De Ratel Mei 1985

H U I Z E R K R I N G B E R I C H T E N 14e jaargang nr. 1 , februari 1993 Aan de leden, Allereerst wenst de Historische Kring Huizen alle leden en belangstellenden (alsnog) een voorspoedig 1993. Het zal, zo hopen wij, een jaar worden waarin de plannen, die in de afgelopen jaren geformuleerd zijn, uitgevoerd kunnen worden. Het jaar is, zoals u weet, vroeg begonnen met een activiteit: op zaterdag 16 januari j. 1. organiseerde de Stichting Klederdrachtcollectie Gerrie Otten samen met de Historische Kring in De Haven van Huizen een diashow gegeven door de heer J. F. Dudok van Heel, technisch terzijde gestaan door de heer H. Wal Ier. De titel 't Langs de Zuiderzee" sloeg op een wandeling in 1914 langs de rand van de toenmalige Zuiderzee door Jac.P. Thijsse beschreven in een Verkade—album; de bijbehorende illustraties van de kunstenaars L. W. R. Wenckebach, Jan Voerman Jr. en E. Koning waren verpakt bij beschuit en koek van de Verkadefabrieken en moesten worden ingeplakt. Ruim tien jaar geleden hebben de heer Dudok van Heel en zijn schoonvader, de heer J. Wal Ier, de tocht 'langs de Zuiderzee' opnieuw gedaan en met het Verkade—album in de hand getracht de lokaties van de illustraties te achterhalen en op dia te zetten. Op 16 januari werd het resultaat vertoond: naast elkaar kon men de geschilderde afbeelding vergelijken met de dia van de situatie aan het begin van de tachtiger jaren. De belangstelling voor deze show was z6 groot, dat de zaal al ruim voor het begin vol was en besloten moest worden tot een tweede voorstelling. Dank zij de welwillende medewerking van de heren Dudok van Heel en Wal Ier vond die later op dezelfde middag plaats. En ook bij de tweede vertoning was de zaal zeer goed bezet. Velen maakten van de nood een deugd door in het Klederdrachtmuseum de tentoonstelling van schaatsen en de klederdrachtcollectie te bekijken tijdens het wachten. De 'wandeling' aan de hand van de plaatjes en de toelichting daarbij, zowel van Jac. Thijsse als van de herhalingstocht bijna 70 jaar later, hielden de toehoorders ruim anderhalf uur geboeid. Zo had dit gezamenlijk initiatief een zeer geslaagde middag tot resultaat, waaraan ook in de plaatseli0ke en regionale pers veel aandacht is besteed ! Het is prettig om een nieuw jaar te kunnen beginnen met een activiteit die zoveel belangstelling ontmoet. Wij hopen dit jaar met goede activiteiten te kunnen vervolgen, zowel in onze eigen Kring als in samenwerking met andere organisaties. Wat dit laatste betreft bent u al op de hoogte gesteld van de excursie naar Thorn en Zoutleeuw op 5 juni 1993 georganiseerd door Tussen Vecht en Eem en van de voorbereidende lezing op 17 februari a.s. Verderop in dit blad vindt u nogmaals nadere informatie over hoe u zich hiervoor kunt opgeven. Graag tot ziens op onze avonden en andere activiteiten, Het Bestuur 1 , CURSUS "HEEFff<1JNDE" van het Kursusprojekt Huizen Op drie avonden in de maand november 1992 heeft mevrouw A. Kruijning- Teeuwissen 25 cursisten van de cursus "Heemkunde" van het Kursusprojekt Huizen meegenomen "Huizen in" , figuurlijk en letterlijk. Het was de eerste keer dat geprobeerd werd voor volwassenen een stukje geschiedenis van Huizen vorm te geven (voor kinderen gebeurt dat op diverse scholen al langer) en dat dit niet alleen voorziet in een behoefte maar ook goed gelukt is moge blijken uit de navolgende citaten uit een bedankbrief van twee cursisten, die wij mochten overnemen. Overigens was het ook voor de docente een bijzondere en leerzame ervaring, die ook voor het werk van de Kring belangrijk is . "Wat doet men om zijn/haar woonplaats beter te Ieren kennen? Natuurlijk, eens rondrijden, "kris -kras " -wandeling door het oude gedeelte, langs karakteristieke gebouwen of andere voortbrengsels uit het verleden. Resultaat? Men kent het stratenpatroon, men weet enkele karakteristieke gebouwen terug te vinden én men beseft dat de kennis van het verleden ontbreekt zodat het heden minder " spreekt" . Wat moet men doen om zijn/haar woonplaats beter te Ieren kennen? Het antwoord is eenvoudig: "een cursus heemkunde volgen! " Toen de Stichting Sociaal Cultureel Werk "De Meent" , in het kader van het " Cursusprojekt Huizen" bekend maakte dat er een cursus heemkunde gegeven zou worden, hebben wij ons terstond aangemeld. Na zo 'hier en daar' eens ge informeerd te hebben verwachtten wij in de cursus een opsomming van historische feiten, de betekenis van bepaalde gebouwen en toelichting op de klederdracht en volksgebruiken in het dorp Huizen. Het is allemaal anders gekomen. Oh, zeker, de bovengenoemde zaken kwamen natuurlijk uitgebreid aan de orde. Maar wat we niet hadden verwacht, gebeurde. We werden in drie avonden Huizers gemaakt ! Met enthousiasme en grondige kennis van zaken heeft mevrouw A. Krui jningTeeuwissen, mede aan de hand van dia's en foto's, ons op voortreffelijke wijze ingeleid in de heemkunde (kennis van volk en bodem van de streek en de woonplaats) van 't Gooi en in het bijzonder het dorp Huizen. Met grote openhartigheid vertelde zij over het leven van vroeger en nu, van de rol die het geloof en de kerk in dat leven speelde, van de boeren, vissers , kooplui en hard werkende vrouwen, het leven van de kinderen, het karakter van het Hui zer volk en de nabuurschap met Blaricum en Naarden. Maar dat was nog niet alles. Ook het Hui zer dialect krijgt aandacht, zowel in woord en schrift (waaronder eigen gedichten) , in de benaming van voorwerpen, van (helaas later omgedoopte) straten en stegen, bijnamen voor inwoners, enz . Natuurlijk ontbrak de woelige geschiedenis van de erfgooiers niet. Weinigen weten dat in 1979, bij de opheffing van de Vereniging Stad en Lande van Gooiland (de vereniging van deel gerechtigde erfgooiers) , de Hui zer erfgooiers de grootste groep vormden (1774 leden; dat is ruim 35% van het totale aantal leden) . 1, Achteraf vragen wij ons af hoe het mevrouw Kruijning is gelukt dat alles in drie (u leest het goed: drie! ) avonden aan ons over te dragen. "Bezieling" is hierbij, dunkt ons, het trefwoord. Later verzorgde zij nog een rondleiding van anderhalf uur door het oude dorp en een rondleiding in de Oude Kerk. Daarbij konden we met eigen ogen de gebouwen, stegen en doorgangen 'naar zee' en andere historische plekjes aanschouwen. Opzienbarend is het interieur en de geschiedenis van de Oude Kerk als centraal gebedshuis in goede en slechte tijden. Tenslotte verzorgde mevrouw Kruijning een bezoek aan het gemeentehuis alwaar het gemeente -archief (waarin oude documenten en voorwerpen konden worden bekeken) , de panelen van Eppo Doeve (waarop de geschiedenis van 't Gooi en de erfgooiers is afgebeeld) en attributen van Hui zer klederdracht, familiestukken e . d. konden worden bezichtigd . Wij voelen dat HET dorp nu ONS dorp is geworden! We hopen dat vele oude en nieuwe inwoners van Huizen de weg zullen weten te vinden naar deze cursus Heemkunde. Het is een uitstekende mogelijkheid je snel THUIS te voelen in ons dorp, het verschaft voeling met de grond waarop je dagelijks loopt of rijdt. " Twee dankbare deelnemers . 26 januari 1993 VERSJE Dat hoor je teugenwoordig gien meer Tollen hoep' len — hinkel hokken Langkie verov 'ren Je aigen verstoppen A1 die spelletjies houwden zij van As een keind mar speûlen kan. Verschiet je speûlen touwetje springen Urmeren en batsen Eên versie zingen Pierewieten en zoô meer Dat hoor je teugenwoordig gien meer. Aartje Kruijning (Eigen spelling van de auteur. ) l, UIT OUDE ARCHIEVEN Bij het zoeken naar gegevens in een oud archief van Gooiland vond ik het hierbij gevoegde stuk, een zogenaamde keur (verordening) uit 1782 , uitgevaardigd door de gemeente Huizen. Hieruit blijkt dat er toen ook al problemen waren met het verstrekken van uitkeringen e . d. Het betreft hier de zgn. potarmen, dit waren mensen die uit de "pot" van de gemeente werden bedeeld. Men kwam, zoals uit dit stuk blijkt, kennelijk in moeilijkheden door de toename van het aantal bedeelden, mensen die niet tevreden waren met hun uitkering en personen die probeerden misbruik te maken van de bedél ing De bestuurders en armmeesters kwamen toen op het idee om de bedeelden te verplichten om, goed zichtbaar, een gele A op de linkerarm te dragen. Of dit heeft bijgedragen tot de oplossing van de problemen is nog maar de vraag. Het één en ander is vastgelegd in het bijgaande stuk, waarvan hieronder een transcriptie volgt. P. Wiersma, lid Werkgroep Genealogie Schout, Buurmeesteren, Scheepenen en Raaden des Dorps Huijsen als gevoegt bij Armmeesteren deezes Dorps, van tijd tot tijd ondervindende, dat de bedeel ing omtrend de Potarmen binnen deezen Dorpe zoodanig toeneemen en dat de schaamte schoon zoodanige persoonen wel in staat zouden zijn hunnen kost te kunnen winnen, van hun geweeken is, dat dezelve de Armmeesteren allerhande brutale bejeegeningen en laster, indien dezelver na haar verkiezing niet genoeg bedeeld werden, komen toe te voegen. Zoo is 't, dat Hun Achtb(aren) gevoegd bij voorn(oemde) Armmeesteren hebben goedgevonden en geordonneert, dat van nu voortaan alle persoonen welke door de Armmeesteren zullen bedeeld werden niemand uijtgezonderd, zal moeten hebben een teeken op de kleeding van de linker arm, van een geel e A, ten blijk of teeken dat dezelven van de pot werden gealimenteerd, welks grootte van 't teeken en waar hetzelve zal moeten geplaatst worden, door Armmeesteren zal gegeeven en aangetoond werden. En wanneer het mogt gebeuren, dat zoodanige Persoonen 't voornoemde teken weigerden te dragen, of dat dezelve van die van den Gerechte of van Armmeesteren bevonden wierden 't zelve te verbergen, zoo zullen der geenen waar bij 't zelve niet gevonden werd, telken reijse een week haar bedeel ing moeten missen, en die door Armmeesteren werden ingehouden, of tot tijd en wijlen dat dezelven aan de voorn(oemde) orders voldoen. En opdat niemand hier van ignorantie preetendeere , zal deezen gepubliceert en geaffigeert werden ter plaatse van gewoonte . Gedaan in Huijsen den 22 Februari j 1782 . In kennisse van mij w.g. J.H. Thierens, Secretaris. 1, Onder nul over het Gooimeer Dit artikel bevat geen wetenschappel ijke verhandel ing over de geschiedenis ter plaatse. Beschouw het als een uitnodiging. Misschien beleven we binnenkort weer een ouderwetse ijswinter. Wie niet bang is voor rust en stilte moet dan besl ist eens gaan wandelen of schaatsen op het Gooimeer. Verken de oude kustl ijn eens vanaf de waterkant. Beter dan via een wandel inq op het vasteland onmogelijk trouwens vanwege het ontbreken van een doorgaand wandelpad en de ontoegankel ijkheid van vele t errei nen -- ervaar je de natuurl ijke schoonheid van een karakteristieke kuststrook in onze woonplaats. Verslag van een schaatstocht, met, vanzel fsprekend, een cul tuur—historisch tintje. Een sfeerproever vooral , voor de 1 iefhebber. Al leen door de nevel Een dag in Februari 1991 . s Morgens vroeg. Tien graden onder nul . Een grauwe nevelsluier hangt boven het stijf bevroren Gooimeer. In de dorre, verki Ide rietkraag be— noorden Ronduit bind ik de smalle ijzers onder. De eerste streken gaan nog wat onwennig. Het is vier jaar geleden dat op natuurijs kon worden ge— schaatst. Voorbij de eerste riet pol krijg ik de vertrouwde slag te pakken. Een ongekend mooie, spiege 1 gladde vlakte strekt zich voor me u lt . De uitzonderlijke kwaliteit van de ijsvloer is te danken aan de De rietkraag bij Ronduit, start— strenge vorst en het en eindpunt voor een sfeervol Ie windstille weer van de afgelopen week. Dat was in tocht over het Gooimeer. vorige ijswinters anders. In de regel houdt een harde oosten— wind het bevriezende water in beweging waardoor schol ijs, wasbord ijs of, zoals kenners zeggen, werk ijs ontstaat. Ak doe de handen op de rug, kruip in de 'diepe zit ' en glij in een rustig tempo richting de Grote Pol , de landtong bij Valkeveen. Door de nevelflarden zie ik rechts de Zanddijk. Nog in de jaren vijftig waren hier restanten oeverstrand met prachtig wit zand te zien. Binnen de tamelijk hoog gelegen Zanddijk is na de afsluiting van de Zuiderzee in 1932 de ontzilting minder snel gegaan. Een brede met riet gestoffeerde ver landingszone heeft geleidelijk alle sporen uitgewist. Intussen verwonder ik me over de eenzaamheid op de mistige vlakte, in de onmiddel— lijke nabi jheid van een tamelijk dichtbevolkte streek. Geen stervel ing te bekennen, geen dier, zelfs geen vogel die over— vliegt. Ik ben de enige liefhebber. Oud Valkeveen, weerspiegeld in de gladde ijsvloer. Langs de onvindbare putten Voorbij de Grote Pol waait een lichte bries me tegemoet. Ik kruis de Plaat, een brede naar het noorden in een punt toe— lopende zandplaat vlak voor het mi ri l —strandje van Oud Valke— veen. Door cle bijna op cle bodem rustende , doorzichtige ijsvloer herken ik de ribbel i ge, heldere zandgrond. Ginds komt de volgende landtong in zicht. Het is het lage dl jk_oe rond het paarden land van Geersen, het enige perceel particul i ere landaanwinmng langs de Gooi se kust. Als ik het kniehoge cll jk_oe nader, vl 1 egt , opgeschrikt door het gekras van mijn schaatsen, een kraai op u lt de donkere booms ingel om elders neer te strijken. Het eerste teken van leven in een verstild landschap. Waar het dljk_ie een haakse bocht maakt en in de oude st.rand— oever verdwijnt duikt een nieuw rietveld op tegen een decor van gri I l ig gevormde brul n—zwarte bomen. Dit is de omgeving van de Wijde Hl 1 ck, een in de jaren vijftig verdwenen uit— spanning. Landinwaarts I igt, weggestopt onder een boomgroep, een heuveltje . Het is de Vi jverberg, de eerste verheffing van enige betekenis in het licht golvende landschap langs de Gooi se noordf I ank. Verder glijdend langs de flauw buigende kustlijn kom ik langs de plaats waar eerder deze eeuw de middeleeuwse, houten water— putten van Oud Naarden werden ontdekt . Met veel moeite wist men enkele vondsten uit de drabbige diepte naar boven te halen: fragmenten van Jacobakannetjes, enkele beenderen en sterk verweerde eeuwenoude glasscherven met een prachtige pare Irnoerachtige glans. Ik rij wat langzamer en probeer de dikke rietzoom binnen te dringen. Krakend kwalster ijs maakt dit onmogel ijk. Snel keer ik terug naar de vaste vloer. Ik maak me overigens weinig i l lusjes om nog iets van de putten terug te vinden. De waterstand is sinds de aanleg van zuide— l ijk Flevoland zo hoog geworden en de rietvegetatie zo wee I— derig, dat deze rel ikwieën wel voor eeuwig voor ons verborgen zul len blijven. 1 , Onder nul langs de boorden van het Gooimeer, een wondermooie ervari ng Over de verdwenen stad Achter manshoge rietstengels 1 ets verderop verheft zich het Dikke Bos van het landgoed Oud Naarden wat wazig uit de nevel . Ervoor staat de stelle met geel , dor ruigt beklede klif kust. Pal daarachter de flauw stijgende, rechthoekige uitsparing, de Driest, tegen een rand van statige, oude beukenstammen. Door zijn hoge ligging was het Dikke Bos op zee van verre z 1 cht— baar. Voor de v 1 ssers op de Zuiderzee was het dan ook eeuwen— lang het belangri jkste landmerk op de Zuidwal Vlak voor de catamaranhaven van de uitspanning Oud Naarden wijk lk uit naar 1 1 nks. Traditiegetrouw is het ijs hier niet betrouwbaar. Kwe I water is de oorzaak. Verdri nkkingsgevaar IS echter uitgesloten, want tot ver uit de kust is het ondiep. Maar met natte voeten schaatst niet prettig. Waar ik nu schaats liggen onder het ijs, verzonken in de oude zeebodem honderden kloostermoppen, doodsbeenderen en verdere overblijfselen van een stad die gedurende vier eeuwen op deze plaats heeft gestaan en een zekere bloeiperiode heeft meege— maakt. In het voorjaar van 1350 hebben de Hoeken, aangevoerd door hun Ie Iders Dirk van Brederode en Filips van Wassenaer, het Kabel jauwse nest Naerden grondig verwoest. De achterge— bleven ruïnes zijn in latere eeuwen langzaam maar zekers onder het zand van de Zuiderzee verdwenen. Toch heeft Lambert Rijksz Lustxgh, een geschiedschri jvende schepen uit Huizen, in 1719 nog waardevolle ontdekkingen gedaan. Bij sterk aflandige w 1 nd bezocht hij de omgeving en vond hij 'steenstraeten, omgeslaa— gen boomen, raere grontwercken alsmede een 'gegoeten metaal en kerckrooster Over het Zeepad Voorbij Oud Naarden profileert de klif kust zich nog duide— lijker. De bladerloze bomen op de hoge rand steken zich diep— zwart af tegen de bleke hemel . Daar waar de bomen 1 ets uiteenwijken staat de Aal — berg, vanaf het water gezien een markante bult op deze lange kustlijn. Links van de Aal berg staan de bomen dicht bijelkaar. Dat is het Magdalenabos . Nu op deze stille winter— dag straalt het iets melanchol ieks uit. Dan houdt het bos abrupt op . Het gaat over in de vlakke Wol fskamer. Eerti jds was dit gebied licht heuvel end, maar voor de dagrecreatie zijn oneffenheden gladge— streken. Al leen achteraan is een vrij steile, sterk begroeide heuvel overge— bleven. Het is de Kleine Jan, zoals oude inwoners van Huizen zeggen, want inmiddels schaats ik op De Aal berg, beeldbepalend element ijsgebied van onze buur— op de Gooi se noordflank bij gemeente, Ik rij zelfs wi nterdag . over een uniek histoisch plekje. In de vorige eeuw liep ongeveer hier vanaf het strand het 'Zeepad' een halve ki lometer de Zuiderzee in. Met paard en wagen werden daarover haring , bot en ansjovis vanuit op de rede I iggende botters naar het dorp gebracht. Een niet gemakkelijke en soms gevaarl ijke klus. Door de woel i ge Zuiderzee werd het pad voortdurend ondermi jnd en bij stormweer was het onberi jd— baar. Niet zelden geraakten de karren uit het spoor en moesten ze met man en paard naar het strand worden teruggesleept. Na de aanleg van de Hui zer haven in 1854 werd het zeepad over— bodig. Voorbije glorie. Naar de Pier Voorbij de Kleine Pol wordt een iele donkere streep aan de gri jze horizon zichtbaar. Het is de havendam van Huizen, in de volksmond de Pier genaamd. Ongeveer halverwege wijk ik wederom naar links uit . De rioolwaterzuiveringsinstal latie van Huizen houdt een groot wak in stand. Het is een toevluchtsoord voor honderden overwinterende vogels die zich in het lauwe water kennelijk t hu 1 s voelen en in de modderige bodem naar voedsel zoeken . Ik nader de Pier. De hoge, ijzeren lichtopstand die op het havenhoofd heeft gestaan en zijn geleidel icht voor de vissers— vloot tiental len jaren heeft uitgestraald is helaas sinds kort vervangen door een modern, groen—wit gestreept veel kleiner model , dat voldoende zal zijn voor de watersport . Dat moet vroeger een machtig gezicht geweest zijn, die vrij— dagsavonds de haven binnenzei lende botters. Tegen 1900 be— reikte de visserij in Huizen haar grootste bloei . Er waren toen 140 botters geregistreerd, de meeste van het Zuidwaltype en op Hui zer werven gebouwd. Met de dreigende afsluiting van de Zuiderzee ging het daarna ras bergafwaarts. In 1956 ver— dween met schipper Westland de laatste Hui zer botter van het 1, toneel en werd een belangrijk stukje historie in de regio afgesloten. Terug over de Ki I Het Gooimeer De Pier Hec Gooier HardDe Kleine Jan De Kleine Pol De Wolfskamer Het Zeepad . Het Magdaleenbos De Aalberg •}Oud Naarden De Zanddiik Fort Ronduit Het Havenland De Pier is mijn keerpunt. Met de wind nu in de rug glij ik met lange halen moeiteloos westwaarts. Ter afwissel ing schaats ik ditmaal een eind verder uit de kust. De donkere contouren van het vpteland steken zich nu nog scherper af tegen de bleke winterhemel . Een prachtig spel van licht en schaduw. Alsof een knipsel kunstenaar bezig is geweest de horizon te verfraaien. De grond onder de ijsvloer tussen de Pier en Oud Naarden werd door de vissers van de Zuidwal het Gooier Hard genoemd. Ver weg op het Gooimeer, richting Almere Haven, misschien wel bij de vaargeul , hoor ik meeuwengekrijs . Daar moet een wak zijn. Vei l igheids— halve ga ik hier dichter aan de kust ri jden. Door de wat aanwakkerende wind krijg ik een flinke vaart. Veel vlugger dan op de heenweg passeer ik opnieuw Oud Naarden. H 1 er voorbij gl ij ik on— gemerkt over de Kil , een diepe geul in de slappere grond tegen— over het Dikke Bos. Namen als Gooi er Hard, de Kil en de Plaat zul je op gewone kaarten niet aantreffen. Ze werden mondel ing ge— bezigd door de vissers die hiermee gunstige of ongunstige vangst — gebieden aanduidden. Ver van de kust ter hoogte van Va Ikeveen is duidelijk te zien dat Naarden aan een inham I igt. Op oude zeekaarten wordt deze aangegeven als de Bocht van Naarden. Vissers spraken ook van het Naarder Hop. Behalve Hoorn en Lern— mer had ook Naarden dus een hop in de vroegere Zuiderzee . 'Waarvan is die toren. . . Voorbij de Grote Pol komt de stoere toren van Naarden vanachter donkere bomen omhoog ri jzen. An— dermaal een belangrijk wa Imerk sinds eeuwen voor velen die op de Zuiderzee verbleven, zoals hieron— der wordt verteld. Plotse lÂng wordt de serene rust verstoord door een doffe knal . Het geluid komt van de verre, vandaag onzichtbare overkant. Het geluid verplaatst zich met raketsnelheid over en on— der het gehele Gooimeer. Later op de dag zul len deze knallen zich met re— ge Imatige tussenpozen her— halen. IJs I werkt l , altijd en overal . Toen het Gooi— meer nog Zuiderzee heette, was de ijsgang berucht. De gewone visserij lag in Silhouet van Naarden, gezien vanaf de verlaten ijsvlakte van het Gooimeer strenge winters stil . Om toch in hun schamele onderhoud te voorzien gingen de vissers botkloppen, een manier van vissen waarbij netten in bijten, gehakte openingen in het ijs, werden gehangen. Met de botklopper, een houten balk waarmee men op het ijs dreunde, werd de vis, bot of spiering, in zijn winter— slaap gestoord en in de netten gelokt. Met een houten slee trokken de vissers de Zuiderzee op. Meestal bleven ze dicht onder de kust . Toch was bot kloppen soms gevaarl ijk. Het ijs kon scheuren en uiteendrijven. Dat ondervonden Klaas Bord ing en zijn twee zoons uit Durgerdam in 1849. Toen zij 's avonds in donker met een behoorlijke vangst naar huis wi Iden terug— keren, bleek dat onmogelijk. Ze bevonden zich op een ijsschots die van de kust afdreef . Pas veertien dagen later werden zij na een barre omzwerving over de gehele Zuiderzee bij Vol len— hove gered. Zij hielden zich in leven met rauwe vis en regen— water. Hun afgrijselijke lotgeval len en de droevige afloop staan opgetekend in het boek 'Veertien dagen op een ijschots l van Abrarnsz dat antiquarisch nog wel verkri jgbaar is . Miep Dorresteijn herschreef het verhaal voor kinderen. Het is voor— handen in de bibl iotheek. 'Vader, waarvan is die toren daar? ) vroeg een van de zoons op 15 januari . Van Naarden, mijn jongen antwoordde Klaas, 'maar wij zul len er nooit kunnen komen Bijna honderdvijftig jaar later schaats ik over de plek des onheils. De Stenen Rots is niet meer Heerlijk in cadans voortgl ijdend over deze schitterende bevroren watervlakte nader ik de baai links van Ronduit die vroeger de Koeienzee werd genoemd. De naam is ontstaan door het rundvee dat in extreem warme zomers vanuit het Haven land over de lage kade de hl er ondiepe Zuiderzee inl iep om ver— koeling te zoeken. Sinds de aanleg van de snelweg 'om de De Stenen Rots in de jaren zestig. Tekening: T. Wilhelm. noord' in de beginjaren zeventig is ook dit stukje folklore verloren gegaan. De naam Koeienzee wordt overigens door de wat oudere jongeren in Naarden tot op heden nog gebruikt . De donkere bomen achter het gele r 1 etveld ginds staan op het opgespoten land van het Naarderbos . Zij markeren de plaats waar ooit de middeleeuwse zeehaven van Naarden heeft gelegen. Tot aan de bouw van de snelweg, was het mogelijk om vanuit de vesting tot bij de restanten te komen. Vanaf Fort Ronduit leidde een moeilijk begaanbaar smal spoor langs een half in het zand verzonken betong1001ing naar een flauwe bocht in de kust waarlangs wat iele boompjes de harde wind trotseerden, Aan het eind stuitte het spoor op een rij met puin gevulde betonnen blokken van ongeveer een meter breed en hoog. Het bovendek zat vol gaten en kieren. Wie behendig was kon erover lopen of fietsen. Deze vierkantige blokken dienden om de zwakste stee in de buitendijkse maat landen bewesten Naarden te beschermen tegen de geduchte winterstormen van de Zuiderzee . Ze werden vermoedelijk in het begin van deze eeuw geplaatst . Wij schoolkinderen noemden de plek de Stenen Rots. Op deze enigszins uitstekende punt had je bij helder weer een fraai vergezicht over de wijde watervlakte en langs de kustlijn tussen Muiderberg en Huizen. Niet zelden zag je dicht onder de kust IJsselmeervissers aan het werk. De bekende korte golfslag van het grote binnenwater was hier duidelijk te zien en te horen. Het was een heerlijk intiem plekje, waar bijna nooit iemand kwam. Het betonblokkenpad was ongeveer vijftig meter lang. Waar de zeewering ophield strekte zich een circa drie meter breed zandstrand langs een steile zandige oeverwand in westelijke richting uit. Deze ongeveer drie meter hoge wal I e— kant had geen extra bescherming nodig. Bij windeb, als het water door harde zuidenwind over het onbelemmerde IJsselmeer ver naar het noorden werd opgestuwd, kwamen voor de Stenen Rots de restanten van de Naarder haven bloot te liggen : zware, diep in het zand gedreven, nog redelijk gaaf uitziende balken, die in enkele rijen paral lel aan elkaar en vrijwel loodrecht vanuit de kust circa honderd meter de zee ingingen. Tijdens de aanleg van het Naarderbos werd deze historische plek zonder pardon onder een meters hoge zandheuvel bedolven en voor goed aan het oog onttrokken. Lichtel ijk door weemoed bevangen schaats ik er snel aan voorbij . Een nieuwe kust Langs de eentonige bazaltglooiing van het Naarderbos vervolg ik mijn tocht. Het water front tussen Ronduit en Muiderberg heeft sinds de jaren zestig een vol ledige metamorfose onder— gaan. Het voormal i ge strand verdween onder metersdik opge— spoten zand voor de nieuwe infrastructuur of in het water van een recreatieplas en een jachthaven. Met groot materieel werd 300 meter verder het IJsse Imeer in een nieuwe kust aan— gelegd. Ik breng een bl iksembezoek aan de binnenwateren van het Naarderbos. Maar de omgeving boeit me niet bijzonder. Ik vind het te nieuw, te onnatuurlijk. Liever keer ik terug naar de aparte charme van het Gooimeer. Maar goed dat er een 15 cm dikke ijsvloer ligt . In dit gedeelte van het Gooimeer, ruwweg tussen Ronduit en de Hol landse Brug, werd in de jaren zestig en zeventig vlak voor de kust op verschillende plaatsen zand gezogen. Het werd gebruikt voor de aanleg van de snelweg, het Naarder bos en het kunstmatige eiland de Schelp. Er zijn zand— w 1 nputten tot 30 meter cl 1 epte . in een voormal ige zeebodem die tot een ki lometer uit de kust eeuwenlang nergens dieper lag dan hooguit anderhalve meter onder de waterspiegel . Afscheid van een uniek gebied Ginds doemt het silhouet van de Hol landse Brug op. Tot daar ga lk en niet verder. Die dag rij ik hetzelfde traject nog enkele keren, telkens diep onder de indruk van de intense sti Ite die zach op deze verlaten vlakte overbiddelijk aan je opdringt. Rond het middaguur blaast de wind de laatste nevel resten weg en komt de zon tevoorschijn. Er verschijnen meer liefhebbers . In de late namiddag, als ik aan mijn laatste rondje bezig ben, weerkaatst de laagstaande zon op de brede rietzoom langs de Zanddijk en zet deze in een fantastisch gouden gloed. Als de zon tenslotte verbleekt tot een lichtende schijf in een grauwe lucht en het langzaam donker wordt bind ik de schaatsen af en neem ik afscheid van mijn schaatsparadijs, van een uniek natuurgebied in onze woonomgeving . Geraadpleegde I iteratuur: Dr. A.C. J. de Vrankrijker, div. werken. Peter Dorleijn, Van gaand en staand want. A. Nonymus, Het dorp Huizen. Met toestemming overgenomen uit : De Omroeper, 6e jaargang, nr. 1, Historisch tijdschift voor Naarden. l , EXCURSIE van de Stichting TUSSEN VECHT EN EEM op 5 juni 1993 TVE organiseert op 5 juni a.s. een excursie per touringcar naar Thorn (Limburg) en Zoutleeuw (Belgisch Brabant) . In Thorn zal o.m. de Gotische kruisbasiliek worden bezocht (de Stiftskerk) en in Zoutleeuw (of in het Waals Léau) de deels Romaanse en deels Gotische St. Leonarduskerk. Deze excursie zal worden geleid door Prof. Leupen, die op 17 februari in Blaricum (Vitusgebouw, Kerklaan 10, aanvang 20.00 uur) een lezing houdt over wat tijdens de tocht te zien zal zijn. Opgaven voor de excursie (telefonisch) bij : mevrouw T. Kruijmer—Vos, Botters traat 7 a, Huizen, tel. 51713. Vertrek van de bus om 8.00 uur vanaf het Oosterspoorplein te Hilversum (achterkant van het station) — terug daar om ongeveer 20.00 uur. De reis gaat rechtstreeks naar Thorn, vandaar via Maaseik, Hasselt en St. Truiden naar Zoutleeuw, en tenslotte via Hasselt, Valkenswaard en Eindhoven terug naar Hilversum. Kosten: f1. 50,— per persoon, waarbij inbegrepen een kopje koffie, een lunch en de entrees van kerken en musea. Het NEDERLANDS CENTRUM VOOR VOLKSCULTUUR geeft "Alledaagse Dingen" uit, een tijdschrift over dagelijks leven in heden en verleden. Over zaken en gebruiken waar iedereen elke dag mee te maken heeft : van koek tot onder— goed en van gebruiken rond de geboorte tot sprookjes vertellen. Leden van historische, archeologische en monumenten—verenigingen kunnen nu vanaf 1 januari 1993 een abonnement nemen op dit tijdschrift tegen een gereduceerd tarief: nl. f1. 45,— per jaar (8 nummers) in plaats van f1. 55,- Als u als lid van de Historische Kring Huizen hiervoor belang— stelling hebt, kunt u zich aanmelden bij het Nederlands Centrum voor Volkscultuur, Lucasbolwerk II , 3512 EH Utrecht, onder vermelding van "abonnement op Alledaagse Dingen tegen gereduceerd tarief; lid van de Historische Kring Huizen" VERZOEK: wilt u bij verhuizing uw nieuwe adres doorgeven aan de leden— administratie van de Historische Kring, Punter 13, 1276 CX Huizen? Bij voorbaat dank. Thorn, de witte parel aan de Maas. 14e jaargang nr. februari 1993 -2-