De Ratel Mei 1985

H U I Z E R K R I N G B E R I C H T E N 12e jaargang nr. 2, mei 1991 Aan de leden van de Historische Kring Huizen, 26 april 1991 Het doet ons genoegen uw aandacht te kunnen vragen voor een aantal activiteiten op historisch gebied. Allereerst zijn wij druk bezig om voor de zomervakantie nog een ledenavond voor u te organiseren. Op het moment van schrijven kunnen wij u helaas de datum, het onderwerp en de spreker (s) nog niet meedelen. Wij verwijzen u daarvoor graag naar de plaatselijke pers. Wel bekend is dat in het pand van de Haven van Huizen (in de zgn. derde hange) een expositieruimte wordt ingericht. De Stichting Hui zer Museum en de Stichting Klederdrachtcollectie Gerrie Otten stellen daar een deel van hun collecties ten toon en ook de Historische Kring levert een (bescheiden) bijdrage met documen— tatie. Naast deze "Tentoonstelling van een stukje Hui zer historie" wordt in de expositieruimte dit jaar de zomertentoonstelling "l<apitein Rob in Huizen" gehouden. In de pers is al veel aandacht besteed aan het feit dat het schip de Vrijheid uit de tekens trip 'Kapitein Rob' bestaan heeft en gebouwd is bij scheepswerf Kok in Huizen. Een leuke combinatie! De tentoonstelling 'I Kapitein Rob in Huizen" vindt plaats van 27 april tot en met 14 juli 1991 . Openingstijden: dinsdag t/m zaterdag van 14.00 tot 17.00 uur en van 18.30 tot 21 .00 uur. Groepen van tenminste 10 personen op afspraak ook op andere tijden. Toegang: f1 . 1 ,50 per persoon, 65+ f1. I kinderen tot en met 12 jaar onder begeleiding gratis. Adres: Havens traat 81 , 1271 AD Huizen. Tel. 02152-40369. Op 1 1 mei a.s. wordt in Noordwijk weer een nationale klederdracht show georgani— seerd, waaraan 18 groepen meedoen, samen ongeveer 300 ą 350 deelnemers! Ook onze Klederdrachtgroep doet mee, samen met groepen uit Axel, Bunschoten—— Spakenburg, Friesland, Ede, de Gelderse Achterhoek, de Gelderse IJssel, de Noord—West Veluwe, Hindeloopen, Katwijk, Marken, Salland, Scheveningen, Staphorst, Volendam, Wieringen, de Zuid—Hollandse Eilanden en Zandvoort. Het optreden voor publiek vindt plaats tussen 14.00 en 17 . 00 uur in Noordwijk—aan— Zee, op de Boulevard of bij erg slecht weer in Hotel Oranje. Het zal vast weer een zeer geslaagde dag worden. Ter herinnering: op 25 mei 1991 houdt de Stichting Tussen Vecht en Eem de jaar— lijkse Open Dag in Weesp met een aantrekkelijk programma inleidingen, rond— leidingen en excursies (zie ook ons Berichtenblad van februari j . l. ) . Met vriendelijke groeten, Het Bestuur 2 , -2- EEN DAGJE UIT MET DE GOOISCHE STOOMTRAM Op 5 februari 1991 heeft de heer J. G. E. Petersen ons meegenomen op "Een dagje uit met de Gooi sche stoomtram — een reis in oude prentbriefkaarten". Het was een boeiende reis, niet in de laatste plaats omdat de heer Petersen behalve het personenvervoer ook aandacht besteedde aan vrachtvervoer en speciaal aan het vervoer van poststukken. Dat reeds in 1885 (de tramdienst begint in 1881) met de posterijen een overeenkomst werd gesloten voor het driemaal per dag vervoeren van post moet een belangrijke verbetering zijn geweest van het postale verkeer tussen het Gooi en de rest van het land. T n 1903 worden drie postbagagewagens gebouwd, waarin een postbeambte de post sorteerde en stempelde (zie voorbeeld hierondeo. Voor elke route waren er twee stempels: van A naar B en van B naar A. De brievenbus bevond zich aan de zijkant van de postwagen. Kort chronologisch overzicht 1880 Concessie voor een tramverbinding tussen Amsterdam en het Gooi voor een periode van 50 jaar. 17-5-1 881 De eerste rit van Amsterdam Weesperpoortstation naar de Watergraafsmeer—Diemerbrug. 22-7-1881 Opening van het traject Diemerbrug—Muiderberg. 14-2-1882 Opening van het traject Muiderberg—Naarden. 15—4—1882 Opening van het traject Naarden—Laren en het traject Hilversum—Laren—B1aricum—Huizen. 1882 Concessie voor het baanvak Bussum—Huizen aan de Stoomtram Bussum—Huizen. 1885 Invoering van het 2—k1assensysteem. 1885 Contract voor het vervoeren van post (driemaal per dag) . 1-3-1901 Invoering van de lokaaldienst Hogeweg (Amsterdam Watergraafsmeer) — Weesperpoortstation. 1-2-1905 De Gooische Stoomtram verwerft het medegebruik van het baanvak Naarden—Bussum van de Stoomtramweg Bussum—Huizen. Er wordt een verbindingsboog aangelegd tussen dit baanvak en dat van de Gooi sche Stoomtram. 5-7-1905 Opening van een nieuw traject: Laren—Crai100—Bussum. 1-1-1917 Overname van de exploitatie van de Stoomtramweg Bussum—Huizen. 6-1-1917 Opening van een nieuw traject: Bussum—Huizen—Laren—Hi1versum. 1918 Opheffing van het traject Laren—Crai100—Bussum. Opening van een nieuw tramstation in Huizen. 7-10-1924 Eerste proefrit van een tot benzinemotor—rijtuig omgebouwd stoommotor—rijtuig. 1-12-1925 Einde van de ' 'Stoomtram" in het Gooi — alleen voor extra ritten worden nog stoomtrams ingezet. 16-1 -1930 Invoering van grote motorwagens op de lijn Laren—Amsterdam. Er wordt nu rechtstreeks van Muiden naar Naarden gereden. Passagiers voor Muiderberg moeten bij de Hakkelaarsbrug overstappen op een lokale stoomtramdiens t . 1-8-1930 Het goederenvervoer wordt overgedragen aan Van Gend en Loos . 29-9-1930 N.V. Gooi sche Stoomtram wordt N.V. Gooi sche Tramweg Mij . 19-2-1932 Het nieuwe baanvak tussen Muiderberg en Naarden wordt in gebruik genomen. De tram rijdt nu rechtstreeks van Muiden naar Naarden via Mu iderberg . Vanaf 1933 Vervanging van de benzinemotoren door dieselmotoren. 1938 De Minister beslist dat de tram moet worden vervangen door een autobusdienst. 5-6-1939 Invoering busdienst Hilversum—Huizen—Amsterdam (via Laren en Blaricum) . 15-10-1939 Invoering busdienst Amsterdam—Laren. 2 , Tramstation Huizen (op de achtergrond de Oude Kerk) . Poststempels uit de trampostwagens (overgenomen uit: J . G . E . Petersen, ' 'Een dagje uit met de Gooi sche Stoomtram, een reis in oude prentbrief— kaarten") . % 1 7 Kreinrondstempel Hilversum-Htnzen 1 7 maart 1902 Blokstempe/ Hilversum-Hu1zen 6 oktober 1914 21 Blokstempe/ Hujzen-Hilversum 21 oktober 1916 2, -4- 29-5-1940 Door het uitbreken van de oorlog komt er weer een beperkte stoomtramdienst op de nog aanwezige rails via de Amersfoortsestraatweg en Crailoo, e.e.a. ten gevolge van het gebrek aan autobussen en brandstof daarvoor. 23-5-1942 Op last van de Wehrmacht wordt het spoor via Crailoo opgebroken en weer via Blaricum—Huizen gelegd. De route Hilversum—Laren—B1aricum— Huizen—Bussum wordt weer bereden door de stoomtram. 17-9-1944 Einde tramdienst in verband met de spoorwegstaking. 15-8-1945 De eerste stoomtram na de oorlog rijdt weer in het Gooi. 5-10-1947 De laatste personen—stoomtramdienst. Het begin De N.V. Gooi sche Stoomtram wordt op 17 december 1880 opgericht met als doel het verzorgen van een tramverbinding tussen Amsterdam en het Gooi met een aansluitende verbinding naar de badplaats Muiderberg. De reistijden waren rond 1881: Amsterdam -- Diemer brug 4 km 16 minuten Amsterdam — Muiderberg 16 km 1 uur en 5 minuten Amsterdam — Naarden 20 km l. uur en 20 minuten Amsterdam — Laren 26 km 2 uur Op 15 april 1882 loopt het traject Amsterdam—Laren van Amsterdam via Diemerbrug, Muiden, Muiderberg, Naarden, Jan Tabak naar Laren. Op diezelfde dag wordt het aansluitende traject Hilversum—Laren—B1aricum—Huizen in gebruik genomen (overstappen in Laren) . T n 1888 kostte een enkele reis van Muiden naar Huizen met de Gooi sche Stoomtram 35 cent. Op 16 februari 1883 wordt opgericht de Stoomtramweg Bussum—Huizen N.V. met als doel het verzorgen van een tramverbinding tussen Bussum en Huizen via het traject Bussum—Naarden—Huizen. T n het Gooi zijn dan twee tramwegen aanwezig: (i) De Gooi sche Stoomtram met de trajecten Naarden—Jan Tabak—Laren en Hilversum—Laren—B1aricum—Huizen en (ii) De Stoomtramweg Bussum—Huizen met het traject Bussum—Naarden—Huizen. In de omgeving van Naarden kruisen de trajecten, maar in Huizen zijn twee verschillende tramstations, op ongever 700 meter van elkaar verwijderd! Het zou nog tot 1905 duren voordat de twee maatschappijen gingen samenwerken en er een verbindingsspoor aangelegd werd, waardoor men zonder overstappen van Laren naar Bussum kon reizen via Crailoo. In Huizen duurde het echter nog tot 1917 voordat een verbinding gelegd werd tussen de twee tramstations en het traject Hilversum—Laren—B1aricum—Huizen—Naarden—Bussum gevormd werd. Mot deze kanrt mag men iusgchen hot Btation van vertrek en aankomgt niet uit- Een tramkaartje uit 1888 (collectie F. Jeths) (Overgenomen uit J. G. E. Petersen, t 'Een dagje uit met de Gooi sche Stoomtram, een reis in oude prentbriefkaarten" . ) J. 2 , -5- De avond over de Gooi sche Tram werd besloten met een voordracht van de heer H. Rebel. Hieronder zijn gedicht ' 'De Gooi sche Stoomtram verdwijnt" dat in oktober 1947 verscheen in de Hui zer Courant. De Gooi sche Stoomtram verdwijnt 't Is ruim zestig jaar geleden, dat de oude Gooi sche tram, voor het eerst in deze dreven, dus ook hier in Huizen kwam. Wat was dat een groot gebeuren, toen de proefrit werd gedaan, t t halve dorp dat stond te kijken, hij stopte toen nog op 't de Baan". Huizen was een rustig dorpje, levend van de visserij , en, tussen al die vissershuizen, stond ook menige boerderij . Weldra kwam er toen verand 'ring, mede door de Gooi sche tram, die van Hilversum alleen niet, maar weldra ook van Bussum kwam. Wat een uitkomst bracht de tram toen, niemand was het nog gewend, ook voor cl ' uitvoer bracht het voordeel, 't dorp was uit t isolement ! Denk maar aan de bokking—tijden, toen men hier haast iedere dag, goederenwagens, afgeladen, vol met vis vertrekken zag! Wat een uitkomst bracht de tram ook, toen de fiets nog niet bestond, denk slechts aan de Hui zer werksters die in Bussum arbeid vond . Hele scharen zag men 's morgens, op muilen en in Hui zer dracht, opgetogen naar de tram gaan, die hen visa—versa bracht. Allengs werd de Gooi sche stoomtram een onmisbaar element, tot z 'n ere kon men zeggen: altijd was hij trouw present. Ja, schier zonder onderbreken, heeft hij trouw z 'n plicht gedaan, je kon altijd op hem rekenen, en nooit liet hij iemand staan. Denk slechts aan bezettings—tijden, (menigéén reed op massief) toen ze hem weer lieten rijden, wat bracht dat een groot gerief! Maar -- ook net als ieder ander, ging hij vaak door kwaad gerucht, men schold hem voor mooi en lelijk, hij had ook een vieze lucht Maar — weet dit, o oude Gooische, velen mochten je toch graag, ook al had je veel gebreken, en al ging je soms wat traag. Je waart één met 't Gooi se landschap, met je rookpluim en je bel, door de Bus word jij verdrongen, want je vaart is niet zo snel. Weldra ga je nu vertrekken, en weemoedig zien we t t aan, nu we je niet meer zien glijden, langs je lange ijzeren baan. En, in deze laatste stonde, weet ik mij thans veler tolk, als ik jou oprechte dank breng, van het ganse Hui zere volk! Woensdag 17 December 192 11. Waarde nicht Jannetjen, t k Neem effen de tijd vur ut schrijven van een briefie an jouw want aarst kom ter zoo vlak vur de Kursawuddagen niks meer van. Ut komt me nou Ok beter uit want Oōme Lammert is nčt de deur uittegaen mot z t n schaesen onger z 'n n? arm. Nouw vraag ik je toch! Oud en stijf en gien verstangd. Nou Janne kljnd, ik kon dum onmeuglijk teugen houwen want hij mos en zou effen schaesen. En ik kan dum toch nijt vast bijnden op de stōol, waar of nijt! Trouwes, ik docht ut Maandag al want too begon die in eens over z t n schaesen te praaten en dan weet ik 't al. En as dat źenmol in z t n kop zit dan zit ut op gien aare plaes. Zōo gōod ken ik Oōme nou wel. Zoo t n verstangd, nij Janne! Mar ja wat kan ik ter as vrouwmins teugen dōon? Gien mieter. Mar as tie voortzōo z t n bźen źbreuken het dan kijk ik nijt naer dum om. Daer! En Oōme dōot ut allemol mot een grappien o.f as of ter niks kan gebeuren. De tijd zal 't leren mar ik hou m t n hart vast. 'k Hou vuuste vuul van die man Janne, vuuste vuul. Echt waar. Je hemmen netuurlijk allang an ut achterste van m t n tonge źmurken dat ik nijt kwaad bin, mar ongerust. Want zoo' n man mot je mot een "lampie n zeuken, dat weet ik mar al te gōod. Jouw Freek kan d 'r nijt an tippen! ! ! Daer gelōof ik niks van. . oen hap nou mar nijt want ik hou van jouw en Freek evenvuul (mar aarst as van Oōme) . Hij het me beloofd dat tie rustig an zou dōon en daer hoop ik dan mar op. Och Janne, as tie voort een paar baantjies źriejen het mot die stijve kongd van dum en hij drinkt een kommetjen hiet dan is tie zelf Ok zōo blij as blik dat ut good ovveleupen is. Neem dat mar van mijn an! Kijnd, kijnd, wij strijen wat of zoo saampies, mar echt kwaad wurren, dat is ter nijt bij. Ik hoop en wens dat Freek en jij ut Ok zoo gōod krijgen, dat gun ik je echt Jannet jen! Nou bin ik over f t ijs begonnen mar ik wou elgelijk schrijven over ons daggie Amsterdam. Zoo q n mooi daggle as wij toch źhad hemmen mot mekaar! 2 , Elke dag denk ik ter an vrome Vergeten kan ik ut Ok nijt want je jurk hangt an de balk op zolder, vlak vur m v n neus. En elke dag prambeert Oōme Lammert me overtehalen om die Jurk effen an te passen. "Vur de aardighaid minst', zai tie d? r steevast bij. En van weeromstuit hem ik dat ding gisterenawud annepast. Nou Janne, ut leek op gien ooren of pōoten, teminste, dat veun ik zelf. Mar Oōme was in de bōonen, zoo mooi as tie ut veun. "Aart jen, zaitie, as je jonger wazzen zou je Ok buitekleren an motten trekken". Ja, dat zal die. 'k Het je hoed Ok effen oppehad enne. . . ik zal mar zeggen wat Oōme zai: "Ut hoedje staet je wepel s" (zai Jan Horst) . Weet je wat me wčl opviel? t t Was nčt of ik gien kleren an had. Zoo wainig, bedoel ik. Jannemeut zai ut zoo wwaar vrooger een kudde schaepen de hźele wijnter over dee, dat dōot nou een zijerups in z t n vrije zaeterdagmiddagtt o Begrijp je wat ik bedoel? En vur dat je beginnen te blaezen: tt we Kinnen d 'r nčt zoo vurzichtig mie ommesprungen as een kat mot z t n jongen". Gelōof me nou mar op m'n woord, d t r zit nog gien kwint jen ano t k Mot d t r nijt an denken dat ter een vlakkie oppekommen was. Stel je vur! 'k Zou ut m'n leven lang nijt meer vergeten want uiteindelijk het ik me oplaeten heujen deur Oōme! En nou nog effen over ons daggie uit naer Amsterdam. Wat was dat toch een belevenis, Jannet jen! ZOO lang as ik leef zal ik dat gien meer vergeten. ZOO mooi as ik ut źveunden het. Allereerst al je ankomst in darp. De hźele buurt sleug stijl achterover too ze jul lui zaggen ankommen. De minsen wisten nijt wat of ze zaggen. Jannet jen mot ter vrijer in een automobiel! Stik beduusd wazzen ze en d 'r wurd nog reddeur over źpraet. Achterof was f t mar good dat Coba nijt mie źkommen is want de arme ziel zou tussen ons tweeėn in verpulverd wezen. Want jij maggen d'r ok wezen Janne! In de oorlog zou die batterij van jouw best van pas kommen. Daer bin ik mar een beesie bij (zoo da t s een nul vur mijn) Mar nou alle raarighaid op een stokkie, die arme Coba had hźelemol klem źzeten tussen ons. Dat is zeker! En too gungen we genarmd naer de brangd, of te wel op Amsterdam anl 'k Veulde me nčt de keuningin zelvers. Echt waar! Mar dat was ik nijt, ik was gewōon m'n algen en ik zat vur t t eerst van m'n leven in een automobiel naer de stad too. En dat was toch gien klainighaid, docht ik zōo! t k Het ongerweg m'n Oogen uittekeken en ik kon t t allemol zittende of. Je zal len ut Ok wel źzien hemmen, want alles en iedereen zat ons antegaapen. As je t t mijn vragen hemmen de minsen źdocht dat we van f t keuninklijk huls wazzen. Dat Freek -mar vanzelf de weg weet naer Amsterdam too daer was ik hźelegaar van ongersteboven. Hoe bestaet ut! ZOO deur Naerden, langest de Muiertrekvaart, vurbij Muien en Muierslot en too zoo op Amsterdam ano Knap hoor! ! Hźel knap. Nou Janne, en too we in de stad an kwammen! Too wist ik hźelemol nijt wat ik zag. Zukke hōoge huizen en zukke smalle straetjies waar de tram deurhźene ree en al die minsen! Bij gorzak nog an too! M'n verstangd stung d t r effen bij stulle. Ik stung paf en ik het ter Ok gien woorden vure k? Was gewoon effen van m t n apperepo of en dat hem je vast wel an me źmurkeno Mar ik het ut mot m'n algen bogen kannen zien en dat kan gien mins meer van me ofnemen, 60 zoo! En too we later deur de Kalverstraet en over de Dam liepen mot al die grōote winkels! Bel heerokken, dat was gewōon om klain onger te wurmen en dan praat ik nog gien źens over al die mooie winkels. En in die Bijenwinkel hem ik m t n Oogen uittekeken. (Oōme weet de naam nog wel mar dee Is nog steeds op 't ijs en zal wel zitten te lurken an een kommetjen hiet!) . t k Had ter wel van źhoord mar as je ut onger je Oogen krijgen dan is dat toch wel aare kook. En nou hem ik ut nog gien eens over je jurk źhad! Dat was op z 'n algen al een hźele belevenis. Ik kan d'r wel een b06k over schrijven, denk ik. Weet je wat ik in ut bijzonder źwaardeerd het? Datteme zoo źensgezind wazzen. Dat was een weldaad appart, eerlijk waar. Jij mot je aanstaande en ik mot Oōme! Ut dee me groot Janne, en ut stemde me hźel dankbaar. Dat had je moeder motten kannen beleven. Mar ja! ! ! In alle gevallen hem jij nou je bestemming źveunden en de zorg dee we op ons źneumen hemmen bij de dōod van je moeder wurd nou van ons ovveneumen. Dat maakt een mins klain, hźel klain. En of je ooit noggeries kijer zal len krijgen dat weet op ut ōogenblik gien mins, mar ut is te hōopen dat jul lui gōod kannen akkederen mot mekaar. Dat is t t vurnaamste ! De rest komt vanzelf (of nijt, kijk mar naer ons) . Mar ondanks alles, Janne, hemmen we t t gōod zoo saampies, Oōme en ik! Dat gun ik jouw Ok Janne! Hč gat, nou bin ik ongemerkt an 't preken źsleugen en dat hooft nou Ok weer nijt. Waar was ik Ok alweer źbleven? ja, in Amsterdam en tegelijk schiet ut me te binnen datte we in Amsterdam die kruiers teugen źkommen binnen. Ok toevallig. Gijbert van Hain Zeeman mot z e n breur! As je mekaar hemmen mozzen zou je mekaar nooit kannen vijnden. Zōo raar kan dat toch lōopen in f t leven! 0e dōorie daer hoor ik Oōrne Lammert ankommen, t k loop effen naer dum too. . . 'k Bin d t r weer. Nou hij het lekker źschaest, zai tie, mar as je e t mijn vragen het tie een flinke schuiver źmaakt want z 'n hźele kongt is zaiknat. Mar dat zal die nijt gauw too geven, 160f ik. Dan hang ik nou mar m'n viōol an de wil legen want mot Oōme om me hźene voer ik gien klap uit. Nog effetjies zakelijk! Alles lōopt good vur de 17e. Ze binnen al mot vurdrachten bezig. (Oōme dōot een achterdracht zai tie) . 't Slaepen is gien probleem want dat hemmen Oōme en ik al oppelost vur je. Freek en Karel t jen en jij kannen op de dag dat je gaen antekenen hier slaepen. ()ōme en Freek slapen in jouw bedde op zolder. Jij en ikke in ons bedde en vur Karel t jen maken we een kermesbedde. Nou, wat zeg je daervan! Alles is oppelost en Karel t jen is toch onger je klavieren. Ut leek ons zoo t t beste vur alle partijen en Oōme kan tegelijk Freek in de smiezen houwen. Ja ja! ! As je d 'r aarst over denken dan is dat jammer mar vur dee keer kan ut nijt aarst want jullie maiden krijgen Ok al slaepers. Vanmarregen kwam Dirk van Dit jen źen Oog effen langst mot die klaine joon van dun. Klaine Dirk za t k mar zeggen en hij zai dat de Enkhuizen Almenak vur de 2e helft van Januari mooi weer vurspelt. Dat zou mooi mie źneumen wezen, daer nijt van mar vurlōopig wachten we ut nog mar effetjies rustig of. Wat zeggen we Ok altijd weer: Almenak leugezak Komt van Delft, liegt de helft Komt van Alkmaar, liegt ut allegaar. Dirk het van marregen nog effen zitten te vertellen hoe of z t n Vader an dat źene ōog źkommen is. Ut zit zoo ! Ze gungen mot de logger vissen op de Noordzee en bleven dan 6 weken wego Opzekere dag en t t was arg koud, too is ter een korrelt jen zout in z q n Oog źkommen. Nou kijnd, niemand het ter oppelet of andacht anźschunken mar too die nae 6 weken thuis kwam too was z t n hźele Oog uittezweuren. Zōo akelig nij? Daen wurd een mins koud van. Janne, nou maak ik ter een aainde an want Oōme roopt om een drōoge broek (As ik ut nljt źdocht had) . Allemol de hartelijk groeten van ons en vur jouw as van ous een poes van Meutjen Aartjen. Pos. en van Oōme Ok schreeuwt tie van uit ut achterhuis, bij deze dan! Gedag hoor (Eigen spelling van de auteur.) bezoekt te Huizen het Café „Stationskoffiehuis" Aangenaam zitje Prima consumptie Matige prijzen Speciaal tarief voor groepje—' schoolRinderen Eigenaar a. ZWART STICHTING INFORMATIECENTRUM VOLKSCULTUUR Het Informatiecentrum Volkscultuur in Utrecht vervult een centrale rol op het gebied van volkscultuur. Het ondersteunt instellingen en particulieren die actief zijn op dit terrein: heemkundekringen, verenigingen op het gebied van de traditionele (én hedendaagse) volkskunst, folkloristische groepen, verzamelaars, musea enzovoorts. Het centrum beschikt over gegevens van ca. 8000 personen en instellingen. Om te voorkomen dat er langs elkaar wordt heengewerkt is het centrum bezig met het opzetten van een Landelijk Overleg Volkscultuur. Daarnaast voert het Informatiecentrum Volkscultuur het secretariaat van het Landelijk Overleg Regionale Geschiedbeoefening. Vanuit dit laatste overlegorgaan is al één conferentie voortgekomen en de uitgave van de publikatie ' 'Begeleiding in de regionale geschiedbeoefening" Een tweede conferentie wordt voorbereid. Het Informatiecentrum Volkscultuur beantwoordt vragen, geeft publikaties uit (een kwartaal —tijdschrift en een Niewsbrief) , organiseert lezingen, tentoonstellingen en cursussen voor een breed publiek. Men probeert een wetenschappelijk verantwoorde benadering te combineren met een toegankelijke presentatie. Lidmaatschap: f1. 35,— per jaar (tijdschrift + nieuwsbrief) of abonnement op de TV—nieuwsbrief: f1. 15 , — per jaar. Een greep uit de publikaties: nummers van het tijdschrift ' 'Volkscultuur I ' bevatten bijdragen over b.v. Veldwerk, Volksmuziek, Volksverhalen, Volksdansen (jaargang 3, nr. 3—4) of Carnaval (jaargang 3, nr. l ) , of Blauwverven en blauwdrukken, Boerderij—onderzoek, Stolpboerderij, Dorpswoonhuis, Heemkunde en onderwijs (jaargang 3, nr. 4) of Blaasmuziek, Genealogie, Tovermeesters, Jenever (jaargang 6, nr. 3) . De speciale uitgaven laten boeken zien (Begeleiding in de regionale geschiedenis, Heemkennis in het basisonderwijs, Over blazers en trommelaars, Nederlandse volksliedcollecties, enz.) , maar ook een grammofoonplaat (liederen van Vlaamse nettenboetsters) en een video over de kermis . In juni van dit jaar staat de 'I geschiedenis van de kamerplant" centraal. Op 7 juni wordt nl. een congres gehouden over de geschiedenis van de kamerplant: wat zijn de achtergronden van de gewoonte om kamerplanten er op na te houden? Hoe zijn mensen ertoe gekomen om planten in huis te halen? Tijdens het congres zullen de resultaten van een onderzoek hiernaar worden gepresenteerd in de vorm van een boek. Tijdens het onderzoek is getracht het assortiment kamerplanten uit het verleden te reconstrueren. Ook worden de ontwikkelingen in het kweken en de afzet van planten besproken en wordt de bloempot niet vergeten! Omdat de kamerplant deel uitmaakt van het interieur is ook de binnenhuisarchitectuur als invalshoek gekozen en is onderzocht hoe de mode op het gebied van kamerplanten zich heeft ontwikkeld. Op het congres zullen lezingen worden gehouden over: — historische achtergronden van assortimenten van kamerplanten vanaf de 15e eeuw de kamerplant als onderdeel van de huiselijkheid in de 19e eeuw; — Floralia—verenigingen aan het eind van de 19e eeuw; de kamerplant vanuit kunsthistorisch gezichtspunt; de bedrijfstak die zich bezig houdt met het kweken van potplanten. In de botanische tuinen van de Rijksuniversiteit Utrecht zal van 8 tot en met 16 juni 1991 een tentoonstelling te zien zijn met een reconstructie van assortimenten van kamerplanten van vroeger tot nu. Daarna zal de tentoonstelling ook in andere plaatsen in het land vertoond worden. Verder informatie bij: Informatiecentrum Volkscultuur Lucasbolwerk 11 , 3512 EH Utrecht telefoon 030- 319997 1 2, Na de Algemene Ledenvergadering van 28 maart j. 1. werden de aanwezigen vergast op een film van de Hui zer Smalfilmclub HSF over HET PAND KOS, een boeiende film met unieke beelden van een uniek interieur, dat helaas binnenkort tot het verleden behoort. Daarna vertelde de laatste eigenaar en winkelier, de heer J. Kos, over zijn herinneringen aan het leven en werken in het pand. Een boeiend en vooral persoonlijk verhaal! De geschiedenis van de familie Kos en 'pand Kos t gaan terug tot 1881 toen over— grootmoeder Mie (Maria) van de spreker er ging wonen, in 1896 gevolgd door grootvader Jaap Kos; bij diens overlijden in 1929 nam vader Jaap Kos zaak en huis over. Toen zoon Jaap Kos in 1956 trouwde vertrokken vader en moeder op hun beurt en zette hij het bedrijf voort totdat het in 1985 gesloten werd. T n 1987 is het pand verkocht en in 1988 verlaten. Reeds eerder is van sloop sprake geweest (tussen 1974 en 1978) , maar dit werd toen afgewend door een uitspraak van de Raad van State. Het 'pand Kos t bestaat uit een voorhuis en een achterhuis; het voorhuis is sinds mensenheugenis gedekt met pannen, het achterhuis oorspronkelijk met riet. In 1930 was aan de noordzijde i.v.m. afwateringsproblemen een nieuw dak nodig. Een rieten dank kostte toen f1. 1200 ,-- en een pannendak f1. 1800,—! In de hooi — schuur, oorspronkelijk ook met riet gedekt, stonden tussen 1935 en 1940 koeien van vrienden van vader Kos; in 1940 had hij zelf 3 koeien voor melk en boter. De hooischuur is rond 1972 vervangen omdat de oude in de brand gestoken was. Boven werd hooi opgeslagen en aan de andere kant stro. Beneden werden verschillende soorten kunstmest opgeslagen. Grootvader Jaap Kos had naast de maalderij en graanhandel een grutterswinkel. Hij verzorgde onder meer de kostmanden van de vissers: peulvruchten en meel (voor pannekoeken) , maar leverde ook b.v. stijfsel voor de mutsen van de Hui zer vrouwen. Nadat grootvader Kos in 1929 overleden was, werd de graanhandel drukker, wellicht mede omdat Ide Vos, die ook een graanhandel had, naar Utrecht vertrok en de kaashandel van zijn broer overnam. In het achterhuis hadden naast paarden ook koeien gestaan, die nu weggedaan werden omdat het melken enz. te veel werk gaf. De paarden bleven voor de rosmolen. In die dagen waren lijnkoeken een belangrijk artikel: erg harde veekoeken die in de koekenbreker met twee tandwalsen (op de bovenverdieping) gebroken moesten worden. 2 , In de rosmolen werd boekweit voor grutjes vermalen met behulp van kleine maal — stenen (ong. 80 cm diameter) . De rosmolen is later vervangen door een molen uit 1820 — in 1920 zijn de molenstenen geplaatst: eerst van hardsteen maar later vervangen door kunst stenen. De installatie uit 1920 (aandrijvingsmotor, etc. ) is grotendeels nog aanwezig. In de winkel werden grutterswaren verkocht, kippevoer, kanariezaad, bakkersmeel en dergelijke. Brood was in de oorlog op rantsoen. Op dinsdagen werden bonnen ingeleverd bij het distributiekantoor in het oude tramstation. M.et paard en wagen werden dan 24 bakkers voorzien van zo t n 300 zakken meel: grote klanten namen wel 30 zakken af, maar er waren er ook die in een week 5 zakken verbakten. Voor contante betaling kreeg men 5 cent per zak korting. Tijdens de oorlogsjaren is ook veel voor particulieren gemalen. Toen Jaap Kos in 1946 na de dood van zijn oom Dirk, de compagnon van zijn vader, in de zaak mee ging helpen, was er op de bovenverdieping een rijstkamer en een koekenkamer (veekoeken) . Beneden was een melkkamertje van waaruit melk verkocht werd. Ook was boven een droogrooster waarop vroeger 15 mud ( = 15 x 70 kg = 1050 kg) boekweit gedroogd werd: om de 4 ą 5 uur moest dat omgedraaid worden. In de oorlog is deze drogerij ook gebruikt voor rogge. Later verdwenen geleidelijk de boeren als klant en werd ook het aantal bakkers— klanten minder. De rogge die gemalen werd was bestemd voor slechts enkele bakkers van roggebrood. Er kwam heel wat bij kijken: de zuivere roggebroden waren nogal zacht en daardoor moeilijk te snijden. Daarom moest door het rogge— meel ander meel gemengd worden. Na de oorlog werd in de maalderij dan ook vooral nog veevoer gemalen: varkensmeel, ochtendvoer, koeienmeel, mais, tapioca pellets. In 1985 viel het doek definitief. (Samenvatting: W. van Noppen — april 1991 .) 12e jaargang nr. mei 1991