrachtschuit wierp een touw naar de drenkelingen, welke door Gijsbert Hendrikz. werd opgevangen en vast gehouden. Het touw werd door de schipper ingehaald maar door Gijsbert Hendrikz. weer losgelaten, na enige woorden geschreeuwd te hebben. De vissers Gijsbert Westland en Hendrik Kriek welke nog in de nabijheid waren, riepen de drenkelingen toe niet om hulp te blijven schreeuwen, want ze zouden hun dreggen uitwerpen om hen te redden. Toen ze daar mee bezig waren kwam er een grotere schuit aan zeilen langs het omgewaaide schuitje van Lambert Kos waardoor beide drenkelingen verdronken. Een oom van Lambert Kos, Aad Jacobz. Vos welke op het Westelijke deel van de Zuiderzee gevist had, met zijn zoon Jacob, zag het ongeluk en zeilde er heen. Ze kwamen echter te laat om hulp te bieden en begrepen eerst niet wat er gebeurd was. Na informatie bij de vissers GijsbeH en Hendrik kwam hij te weten dat zijn neef Lambert Kos en Gijsbert Hendriks waren verdronken. Aart Vos is toen naar de wal gezeild om het droevige ongeval op een voorzichtige wijze aan zijn zuster Lijsbeth (Lijsje) Vos en de vrouw van Gijsbert Hendriks te melden. Zijn zuster Lijsbeth had al gauw door dat er een ongeval met haar zoon Lambert Kos was en begon met haar andere zoon Jacob Harmenz. Kos en dochter Grietje Kos luiddruchtig te huilen. LambeH Rijckz. Lustiòh die dit hoorde (hij woonde waarschijnlijk in de VissersbuuH) zond zijn zoon Adriaan om te informeren wat er aan de hand was. Nadat zijn zoon hem geïnformeerd had, ging hij zelf zich overtuigen van het ongeval - hij was toch immers schepen - en heeft uiteindelijk dit ongeval voor de historie vastgelegd. Aart Vos heeft dezelfde droevige boodschap aan de vrouw van Gijsbert Hendriks en haar dochters Geertje en Rutje gebracht, welke allen in droevig gehuil uitbarsten. Op zondag 26 februari wilde een aantal vissers naar Bunschoten zeilen om daar dreggen op te halen om daarmee de verdronken Lambert Kos en Gijsbert Hendriks op te halen. Dit werd toen gedaan door Klaas Rutgers en Jacob Harmenz. Kos de oudere broer van Lambert
Die zondag werden de verdronkenen niet gevonden, want maandags 28 februari 1719 (za/ moeten zijn de 27 februari, H.K.) doen ze opnieuw een poging zonder enig resultaat.
Een aantal dagen later - dit heeft Lambert Lustich niet precies aangegeven - worden de verdronkenen gevonden en geïdentificeerd. De begrafenis wordt vermeld en vindt plaats circa 18 maart f719 in de Oude Kerk van Huizen.
Afsluiting
Het verhaal van Lambert Rijckz. Lustich is letterlijk overgenomen uit zijn verzameling verhalen en beschrijvingen welke in het Rijksarchief te Haarlem worden bewaard. Nog enkele opmerkingen over het verhaal: De verschillende data kloppen niet met de dagen, zoals 25 februari na 12.00 uur, zondag 26 februari en maandag 28 februari. Maar deze verschillen doen aan de triestheid van het verhaal niets af. De plaats van het ongeluk wordt de Doornseet genoemd, dit is naar mijn mening vermoedelijk in de omgeving van Pampus en het voormalige eiland Marken geweest. Wat de weersomstandigheden betreft zou je kunnen stellen dat deze - in de tijd van het verhaal - erg slecht waren. Het was februari met een stevige noordoostenwind, het zal ijskoud geweest zijn op het water. Op dit deel van de Zuiderzee - welke bekend stond als gevaarlijk vaarwater - zijn in de loop van de tijd veel vissers uit Huizen verdronken. Waarschijnlijk is het schuitje van Gijsbert en Lambert een haringschuit geweest, de voorloper van de botter. Het was immers 1719 en in 1753 waren er nog 70 haringschuiten in Huizen geregistreerd. Het ophalen van dreggen in Bunschoten komt ook wat vreemd voor, Gijsbert Westland en Hendrik Kriek gebruikten dezen wel (volgens het verhaal). Er waren toen toch wel vissers in Huizen welke dit soort dreggen gebruikten. Voor Lijsbeth Jacobs Vos was het wel een erg trieste boodschap dat haar zoon Lambert verdronken was, haar man Harmen Kos was circa 14 maanden ervoor overleden.
Genealogie
Onderstaand enige genealogie over de verschillende familieverhoudingen:
Familie Kos
Gen. I Lambert Harmenz. Kos/Cos, geboren Huizen, circa 1630, Visser, overleden aldaar circa 1680, trouwt aldaar circa 1660, Grietien Jacobsdochter, geboren Huizen, circa 1630, overleden aldaar circa 1675.
Uit dit huwelijk:
1. Harmen Lambertz. Kos, geboren Huizen, circa 1661, volgt 11.1 .
2. Huijbert Lambertz. Kos, geboren Huizen, circa 1663, volgt 11.3, geen stamhouder.
3. Gerrit Lambertz. Kos, geboren Huizen, circa 1667, volgt 11.7, geen stamhouder.
Gen. ll. Harmen Lambertz. Kos, geboren circa 1661, visser, Erfgooier volgens plakaat 31 augustus 1708, overleden aldaar 04-11-1717, trouwt aldaar 06-07-1687, Lijsbeth Jacobsdochter Vos, geboren Huizen, circa 1663, overleden aldaar 22-01-1725, dochter van Jacob Elbertz. Vos en Machteld Aartsdochter. Uit dit huwelijk:
1. Machteldje Harmens Kos, geboren/gedoopt Huizen, 15-08-1688, overleden aldaar 18-06-1725, trouwt aldaar 19-04-1708, Gerrit Klaasz. Dekker, geboren Huizen, circa 1688, overleden aldaar circa 1728.
2. Jacob Harmenz. Kos, geboren Huizen, 13-10-1693, Visser, Erfgooier, overleden aldaar 04-06-1733, ondertrouwt/trouwt aldaar 22-05/06-06-1723, Gijsbertje Lamberts Ruijn, geboren/gedoopt Huizen, 20-06-1694,
14- 04-1709, overleden aldaar 23-04-1779, dochter van Lambert Evertz. Ruijn en Gerretien Geurtsdochter: Uit dit huwelijk zes kinderen, waaronder 2 zonen als stamhouders van de familie Kos.
3. Lambert Harmenz. Kos, geboren/gedoopt Huizen, circa. 1697,
Visser, verdronken op 25-02-1719 op de Zuiderzee tijdens het vissen, begraven te Huizen circa 18-03-1719, (zie verhaal van Lambert Rijckz). Lustich).
4. Grietje Harmens Kos, geboren Huizen, 07-11-1700, overleden aldaar
15- 11-1738, trouwt aldaar 26-08-1725, Job Andriessen, geboren Huizen, 07-02-1694, overleden aldaar circa 1732, zoon van Andries Andriessen en Cornelia Joppen.

Klaas Westland (deel 1)
Van mijn zeer gewaardeerde achterneef Gerrit Jongerden ontving de redactie een uitgebreide brief naar aanleiding van ons recept over inmaakharing. Graag nemen we zijn brief over, om redactionele redenen is zijn brief iets ingekort. Een van de door hem opgemerkte verschillen is, dat hij het velletje van de haring af haalt en onze zegsman weer niet. Wederom zie je dat de recepten per familie verschillen. Voor Kursaauwud werd door Gerrit een pot met inmaakharing volgens zijn persoonlijke recept bij de redactie thuis gebracht. Gerrit bleek niet alleen verstand van Huizer dialect te hebben, maar ook over ongekende Huizer culinaire kwaliteiten te beschikken! Zijn inmaakharing was meer dan voortreffelijk! Zoals bekend kun je in de maand december Huizer inmaakharing ook bestellen bij vishandel Van As en bij vishandel Kos. Maar nu de brief van Gerrit Jongerden:
"Hoe ging het nu bij ons thuis vroeger en tot voor enkele jaren bij mezelf? De haring was overal te koop en die wij kochten had absoluut zeker en zonder uitzondering hom of kuit. lk maakte ze eerst schoon en -zoals thuis geleerd- haalde ik ook het 'velletje' er af. In 3 of 4 stukken gesneden is dan 36 uur 'wateren' lang genoeg. Het water ververste ik dan wel 7 of 8 keer, waarbij men even een vingertop in het water houdt en proeft of het water nog zout is. Dan kan worden ingemaakt. Inderdaad meestal in glazen potten, maar 't kan ook anders bijvoorbeeld in een open (geëmailleerde) schaal. Wij gebruikten 70% huishoudazijn (ook keukenazijn genoemd en op zijn Huizers eek) en 30% water. De laatste jaren kookten wij het water eerst voor alle zekerheid. Uiteraard wel af laten koelen. Kruiden kwamen er bij ons niet aan te pas, maar bij andere families soms wel en dat ook al wel 40 jaar geleden. Uien in ringen snijden was inderdaad gebruikelijk, maar halve ringen snijdt gemakkelijker! Zeker niet versnipperen zoals op de maatjesharing. Na 4 of 5 dagen is de goede smaak bereikt. Daarna inderdaad hoogstens 4 weken te bewaren. Maar zo lang zat er bij ons echt nooit een haring in de eek!"
5HUIZER RECEPTEN
Klaas Westland (deel 2)
Het seizoen voor aal breekt weer aan, daarom deze keer een recept van Evert van Wessel voor stoofaal. Het recept van Evert ziet er zeer smakelijk uit, we mogen aannemen dat Evert een groot liefhebber is van vis! Met nadruk wijzen wij u erop, dat er ook andere diervriendelijker methoden bestaan voor het doden van levende aal, zoals beschreven in zijn recept. Maar het gebruiken van zout is nu eenmaal de historische methode en de meest praktische methode. Als u opziet tegen het schoonmaken, kunt u dit natuurlijk altijd even aan uw visboer vragen. Een volgende keer krijgt u het recept voor gebakken en gerookte aal.
Voor de afsluiting van de Zuiderzee was paling slechts een bijproduct voor de Huizer vissers, ongeveer zo'n 5% van de totale vangst. Na de afsluiting van de Zuiderzee werd paling voor de Huizer vissermannen veelal bijvangst bij het dwarskuilen. Maar de gezien de hoge handelswaarde was deze zeker de moeite waard; deze bijvangst werd dan ook zeer gewaardeerd. Alleen Daan Wormsbecher van de HZ 4 viste gericht met fuiken op paling, hij was hierin zelfs gespecialiseerd. Enkele bokkingrokerijen uit Huizen hebben nog lang in gelei ingelegde aal op de markt gebracht, vooral Engeland was een grote afnemer. Helaas zie je paling in gelei de laatste jaren niet meer bij de visboer liggen. Nadat Joost Westland in 1953 is gestopt met vissen, kwamen er nog jarenlang vissers uit het Friese
Lemmer hier voor de Gooise kust op paling vissen. Dezelfde paling werd door hen naar de Huizer visafslag op de haven gebracht. Makkelijker kon het voor deze Lemster vissermannen niet! Maar er waren na de afsluiting ook nazaten van bekende Huizer visserfamilies die 's nachts op paling stroopten met fuiken en lijnen in het Gooimeer. De nieuwbouw op het Vierde Kwadrant heeft hier definitief een eind aan gemaakt, want de meeste van deze vissers beschikten uit de aard der zaak niet over een vergunning. In het licht van een lantaarnpaal werkte het niet zo prettig voor deze mannen Uit persoonlijke herinnering kan ik mij ook nog de jochies heugen die met hulp van een oude paraplu stiekem op paling poerden vanaf de pier, maar dat viel onder kwajongenswerk! De laatste jaren begint er een traditie te groeien van palingroken in het dorp. Sommige in wedstrijdverband, anderen alleen voor eigen genoegen. Van oudsher stond er bij de meeste Huizer vissermannen wel een voud rookvat op 't erf, de traditie van palingroken is dan ook op Huizer historie geënt.
Recepten voor onze rubriek "Huizer Recepten" kunt u inleveren bij een van de bestuursleden of bij de redactie. Graag wens ik u smakelijk eten met dit recept van Evert van Wessel voor stoofaal!
Stoofael
Het beste kan je levende aal kopen, deze aal flink met zout bestrooien. Hierdoor verdwijnt de schuimlaag van het vel en sterft de paling. De paling bij zijn kop vastpakken en de onderzijde van de buik met een scherp mesje opensnijden. De ingewanden verwijderen en de rest van het bloed en dergelijke vanaf de staart eruit knijpen. Met een scherp mes van onderen af het bloed langs de ruggengraat afschrapen, de graat ('t béentje) en het vel blijven dus zitten. Het vel stropen van een paling doen ze in Spakenburg, maar nooit in Huizen. Ook snij je in Huizen de paling niet in stukken, dat doen ze alleen in Volendam. Wel kun je eventueel de kop eraf snijden. Even uitspoelen onder de kraan. De boter ondertussen in een braadpan lichtbruin laten worden en de paling in de pan doen. Deksel erop en de paling in de boter laten smoren. Af en toe even schudden om vastbakken te voorkomen. Door in de paling te knijpen voel je of ze al gaar zijn. Naar smaak peper en zout toevoegen en eventueel een scheutje azijn (eek). Afhankelijk van de hoeveelheid is de aal in 8-10 minuten gaar.

HISTORISCHE KRING HUIZEN
9 mei 2002
10 mei 2002
25 mei 2002
28 mei 2002
8 juni 2002
22 juni 2002
29 juni 2002
24 juli 2002
25 juli 2002
27 juli 2002
31 augustus 2002 14 september 2002
1 oktober 2002
3 december 2002
1 februari 2003
20 mei 2003  Klederdrachtgroep Huizen op de stoomtram Hoorn-Medenblik
 Klederdrachtgroep Huizen in Nunspeet op de Eibertjesdag
 Rondleiding Historische Kring op de Oude Begraafplaats om 15.30 uur
 Algemene Ledenvergadering Historische Kring in theater 'De Boerderij'
 Open Dag Tussen Vecht & Eem in Baarn, info: F.H. Bos 035-6941382
 Havendag op de Oude Haven, incluis kraam Historische Kring Huizen
 Rondleiding Historische Kring op de Oude Begraafplaats om 15.30 uur
 Klederdrachtgroep Huizen tijdens Spakenburgse Dagen
 Klederdrachtgroep Huizen in Schagen
 Rondleiding Historische Kring op de Oude Begraafplaats om 15.30 uur
 Rondleiding Historische Kring op de Oude Begraafplaats om 15.30 uur  Huizerdag, plus Open Monumentendag
 Ledenavond Historische Kring in theater De Boerderij om 20.00 uur
 Ledenavond Historische Kring Huizen in theater De Boerderij  Ledenavond Historische Kring Huizen in theater De Boerderij
• Ledenavond Historische Kring Huizen in theater De Boerderij ROP ZOEK NAAR EEN HUIZER PLOOIMUTS
De leden van onze werkgroep beschikken over zeer veel originele onderdelen van de Huizer dracht. Een aantal malen per jaar treden wij met deze dracht op in het land. Hier is altijd veel werk aan verbonden, maar het is altijd een groot festijn. En iedereen bewondert de statige Huizer dracht en onze inzet. Maar helaas missen we nog één belangrijk onderdeel van de vrouwendracht, namelijk de plooimuts. Een plooimuts werd gedragen door een jong meisje, die de kinderdracht was ontgroeid en nog niet toe was aan de dracht voor volwassenen. Een plooimuts in of uit de rouw, dat maakt ons niet uit. Maar wie kan ons helpen aan een plooimuts? In bruikleen of in eigendom, ook dat maakt ons niet uit. Graag doe ik een oproep aan al onze leden om mee te zoeken naar een plooimuts. U zou de leden van onze werkgroep er een groot plezier mee doen!
An van Geenen, telefoonnummer 035-5252807.


De dag begint vroeg voor de zes dames, die de zondagse oorijzermuts opzetten, maar om half acht lopen we in vol ornaat, wel met een dôôk om want het is fris met een stevige wind, naar de opstapplaats achter het Gemeentehuis. Daar krijgen we allemaal een rozet of kokarde opgespeld en alle dames dragen een oranje lint op het schort, vanwege het feestelijk karakter van deze dag.
De bus is een sjieke donkerblauwe van de Beuk-tours en we vertrekken dus zeer koninklijk om 8 uur naar Amsterdam. Om kwart voor negen komen we bij de Marinekazerne aan. Het is nu helder zonnig weer, strak blauwe lucht, maar nog wel een stevige bries, die de aanval blaast op onze mutsen en schorten bij het uitstappen. We worden naar een soort partytent geloodst, waar we ons aanmelden en een bijzonder pasje krijgen met onze pasfoto, naam en geboortedatum aan een lichtblauw en oranje lint met erop geprint: "Het Huwelijk 02-0202" en dit ook in het Spaans. Maar we dragen ze niet - géén gezicht op onze kostuums! (We zijn nl. ( 14 dagen daarvoor gescreend: d.i. kopie paspoort, 2 pasfoto's en adres enz. opsturen )
We kunnen nu ontbijten - velen komen van ver! - verpakte broodjes, koffie, thee, melk, enz. enz., en fruit toe. Prima verzorgd!
Ook alle militairen, die straks langs de route staan, zijn aanwezig en vele andere klederdrachtgroepen - 40 personen per provincie - waaronder vele oude bekenden. Er is gelukkig een groot beeldscherm-tv en we kunnen dus het burgerlijk huwelijk volgen. Ook hier gaat gejuich en geklap op als het ja-woord is gegeven. We nemen nog koffie en om kwart voor twaalf vertrekken we met bussen naar onze standplaatsen. We rijden dezelfde route als straks het Bruidspaar en hebben nu al veel bekijks van de mensen langs de kant en natuurlijk zwaaien, kunnen we alvast oefenen voor straks!
Op het Witte Plein (Brug) staat het vol met protesteerders, die op potten en deksels slaan. We stappen uit op de Singel en nemen onze plaatsen in aan de huizenrij, we moeten nog wat opschuiven. Het wordt gezellig druk, veel mensen vragen waar we vandaan komen en of ze een foto mogen maken. De wind komt van alle kanten, trekt en rukt plots aan de kappen, maar ze blijven gelukkig goed staan. Zo schiet de tijd op en worden we nog een keer verschoven. En dan komen er drie heren in livrei te voet aanlopen, de middelste heeft een staf in de hand, het rumoer op de Witte Brug wordt luider een hele tijd niets dan een ere-detachement militairen - alle drie de onderdelen - en dan paarden! Die worden wild van schrik van het rumoer op de brug; zelfs een sirene loeit, 'n verschrikkelijk naar geluid! De marechaussee te paard loopt helemaal uit elkaar, de andere paarden van o.a. de politie in Amsterdam haren of verstaren niet, die zijn wel wat gewend! En dan eerst de twee losse koetspaarden met palfreniers, dan de Hofmaarschalk hoog op een schimmel, en dan de Gouden Koets...... Willem-Alexander zit aan onze kant en bij ons aankomend kijkt Maxima gelukkig onze kant op - op 10 cm afstand rijden ze langs - hand opsteken, wuiven, en het is voorbij..... Wat ziet ze er beeldig uit! Daarachter nog een detachement te paard en daarachter de gearresteerde verfbomgooier (hoorden we later), die door twee agenten naar het politiebureau, achter ons, wordt opgebracht. We staan nog wat en worden dan verzocht naar de Vijzelstraat te gaan lopen, waar verderop de bussen op de tramrails gereed staan. We stappen de bussen in, maar nu duurt het wel erg lang voor we naar de Marinekazerne terugrijden, de maag begint te knorren. Eindelijk vertrekt de lange busstoet via een omweg we zien veel van Amsterdam - naar de kazerne.
Afmelden - de wind plukt nog steeds aan de mutsen - en overstappen in onze eigen sjieke bus, waar de lunchpakketten al klaar staan; broodjes, melk, een Mars en Dextro, weer prima verzorgd! En zo gaan we al lunchend op weg naar Huizen.
Rond vier uur rijden we "het darp" binnen; Pieter van de Poel maakt nog wat foto's van de groep en van de zes oorijzermutsen apart. De helft van onze groep gaat nog naar "Voor Anker", waar ze veel bekijks hebben als ze via de intercom hun bezoek aankondigen.
Wat een enige dag was het! Een dag om nooit te vergeten
Henny
I Ja, ik wil lid worden van de Historische Kring Huizen. Stuur mij een acceptgirokaart voor
I de jaarcontributie van € 12,00 per gezin of € 10,00 per persoon. Zolang de voorraad I strekt, krijg ik als welkomstgeschenk het waardevolle boek 'De Huizer Molen' cadeau.
I Naam m/v