De Ratel Mei 1985

HUIZER KRING BERICHTEN 19e jaargang nr. 2, juni 1998 Aan de leden, Van de voorzitter Als Historische Kring Huizen kunnen we terugzien op een goede jaarvergadering op 24 maart j.l., waarin Dirk Brugge en Lex Goos toetraden tot het bestuur, respectievelijk als secretaris en (waar nodig) plaatsvervangend voorzitter. Onze eigen Werkgroep Fotografie heeft ons na de vergadering een prachtige serie dia's laten zien van het noordelijke deel van ons dorp. Iedereen was verrast over het vele moois dat ons dorp (ik bedoel nu het oude dorp) ons kan laten zien. Fraaie plekjes, steegjes, huizen, doorkijkjes. We hebben genoten en ik kan dit ook namens velen zeggen die mij hebben gebeld. Jaap Schaap heeft de begeleidende tekst gesproken en de presentatie verzorgd in samenwerking met Lex Goos. Hartelijk dank daarvoor! Over het boekje over de oude haven en haar geschiedenis kan ik nu veel meer zeggen. Deze uitgave ter gelegenheid van de restauratie van de oude havenkant is eind mei klaargekomen. Op 6 juni is het eerste exemplaar aangeboden aan onze burgemeester, de heer Verdier. De heer van de Mark, directeur van de RABObank, heeft deze uitreiking verzorgd. Bij boekhandel Flevo, alsmede bij de beide musea en de VVV, is het boekje verkrijgbaar à fl. 10,-. Vanaf deze plaats is het fijn al onze sponsors te kunnen bedanken voor hun medewerking. Het is een stimulans voor een volgend boekje! Bij de samenstelling van het havenboekje hebben we dankbaar gebruik gemaakt van eerdere en eigen publikaties over de geschiedenis van Huizen en omgeving. Zoals bekend, plaatsen wij regelmatig artikelen in ons blad, vooral welke nog nooit elders zijn gepubliceerd. Momenteel is het bestuur intern en extern bezig te verkennen hoe samenwerking met de Stichting Behoud het Oude Dorp, de Stichting Huizer Museum en de Stichting Klederdrachtcollectie Gerrie Otten in de praktijk verder gestalte kan krijgen, een en ander mede onder invloed van subsidiëring van de kant van de gemeente en externe fondsen. Dit is een hele klus en vergt ook intern binnen het bestuur veel overleg en verandering van denken. Helaas is dat een van de redenen waarom ik zelf inmiddels een moeilijk besluit heb moeten nemen: per 1 juli a.s. treed ik namelijk terug als voorzitter van de Historische Kring Huizen, hoe zeer me dat na 19 jaar HKH ook spijt. De belasting is in de laatste tijd groot geweest; zoals u weet kon wegens omstandigheden ook de heer Groothoff na zijn ongeluk vorig jaar niet meer functioneren als vice-voorzitter. Vanaf deze plaats wens ik hem een voorspoedig herstel toe, zodat hij zijn oude plaats weer kan innemen. Met mij treedt de heer Lex Goos terug, die fungeerde als mijn rechterhand. Deze samenwerking heb ik als zeer prettig ervaren. Het bestuur neemt de taken over. Met deze laatste "van de voorzitter" wens ik u alle goeds toe. Tot slot voor u allen een hartelijke groet, Aartje Kruijning-Teeuwissen ISSN 1384-8437 -2- Bestuur Historische Kring Huizen voorzitter tot I juli 1998: Mw. A. Kruijning-Teeuwissen Driftweg 151, 1272 AC Huizen, tel. 52 54776 vice-voorzitter: Ing. W.H.H. Groothoff Gooierserf 204, 1276 KZ Huizen, tel. 52 51540 secretaris: D. Brugge Havenstraat 42, 1271 AG Huizen, tel. 52 44003 penningmeester: A. Vos Zeisweg 3, 1276 XX Huizen, tel. 52 57233 bestuursleden: A.G. Goos (tot 1 juli 1998) Van Hogendorplaan 15, 1272 GD Huizen, tel. 52 53802 H. van der Hulst Pzn. Wagenweg 4, 1276 XW Huizen, tel. 52 51922 M.P. Rooth Punter 13, 1276 CX Huizen, tel. 52 64535 Mw. T. Rooth-Piëst Punter 13, 1276 CX Huizen, tel. 52 64535 Klederdrachtgroep: Mw. J.W. van Geenen-van den Berg Lijzij 109, 1276 GK Huizen, tel. 52 52807 Redactie Berichtenblad: Mw. G.E.E. van Noppen Brede Englaan 12, 1272 GS Huizen, tel. 52 53783 ARCHIEF: Achterbaan 82, 1271 TZ Huizen, tel. (035) 52 50223 Raadplegen van archiefstukken na voorafgaand overleg met de secretaris. Geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen slechts toegestaan met uitdrukkelijke bronvermelding en na schriftelijke toestemming. VERSLAG VAN DE KLEDERDRACHTGROEP VAN DE HISTORISCHE KRING PIUSENTATIE VOOR DE HOUT- EN BOUWBOND in SILO, donderdagavond 23-4-1998 We verzamelden rond half negen bij Gerrie Otten thuis, waar we ons konden verkleden. Gerrie maakte van de gelegenheid gebruik om ons allemaal op de kiek te zetten. An en/of Bart van Geenen gingen kijken of er al pauze was en zetten de boel even op. Waarna we met z'n allen 't Silo-zaaltje binnenstapten. We kregen koffie en na de aankondiging begon de meer dan een uur durende presentatie "de dagen van de week". Ons publiek was zeer geïnteresseerd en er kwamen goede, gerichte vragen, een zeer geslaagde avond dus! Na afloop kregen we nog wat te drinken, en dan: spullen verzamelen en omkleden bij Gerrie Otten en "op hûs an". AMERSFOORT KONINGINNEDAG 30 april 1998 De dag begon mistig ( onze mutsen ...!!), maar later werd het droger. Nadat we waren opgehaald, moesten we even terug: de vissen ophalen uit het museum - help, vergeten!! Maar we kwamen op tijd in Amersfoort aan, waar we in een te kleine sportkantine werden ontvangen met koffie en koek - niet gezien, want ik kreeg een zondagse kap opgezet. We vertrokken om half elf lopend naar 't Hof, 'n plein in het centrum van Amersfoort, ± een half uur lopen !!! Dat viel tegen; sjouwen met alle attributen Op 't plein aangekomen werden we min of meer aan ons lot overgelaten en waar we onze spullen kwijt konden, wisten ze ook niet. In de kerk? Nee. Waar we gingen eten? Nou, dat mocht per ongeluk! Weer een half uur zoeken en lopen; ook tijdens de lunch weinig zitgelegenheid en we moesten alles zelf klaarmaken! Weer terug naar 't Hof gelopen (nu een kwartier) voor de presentatie. Daarna werden we in optocht door oud Amersfoort geloodst door iemand op de FIETS !!! Veel omgelopen vanwege de vrijmarkt - arme, arme voeten. We ploften op 't terras neer, bekaf Twee dansgroepen moesten toen nog optreden. Om half vier zijn we maar op eigen gelegenheid teruggelopen naar die sportkantine, daar hadden we tenminste 'n stoel en koffie! Wel had het publiek, dat op de vrijmarkt zat met spullen, veel belangstelling voor de Huizer klederdracht. Sommigen herkenden deze ook, en vonden de oranje strik, ter gelegenheid van Koninginnedag, erg leuk. Enigszins teleurgesteld en met blaren zijn we naar Huizen terug gereden. Henny -3- SIGARENBANDJE VAN CHURCHILL anno 1946 In de maand mei wordt traditie-getrouw jaarlijks teruggekeken naar de gebeurtenissen begin mei 1940 (het uitbreken van de oorlog) en begin mei 1945 (de bevrijding). Tijdens de oorlogsjaren was voor veel mensen Winston Churchill een bron van inspiratie en hoop. Dat hij voor een plaatsgenootje ook nog om een andere reden belangrijk was, blijkt uit het verhaal uit 1946 dat wij onder dankzegging aan Gerda Kruijning graag publiceren (zie foto)! Twee krantenberichtjes meldden respectievelijk: Huizen. - Ons plaatsgenootje Gerda Kruyning verzocht Winston Churchill een sigarenbandje met diens beeltenis. De verzamelaars zullen haar wel benijden nu zij vorige week in een hartelijk briefje van Churchill's secretaris het gevraagde sigarenbandje kreeg toegezonden. EEN SIGARENBANDJE VAN CHURCHILL Gerda Kruijning, Dahliastraat 2, schreef aan den bekenden Engelschen staatsman Winston Churchill om een sigarenbandje, waarop diens beeltenis voorkomt. Dezer dagen kreeg Gerda van Churchill's secretaris het volgende briefje: "Lieve Gerda, Ik zal schrijven in naam van Mr. Churchill om je te danken voor je brief. Mr. Churchill dankt je voor je vriendelijke gedachte en heeft plezier om in te sluiten een sigarenbandje waar je om hebt gevraagd. " Dus kreeg Gerda haar zin. Zijn de andere sigarenbandjes-verzamelaarsniet jaloersch op haar? De tekst op de bandjes (zie foto) is: La Corona Habana Winston Churchill en: TABACALERA CUBANA, S.A. Agramonte No. 106. De originele brief luidt: House of Commons 18th November, 1946 Dear Gerda, I am writing on behalf of Mr. Churchill to thank you for your letter. Mr. Churchill thanks you for your kind thoughts and has much pleasure in enclosing a cigar band as requested. Yours faithfully, Hon. Secretary Miss Gerda Kruijning, Dahliastraat 2, Huizen, N.H. Holland. BOEKWEIT, HET VOEDSEL VOOR DE GEWONE MAN Ria Spoelder-Boertjes Tot het eind van de negentiende eeuw wordt er op uitgebreide schaal boekweit geteeld in het Gooi. Verschillende gemeentenwapens getuigen daar van: Bussum en Hilversum dragen de boekweitkorrels nog in hun wapen. Vanaf de achttiende eeuw komen vele toeristen de prachtig bloeiende boekweitvelden bewonderen. De schrijver Jacob van Lennep vergelijkt de bloeiende velden met een "sneeuwtapeet" en Nicolaas Beets laat in zijn werk de zon schijnen over de welige akkers van rogge en boekweit. De schilders Mauve en Hart Nibbrig geven de velden in pracht en praal weer op hun schilderijen. De boekweitpxpdug!gu worden over het algemeen minder lyrisch bezien. Het diende als voedsel voor de allerarmsten en voor een grotere groep mensen ten tijde van schaarste en hoge tarwe- en roggeprijzen. Wat is boekweit? Botanisch gezien behoort boekweit niet tot de granen, maar tot de plantenfamilie van de Polygonaceae, de Duizendknoopfamilie, waartoe ook de rabarber en de zuring behoren. De chemische samenstelling echter vertoont veel overeenkomsten met de graankorrel, vooral met de haver. De naam geeft de associatie met graan ook aan: "boek" komt van "beuk" omdat het scherpe driekantige vruchtje op een beukenootje lijkt, en "weit" komt van het Engelse "wheat". De boekweitzaden bevatten net als de granen veel zetmeel en eiwitten. In tegenstelling tot de meeste granen bevatten de boekweitzaadjes geen gluten, zodat het minder geschikt is voor het bakken van brood. Gluten zorgen ervoor dat een brood luchtig wordt. Ondanks het feit dat boekweit niet geschikt is voor het bakken van brood werd het toch geprobeerd, omdat boekweit behoort tot de zogenaamde "onbelaste granen". Tot 1856 wordt gemaalbelasting geheven op tarwe en rogge. Om de minvermogenden te ontzien, vallen de goedkope granen buiten de belasting. De belasting wordt zo opgebracht door de tarweverbruikers, de beter gesitueerden. I Er zijn tot 1856 voorzorgsmaatregelen, controles en straffen om broodvervalsing, het mengen van tarwemeel of roggemeel met het goedkope boekweitmeel in brood, tegen te gaan. In een uit 1699 daterend reglement, waaraan de inwoners van het dorp Huizen zich moeten houden, wordt bepaald dat de controle van ijken en waren, waaronder de rijding en zetting van brood valt, tot de werkzaamheden van de brandmeester behoren. Daarmee is de brandmeester de voorloper van de controleur van de Keuringsdienst van Waren. Verder staat in het reglement: "Oock werden bij desen alle roggebrootbackers speciaal geinterdiceert en verbooden, onder 't roggebroot te backen eenigh weytte semelen offbockweyte correl op pene van vijfenveertigh stuyvers en arbitrale correctie". 2 In tijden van honger wordt wel toestemming verleend om brood van boekweit en gemalen bonen te bakken, het zogenaamde "armenbrood".3 De teelt van Boekweit Vanaf de vijftiende eeuw is er in Nederland sprake van boekweitteelt van enige betekenis. De daaropvolgende eeuwen volgt een sterke uitbreiding. In het Gooi wordt het grootste deel van de landbouwgrond met boekweit ingezaaid. Verdeling van de 2285 ha bebouwd land in het Gooi in 1870 (Dr. J.F. van Hengel, Geneeskundige Plaatsbeschrijving van het Gooiland, Hilversum/ 1875, p. 97): Aantal hectaren in 1870. 2de gewas. Vruchten: Rogge 646 Haver 8 Erwten 23 Boekweit 911 Aardappelen 691 Voedergewassen: Knollen Klaver 3 Serradella 1 Spurrie 2 Totaal aantal hectaren 2285 677 677 Boekweitplant, -bloem en -vrucht. Bron: De Geïllustreerde Winkler Prins, 2e druk, ± 1890. Meisje in bloeiend boekweitveld Boekweit is in sommige opzichten een gemakkelijk gewas. Het kan worden verbouwd op schrale zandgrond en heeft nauwelijks mest nodig. Boekweit wordt dan ook gezaaid op plaatsen waar het koren slecht of niet groeit. Omdat boekweit pas half mei wordt ingezaaid en het een groeicyclus heeft van ongeveer honderd dagen kan het worden ingezaaid op akkers waar de winter- en zomergranen mislukt zijn door late vorst of insectenvraat. Wel vergt het gewas een goede en diepe grondbewerking. "De beste mest voor de boekweit is het zweet van de paarden 1'. 4 Een nadeel is dat boekweit heel gevoelig is voor de weersgesteldheid. Eén nachtvorst of een flinke regenbui kan de gehele oogst doen mislukken. Er wordt wel gezegd dat "Die veel boekweit zaait, in de loterij speelt"5 of zoals de boeren in Huizen zeiden: "Boekweit is een gouden ring of een koperen halsband". 6 De wisselvalligheid van de opbrengst valt duidelijk af te lezen van onderstaande grafiek over de boekweitopbrengst in Huizen tussen 1850 en 1900. Bron: Gemeente-archiefHuizen. 1850 1855 1860 1865 1870 1875 1880 1885 1890 1895 Jaar Het tijdstip van oogsten is belangrijk. De korrels moeten deegrijp zijn en het narijpen gebeurt in het stro. Omdat de zaadjes snel losraken, gebeurt het maaien in de vroege ochtenddauw. Als de boekweit goed gedroogd is door de zon wordt het op het veld, op een zaadkleed, gedorst. Ten opzichte van andere granen is de opbrengst van boekweit niet bijzonder hoog. Tussen 1881 en 1890 is de opbrengst van wintergerst 40.1 hectoliter per hectare, van haver 38.4 hl per ha en van boekweit slechts 15.4 hl per ha.7 De consumptie van boekweit Boekweit is het voedingsmiddel voor de gewone man. Het is goedkoop en vooral tot 1856 aantrekkelijk, omdat het een onbelast product is. Het wordt gegeten als grutten, gekookt in water, melk of karnemelk, en als meel in pannenkoeken, poffertjes (broedertjes) en wafels. De boekweitproducten worden zowel 's morgens, 's middags als 's avonds gegeten en ook vaak meerdere keren per dag. -6- Boekweit en boekweitproducten worden als minderwaardig voedsel beschouwd. Poffertjes en wafels van boekweitmeel worden geassocieerd met de kermis, een volkse en vooral zondige gebeurtenis vol uitspattingen. Tegen deze uitspattingen ageren met name de hygiënisten. De bekende negentiende-eeuwse schrijver Kneppelhout schrijft in zijn verhaal "De Poffertjesbakster": " ..[dat] de poffer op de ladder van de gesuikerde wezens een der laagste sporten bekleedt. f.... ] De poffer is een gebak voor ruwe verhemelten. " 8 Een andere oorzaak van deze lage waardering is de associatie met varkens- en kippenvoer, waarvoor boekweit gebruikt wordt. Volgens Dr. J.F. van Hengel, arts in het Gooi van 1838-1876, worden in het Gooi jonge hennen gevoed met boekweitgort en het varken van de ambachtsman krijgt boekweitmeel en kriel. Voor de boekweit is vaak geen geld, maar daarvoor worden de hammen van het varken alvast verpand. Bijna altijd vallen de kosten van de boekweit en de opbrengst van de hammen tegen elkaar weg. De rest van het varken blijft eigendom van de ambachtsman. 9 Over de voedingswaarde van boekweit zijn de meningen van de medici verdeeld. Chomel schrijft in 1779 in zijn Algemeen Huishoudelijk Woordenboek dat boekweit een bedrieglijk voedsel is omdat het vult, maar men weer snel honger heeft. 10 Een andere medicus ll noemt karnemelk, gekookt met meelsoorten, boekweit of met aardappelen gemengd, of voor de meer gegoede met rijst en gepelde gerst, een gezond voedsel. Dr. van Hengel vindt de pannenkoek, die tot oververzadiging toe wordt gegeten als de arme een aalmoes heeft gekregen, een gebrekkig voedsel. Voor het gekregen geld had hij beter vlees en aardappelen kunnen kopen voor een vitaminenrijkere en gezondere maaltijd. Boekweitpap, als vervanger voor borstvoeding, veroordeelt hij ook. Volgens hem is de eenzijdige en slechte voeding mede de oorzaak van de hoge kindersterfte en slechte gezondheidstoestand in Hilversum. 12 Afname boekweitteelt en consumptie Vanaf 1885 nemen de boekweitteelt en de consumptie sterk af. Als een van de oorzaken van de afname van de teelt kan worden genoemd de opkomst en de toepassing van kunstmest. Aardappelen en rogge reageren door de in de negentiende eeuw toegepaste plantenveredeling goed op kunstmest en de opbrengsten worden hoger en stabieler, zodat de grote fluctuaties in de oogstopbrengsten verdwijnen. Boekweit, dat altijd op schrale, arme grond zonder mest wordt gezaaid, is niet veredeld en kan daardoor niet tegen de hoge nutriëntengiften. Nu men genoeg mest heeft voor de gewassen die een stabiele opbrengst leveren, is de verbouwing van boekweit niet meer nodig. De boekweitteelt met een sterk fluctuerende opbrengst verdwijnt dan ook. Oorzaken voor de afname van de boekweitconsumptie zijn de daling van de prijzen van de andere granen en de stijging van het reële loon van de arbeiders. Men kan nu kiezen voor tarwebrood en vlees en laat de grauwe brij en pannenkoeken staan. Ook voor veevoeder heeft men betere alternatieven. Waarom zouden de boeren investeren in boekweit met een wisselvallige opbrengst als andere granen en maïs ook voorradig en betaalbaar zijn? Boekweit is een vervangingsmiddel, een redmiddel geweest, maar na de jaren negentig van de negentiende eeuw heeft men boekweit niet meer nodig. De bloeiende boekweitvelden sieren niet langer het Gooi. Referenties l. "De Economist", Amsterdam/1856 p. 1 14 2. Gemeente-archief Huizen 3. R. Kistenmaker en C. van Lakerveld, "Boord, aardappels en patat", Amsterdam/1983, p. 34 4. Ir. A.H. Crijns e.a., "Het gemengde landbouwbedrijf op de zandgronden in Noord-Brabant 1800-1885", Tilburg/ 1987, p. 201 5. W.J.D. van Iteron, "Schets van Landhuishouding der Meijerij", 's-Hertogenbosch/1868, p. 125 6. Dr. A.C.J. de Vrankrijker, "Naerdincklant", Den Haag/ 1947, p. 91 7. Directie van Landbouw, 's-Gravenhage/1914. "De Nederlandsche landbouw in het tijdvak 1813-1913" 8. J. Kneppelhout, "De Poffertjesbakster", in: "De Nederlanden", 's-Gravenhage/1841, p. 174 9. Dr. J.F. van Hengel, "Geneeskundige Plaatsbeschrijving van het Gooiland", Hilversum/ 1875, p. 229 10. N. Chomel,"A/gemeen Huishoudelijk Woordenboek", 1779 II. W.J. Büchner, "Bijdragen tot de Geneeskundige Topographie en Statistiek van Gouda", 1842, p. 37 12. Dr. J.F. van Hengel, "Geneeskundige Plaatsbeschrijving van het Gooiland", Hilversum/ 1875, p. 225 nr. 2, DE HUIZER HAVEN Begin juni 1998 komt het boekje De Huizer Haven uit, ter gelegenheid van het vernieuwen van de westelijke havenkant van de oude haven uitgegeven door de Historische Kring Huizen (zie ook blz. 1). In dit verband is het aardig te memoreren dat vanaf het begin in de dertiger jaren van de vorige eeuw vanuit ons dorp zelf zeer actief geijverd is voor deze zaak. En in 1851 liet een aantal vissers zelfs notarieel vastleggen dat zij v66r 1856 een haven verwezenlijkt wilden zien. De tekst van deze acte vindt u op de volgende pagina's. Zoals bekend, is inderdaad op 7 oktober 1854 de haven van Huizen in gebruik genomen. Met dank aan P. Wiersma, Wendy van Noppen 1851 No. 41 Procuratie Voor Cornelis Petrus de Roeper notaris resideerende te Naarden, Arrondissement Amsterdam provincie Noord Holland in tegenwoordigheid der na te noemen getuigen zijn verschenen: Gerrit Jan Vos Hendrik Antoniezoon Gooyer Gijsbert Klaaszoon Kos Willem Koeman Dirk Hogenbirk de Jonge Hendrik Hogenbirk Jan Lambertzoon Bout Lambert Bakker Hendrik Maaszoon Zeeman Willem Gerritzoon van As Cornelis Tijmenszoon Visser Pieter Vlaanderen Harmen Gijsbertzoon Schaap Jan Dirkzoon Smit Cornelis Lambertzoon Bout Cornelis Harmenszoon Heijnen Marten Jacobszoon Schaap Willem Jacobszoon Schaap Dirk Dirkszoon Smit Jacob Harmenszoon Schaap Harmen Jacobszoon Westland Harmen Maaszoon Zeeman Jan Hendrikszoon Visser Cornelis Janszoon de Graaf Lambert Gijsbertzoon Honing Hendrik Aartszoon Baas Elbert Janszoon Molenaar Pieter Aartszoon Veerman Lambert Janszoon Molenaar Teunis Janszoon Molenaar Jacob Wijgertszoon van As Jan Janszoon Visser Pieter Lammertszoon Schaap Jacob Aaltszoon Kos Krijn van Amstel (voor vervolg zie blz. 1 1) nr. 2 . 2 nr. 2 jum nr. 2, juni -11Lambert Hendrikszoon Kos Dirk Hendrikszoon Kos Pieter Lambertszoon Westland Lammert Lambertszoon Westland Klaas Pieterszoon Vlaanderen Jacob Pieterszoon Vlaanderen Dirk Hendrikszoon Visser Hendrik Hendrikszoon Visser Wijgert Aartszoon Vlaanderen Jacob Janszoon van As Joost Lambertszoon Westland Joost Jacobszoon Westland Willem Gerritszoon Schaap; en Dirk Hendrikszoon Visser de oude, alle visschers, en visscherij exercerende wonende alle in de Gemeente Huizen En en verklaarden zij comparanten bij deze te construeren en magtig te maken Jan van Amstel de oude, Tijmen Visser, Aart Jacobszoon Baas, alle visschers, Hendrik Magrijn meester broodbakker, alle wonende te Huizen, en Gemit Hartog, tuinbaas, wonende op de Hofstede Larenberg onder Laaren, specialijk om der comparanten personen te vertegenwoordigen en hunne belangen waar te nemen te bevorderen en uittevoeren tot het verla-ijgen, en tot stand brengen van eene Haven te Huizen, ten dien einde aller verzoekschriften bij de daarbij betrokkene autoriteiten, en collegien in te dienen, en te ondersteunen, alle toelichtingen te geven, zaakkundigen tot het doen van opnemingen en het fornieren van plannen ter voorschreve zake aan te stellen en weder te ontslaan, aanbiedingen te doen, en omtrent het daarstellen der fondsen het verwezentlijken van het voorgenomen plan, met de bevoegde magten in overleg te treden, de ten behoeve van den aanleg van gemelde Haven toegezegde gelden van de begunstigers te ontvangen en daarvoor te kwiteeren, onder verpligting op verband om bij aldien gemelde Haven op den Eersten Mei Achttien Honderd Zes en Vijftig niet mogt zijn tot stand gebragt weder aan hun of hunne regtverla•ijgenden terug te geven, inmiddels die gelden te beleggen op eene zekere wijze zoodanig dat het kapitaal noch geheel noch ten deele kan verloren gaan de terzaken voorschreven vereischte acten en stukken te teekenen en te verlijden domicilie te kiezen; en voorts ter zaken voorschreven generalijk alles verder en meerder te doen en te verrigten wat nodig zijn, en vereischt worden mogt, en de comparanten zelven tegenwoordig zijnde zouden kiesen en, mogen, en moeten doen alles met de magt van substitutie onder belofte van goedkeuring en bekrachtiging, als volgens de wet. Zijnde alle de in deze acte verschene personen mij Notaris bekend. Waarvan acte. Aldus verleden te Huizen, ten woonhuize van Gerrit Jan Vos numero honderd een en zestig, den twee en twintigsten Februarij des jaars Achttien honderd Een en vijftig des avonds in tegenwoordigheid van Hendrik Oostveen schoenmaker en Theodorus Hilarium Koopmanschap winkelbediende, beide wonende te Naarden, de Eerste in de Sluisgracht numero vierhonderd zes en zeventig, en de andere in de Voorstraat numero driehonderd drie, als getuigen beide mij notaris bekend welken de minute dezer onmiddelijk na gedane voorlezing nevens de verschene personen in deze acte genoemd en mij notaris hebben ondertekend; met uitzondering echter van Hendrik Antoniezoon Gooyer, Jan Lammertszoon Bout, Willem Gerritszoon van As, Harmen Gijsbertszoon Schaap, Cornelis Lambertszoon Bout, Harmen Maaszoon Zeeman, Cornelis Janszoon de Graaf, Lambert Gijsbertszoon Honing, Albert Janszoon Molenaar, Pieter Aartszoon Veerman, Lambert Janszoon Molenaar, Pieter Lambertszoon Westland, Lammert Lambertszoon Westland, Jacob Pieterszoon Vlaanderen, Dirk Hendrikszoon Visser, Wijgert Aartszoon Vlaanderen, Joost Lambertszoon Westland en Dirk Hendrikszoon Visser de oude, welke alle verklaarden hunne namen niet te kunnen schrijven of teekenen, uit hoofde zij het niet hebben geleerd. Geregistreerd te Weesp op den vijfentwintigsten februarij 1800 een en vijftig, deel acht en veertig, folio honderd negentig verso vak zes honderd twee bladen geen renvooi. Ontvangen met de verhooging vier en vijftig gulden negen en een halve cent. 19e jaargang nr. 2, juni 1998